Drie jaar geleden ben ik verslaafd geraakt aan het broodje Bakkeljauw. Als het maar even kon, nam ik uit de buurttoko een broodje mee voor de lunch. Toen we vorig jaar in Zeeland gingen wonen, werd het moeilijker om aan een broodje Bakkeljauw te komen. Dat hadden we al een beetje voorzien, dus was er voor vertrek in de toko een paar potten met Faja Lobi Bakkeljauw Trafasie gekocht. En daar maak je een authenthiek smakend surinaams broodje Bakkeljauw mee.
Bakkeljauw is gezouten, gedroogde kabeljauw. De gedroogde vis moet je een tijdje weken in water, 1 tot 2 dagen. Af en toe spoelen om het zout weg te krijgen. Al uitgevonden: met stokvis uit de viswinkel krijg je geen lekkere surinaamse bakkeljauw. Dus je moet echt in de toko of in de super de bakkeljauw kopen. De geweekte bakkeljauw wordt eerst gekookt, dan gebakken en met een kruidenmengsel op smaak gemaakt. Op het broodje gaat meestal nog wat zuurgoed. In Breda, op het Brabantplein, krijg je het broodje ook nog wel eens met wat kouseband op de bakkeljauw.
Vorige maand hebben wij een surinaams eethuis in Goes ontdekt met het broodje Bakkeljauw op het menu. Gelukkig maar, want mijn potten van Faja Lobi zijn bijna op.
Surinaams broodje bakkeljauw
225 gram bakkeljauw
1 pot Faja Lobi bakkeljauw trafasie
olie
tomaat
1 tl tomatenpuree
wit puntje
1 augurk
Leg de bakkeljauw liefst 2 dagen te weken in een bakje water. Af en toe (minstens twee keer) het water verversen. Dan de bakkeljauw in water 10 minuten koken. In een vergiet uit laten lekken en het vel en graten uit de stukken bakkeljauw halen. De vis in kleine stukjes verdelen. Verhit olie en roerbak de vis in enkele minuten goudbruin. Dan 3 eetlepels van de kruidenpasta toevoegen en een in kleine stukjes gesneden tomaat. Een theelepel tomatenpuree tot slot toevoegen en met een half kopje water het mengsel 10 minuten laten stoven. Een wit broodje opensnijden en daar de bakkeljauw in doen, met wat plakjes augurk er boven op.