Gerookte zalm met parelgortsalade

Een recept met vis en parelgort staat al een tijdje op mijn “te bloggen lijstje”. Ik ontdekte deze combinatie voor het eerst bij een gerenommeerd restaurant in Yerseke. Daarna kwam ik de combinatie nog een keertje tegen bij het uit eten gaan. Tijd om er zelf eens mee aan de slag te gaan. Het pak met parelgort ligt al een tijdje in de kast. Het voornemen werd telkens weer vooruit geschoven, tot gisteren. Een kerstvoorgerechtje moest het worden: makkelijk samen te stellen maar toch verrassend. Volgens mij is dit gelukt.

De parelgort dient beetgaar te worden gekookt. Dit kost je circa 20 minuten. Dan is het nog even de appel en bleekselderij fijnsnijden, de walnoot in stukjes breken en de dressing maken. De salade kan goed van tevoren worden klaargemaakt. Bij een etentje hoef je dan alleen nog mooi de bordjes op te maken en daarna samen te genieten van deze heerlijke salade met gerookte zalm.

Parelgortsalade met gerookte zalm

  • 150 gram parelgort
  • 200 gram gerookte zalm
  • zakje veldsla
  • 1 eetlepel koolzaadolie
  • sap van een halve citroen
  • 1 tl honing
  • 1 appel
  • 1 stengel bleekselderij
  • 50 gram walnoot
  • peper, zout

Kook de parelgort volgens gebruiksaanwijzing: de parelgort moet beetgaar zijn. Maak de dressing door de olie, citroensap, honing te mengen en verder op smaak te maken met peper en zout. Snij de appel en bleekselderij in fijne stukjes en voeg deze bij de parelgort. Hak de walnoot fijn en voeg toe. Meng de dressing door de parelgortsalade. Proef nog even of er genoeg peper en zout doorheen zit en voeg eventueel nog toe. Dien op met plukjes veldsla en enkele plakjes/rolletjes gerookte zalm.

Vistaart met zalm, witvis en garnalen in romige spinaziesaus

Gisteren had ik het goede voornemen om een feestelijke vistaart te maken. Ik had de dag vrij dus de tijd en de gelegenheid om los te gaan in de keuken. In de ochtend ontstond het plan om richting Halsteren te rijden om ons daar in de kerstsfeer te dopen en de miniatuurkerstdorpjes te bekijken. Er was flink uitgepakt ter plaatse en rond twee uur s’middags reden we terug. Met flink wat inspiratie begon ik gelijk aan de tweede kerstkrans: tuin in met schaar en na wat gefrunnik met staaldraad en kerstballetjes hing ik een uurtje later een krans aan de poort. Daarna een tafeltje leeg gemaakt en de minitiatuurhuisjes en -kerkje neergezet.

Tegen de tijd om de keuken in te duiken was ik het gefreubel beu. De taart heeft dan ook een -ahum- rustieke uitstraling gekregen. Dat mocht de pret niet drukken want was de taart lekker! Waar ik altijd een beetje bang voor ben met vis in de oven is niet gebeurd: de vis bleef namelijk lekker mals. Met wat meer geduld wordt dit een prachtige vistaart waarmee je goed kan scoren bij een etentje. Bij gebruik van diepvriesvis is deze taart ook nog budgetvriendelijk.

Vistaart met zalm, witvis en garnalen in romige spinaziesaus

(4 personen: ca. 500 gram -diepvries- visfilet)

  • 200 gram wilde zalm
  • 200 gram witvisfilet (koolvis of kabeljauw)
  • 100 a 150 gram middelgrote gepelde garnalen
  • 30 gram boter
  • 2 el bloem
  • 150 ml melk
  • 400 gram diepvries spinazie
  • zout, peper,
  • kruiden naar smaak zoals peterselie, basilicum, daslook etc
  • enkele bladen filodeeg

Ontdooi de wilde zalm en koolvis/kabeljauw (grotendeels)* indien je diepvriesvis gebruikt. Verwarm de oven voor op 180 C. Ontdooi de spinazie in een pan. Smelt de boter in een ander pannetje en voeg hier de bloem aan toe. Roer dit er door totdat je een deegluchtje ruikt. Voeg dan de melk toe en blijf goed roeren totdat de saus gaat binden. Maak op smaak met zout en peper en voeg de spinazie en de saus samen. Snij de vis in flinke brokken en verdeel dit door de spinazie roomsaus. Voeg hier de garnalen bij. Deze hoeven niet ontdooid te zijn. Verdeel het geheel in een ovenschotel. Ontdooi enkele bladen filodeeg of bladerdeeg. Verdeel het filodeeg vel voor vel over de bovenkant van de visschotel. Besmeer elke laag met wat boter of olie. Voor een feestelijk diner, maak er nog een leuk patroontje op (kerststerren, visje etc) met restantdeeg. Zet een half uurtje in het midden van de oven totdat de saus begint te borrelen en het deeg bruin wordt.

  • een beetje bevroren is niet erg bij deze ovenschotel.

Romige knolselderijsoep

Het kerstmenu is na wat wikken en wegen af.  Het wordt een klassiek kerstmenu, met een moderne twist.  Als tweede gang komt deze soep op tafel. Ik twijfel alleen nog of ik de peterselie zal vervangen door peterselie-olie en dan daarmee een mooie zwier in de soep zal plaatsen (of  zelfs -erg modern- een pipetje met peterselie-olie bij de soep zal serveren). Aan de andere kant, niets gaat boven de smaak van vers gesnipperde peterselie. Daarnaast heb ik al genoeg te doen want het wordt een viergangendiner voor vijftien man.

De knolselderij zal helaas niet uit eigen tuin komen. Ik had vier knolselderij-plantjes gekocht en deze vrij laat geplant. De knolselderij leek wel goed te groeien maar toen ik hoopvol eentje uit de grond trok, bleek er vooral veel wortels aan te zijn gegroeid. Jammer, dus volgend jaar iets vroeger gaan planten. Ik was dit jaar toch al bij veel groenten laat met planten. Voor sommige groente maakte dat gelukkig niet veel uit. De oogst is dit jaar bescheiden geweest maar ben er toch heel tevreden mee. Volgend seizoen gaan we weer met goede moed opnieuw beginnen, maar nu eerst lekker kerst en nieuwjaar vieren!

Feestelijke knolselderijsoep

1 kleine knolselderij
1 smalle winterwortel, in schijfjes
1 ui, gesnipperd
1 teen knoflook, in stukjes
1 tak tijm
1 liter paddenstoelenbouillon*
1/2 liter groentebouillon
100 ml ongeklopte, ongezoete room
bos verse peterselie
50 gram walnoten
vers gemalen peper

Fruit de ui, knoflook en wortel in olie of boter. Voeg hier de geschilde en in stukken gesneden knolselderij plus de tijm aan toe.  Bak even mee en doe dan de bouillon er bij. Laat doorkoken tot de knolselderij en wortel zacht is, zo’n kwartier. Haal het takje tijm uit de soep en pureer de soep. Voeg de room toe. Maak verder op smaak met peper en eventueel nog wat zout. Dien op met stukjes walnoot en veel verse peterselie in snippers.

  • of 1,5 liter groentebouillon ipv paddenstoelen plus groentebouillon

Wildpaté zelf maken

Mijn kooklijstje wordt steeds kleiner maar er staat nog steeds genoeg op. Een item op het lijstje was zelf mayonaise maken. Ik had altijd een vrees voor zelfgemaakte mayonaise omdat daar een rauw ei in gaat. Een paar weken geleden schafte ik het boek “Sous vide thuis” aan en ontdekte daar het recept voor Mayonaise zonder risico. Door de eieren twee uur sous vide op 57 C te koken, behouden ze de “rauwe” structuur maar zijn ze gepasteuriseerd. Inmiddels ben ik al twee potten zelfgemaakte mayonaise verder, en staat een nieuwe portie op de agenda.

Zelf paté maken staat ook al jaren op mijn lijstje. Met het aankomende kerstdiner in het achterhoofd ben ik daarom vorig weekend eens aan de slag gegaan. Uit de vriezer haalde ik een ganzenborst en hazenrug want het moest een wildpaté worden. Deze heb ik een nacht in rode wijn en port gemarineerd en de volgende dag grof gemalen. Om de wildpaté lekker smeuïg te maken, gaat er ook nog zeer fijn gemalen vet spek en lever in. De paté gaat daarna een paar uurtjes op lage temperatuur de oven in. Ik heb gemerkt dat de smaak van de paté daarna zich nog ontwikkelt dus maak het liefst de paté twee dagen voordat je het gaat serveren: dan is de paté op zijn lekkerst.

Wildpaté

300 gram wild (150 gram ganzenborst + 150 gram hazenrug)
1 glas rode wijn
1 glas rode port
10 jeneverbessen
1 laurierblaadje
200 gram vet spek
150 gram lever (varkens/kalf)
1 ei
25 gram bloem
8 gram zout
evt dunne plakken spek
vers gemalen peper

Doe het wild in een sluitzak en voeg hier de wijn, port, jeneverbessen en laurier aan toe. Laat een nacht marineren. Haal het vlees uit de marinade. Zeef de marinade en laat de marinade vervolgens inkoken tot twee eetlepels vocht. Snij het wildvlees in blokjes en vermaal grof met de keukenmachine. Doe in een schaal. Doe de lever in blokjes in de keukenmachine en pureer. Voeg dit toe aan het wildvlees. Doe hetzelfde met het vet spek en meng alles goed door elkaar. Voeg de bloem toe en meng dit er door. Klop een eitje los en meng dit er eveneens door. Maak alles op smaak met het zout en vers gemalen peper naar smaak. Meng tot slot de enigszins afgekoelde ingekookte marinade toe en stort alles in een ingevette paté of cakevorm. Je kan voor een feestelijk effect ook nog de vorm eerst bekleden met repen spek, die je vervolgens nog over het paté mengsel heen legt voordat de vorm in de oven gaat. Bak de paté in circa twee uur op 80 C in het midden van de oven. Serveer met (cranberry) compote, uienmarmelade of een chutney.