Hummus zonder tahin

hoemoes zonder tahin

Ik had al behoorlijk lang het plan om eens zelf hummus (of hoemoes) te maken.  Het recept ziet er heel simpel uit. Met mijn nep-Magic Bullit (voor degene die nooit naar Tellsell kijken: een miniblender), zou het een eitje moeten zijn. Gewoon alles er in en even blenden.

In hummus hoort tahin (of tahini): een sesampasta. Nu bleek het niet zo makkelijk te zijn om aan tahin te komen. De plaatselijke super heeft deze sesampasta niet. Kwam ik in een toko, vergat ik er weer naar te zoeken. Is tahin nu wel echt noodzakelijk voor een lekkere hummus.

Ik ben gaan googlen op “hummus zonder tahin” en kwam tips tegen. Zoals tahin te vervangen door pindakaas of door sesamolie. De vervanging door sesamolie leek mij wel wat. Het recept dat ik had gevonden, ging uit van 5 eetlepels sesamolie. Wetende hoe sterk sesamolie smaakt, was dat naar mijn mening wel wat veel. Dus ik ben rustig aan begonnen met de sesamolie. En ben uitgekomen op 1 1/2 eetlepel sesamolie (en 2 eetlepels olijfolie). Ik kon het niet laten om ook nog een flinke kneep Harissa toe te voegen, een gekruide rode peperpasta. Voor een pittige variant.

Conclusie van dit alles, is dat je ook een lekkere hummus kan maken zonder tahin. En toch blijf ik met een vaag gevoel zitten. Want hummus, hoort daar niet tahin in?.

Hummus

1 blik kikkererwten van 310 gram (uitlek 265gr)
2 eetlepels citroensap
1 teentje knoflook
2 eetlepels olijfolie
1 tot 1 1/2 eetlepel sesamolie
1 theelepel komijnzaad
zout

Optioneel:
1 theelepel Harissa voor vrij pittige hummus
of snufje turkse hete paprikapoeder

Doe de kikkererwten en gepelde knoflookteen in de blender en mix even. Dan de olijfolie en citroensap toevoegen en 1 eetlepel sesamolie en blenden tot een mooie gladde massa. Even proeven en dan nog eventueel 1/2 eetlepel sesamolie toevoegen. Daarna kruiden naar smaak: komijnzaad, een snufje zout en een kleine theelepel Harissa.

Serveer met een toefje peterselie en een snufje paprikapoeder.

Tip

Kijk voor mooie arabische schaaltjes eens op de Oosterse Markt in Beverwijk. Dit is een onderdeel van De Bazaar, bekend van de Zwarte Markt. De toegang tot de oosterse markthal(len) is gratis. Open op zaterdag en zondag. 

Creole burger

Onlangs vond ik het boekje Hamburgers van Hans Belterman terug. Ooit gekregen bij het op kamers gaan. Er staan meer dan 60 recepten in, van “Le” Hamburger met bearnaisesaus uit Parijs tot de favourite hamburger van Marilyn Monroe. Volgens het boekje moeten echte hamburgers uit 100 % rundvlees bestaan. De uitzonderingen, zoals de Alsatian burger, worden niet als echte hamburgers gezien want daar zit wat varkensvlees doorheen.

De hamburgers maak je van mager rundergehakt, een vetgehalte van 8 tot 12 procent is ideaal. Het rundvlees wordt gekruid met zout en peper. Kruiden voor of na bereiding, is een discussiepunt onder de liefhebbers. Roosteren, bakken of grillen ?. Het boekje geeft hier geen antwoord op. Het is iets waarbij je maar van je eigen voorkeur uit moet gaan. Persoonlijk vind ik grillen het lekkerst. En bij deze kou, gaat de grillpan aan in plaats van de bbq.

Voor een bijzondere variant van de gewone hamburger, hierbij het recept voor The ‘real’ Creole burger. Deze wordt als een ‘open face hamburger’ opgediend . Dat wil zeggen, dat de bovenste helften van de broodjes er niet op, maar ernaast worden geplaatst. De burger is lekker pittig !!!! De laatste toch nog rijp geworden spaanse pepers van mijn peperplanten hebben een mooie bestemming gekregen.

The ‘real’ Creole-burger

burger creolesausVoor 2 personen:

2 hamburgers, elk 125 gram
1 kleine spaanse peper
2 bosuitjes
2 witte bollen
1 1/2 eellepel olie
zout, peper
1 1/2- 2 dl Creolesaus (zie hieronder)
krulpeterselie

Was de spaanse peper. Verwijder de uiteinden en snijd hem overlangs door. Neem het zaad en de zaadlijsten weg. Snijd de peper in uiterst smalle reepjes. Maak de bosuitjes schoon. Was en snijd ze in kleine ringetjes. Halveer de bollen en rooster de snijhelften goudbruin. Bestrijk de hamburgers en grillpan met wat olie. Rooster ze in 4 minuten elke kant bruin. Bestrooi de hamburgers met zout en peper. Breng intussen de Creolesaus aan de kook. Leg de hamburger op de onderste helft van de bollen. Schenk de kokende saus over de hamburgers. Leg de bovenste helft van de bollen naast de hamburger. Garneer met peterselie.

Creolesaus:

0,5 liter:

2 rode spaanse pepers
1 rode paprika
1 ui
3 teentjes knoflook
0,5 kg verse tomaten
1 eetl olijfolie
o,5 laurierblad
1 eetl azijn
1,5 eetl bruine basterdsuiker
1 tl pimentpoeder
1 tl tabasco
1 tl chilisaus
1 tl worcestershire saus
zout en peper

Was de pepers en de paprika. Verwijder de uiteinden van de pepers en halveer ze, neem de zaden en zaadlijsten weg. Snij de pepers in kleine stukjes. Neem van de paprika de steelaanzetten weg, halveer ze en verwijder het zaad en zaadlijsten. Snij in kleine stukjes. Snipper de ui en knoflook fijn. Was de tomaten en snij in vieren. Verhit de olie en fruit de ui. Voeg pepers en paprika toe. Schep alles om en laat nog enkele minuten fruiten. Schep daarna de knoflook erdoor. Voeg het verkruimelde laurierblad toe en tomaten. Schep alles om en schenk azijn en 1 dl water erbij. Breng het geheel aan de kook en laat met deksel op de pan 30 minuten smoren. Doe de inhoud van de pan over op een fijne zeef. Wrijf zoveel mogelijk vaste bestanddelen door de zeef. Breng de nu verkregen saus aan de kook. en laat indampen tot gewenste dikte. Doe basterdsuiker, pimentpoeder, tabasco, worcestershiresaus en chilisaus erbij . Proef de saus en zout en peper naar behoefte.

Tip:

de saus kan na afkoelen enkele dagen in de koelkast en enkele weken in de diepvries worden bewaard.

Linzen-venkelsalade

Linzen-venkelsalade van The stonesoup

Op 22 november 2012 is het thanksgiving in Amerika. Men eet dan zoals bekend kalkoen. Traditionele bijgerechten zijn aardappelpuree, stuffing, zoete aardappelen, sperzibonen, veenbessen, en als nagerecht pompoentaart. Bloggend en kokend Amerika gaat momenteel helemaal los op ideeën voor het thanksgiving-diner. Op het blog van www.thestonesoup.com zag ik deze mooie salade, onder het kopje “16 ideas for ‘pot lucking’ this thanksgiving”. Pot lucking is het idee van dat iedereen iets te eten meeneemt en daarmee wordt de maaltijd samengesteld. Hebben we in Nederland daar eigenlijk een mooie naam voor?

Waarom viel dit recept eigenlijk op. Het is ten eerste een gerecht dat ik niet zo goed kan plaatsen bij een amerikaanse blogger. Daarnaast omdat ik nog een venkelknol in mijn groentela heb liggen. En ten derde omdat ik en gelukkig ook mijn kinderen, van linzen houden.

Ik besloot er een lekkere pittige variant van de hamburger bij te maken, met een zelf gemaakte hamburger van biologisch rundergehakt. De “real” Creole burger. Om in amerikaanse sferen te blijven. Melting pot-style. 

Linzen-venkelsalade

Bijgerecht voor 6-8 personen

250g  linzen
2 venkelknolletjes
2 el wijnazijn
2 el sojasaus (bv kikkoman)
2 handjes parmezaanse kaas

extra vergin olijfolie

Breng in een middelgrote kookpan water aan de kook. Voeg de linzen toe en laat ze 15-20 minuten koken tot ze gaar zijn. Laat de linzen goed uitlekken in een vergiet en doe daarna terug in de pan. Voeg de azijn toe en de sojasaus en 4-5 eetlepels extra virgin olijfolie toe. Even proeven en dan eventueel nog wat azijn, sojasaus of zout toevoegen. Snij de boven- en onderkant van de venkel af, hou wat van het groene “pluis”achter. Snij dit heel fijn. Snij vervolgens de venkelknol in superfijne plakjes met de mandoline of natuurlijk gewoon met vaste hand. Roer de venkel door de linzen. Serveer met de geschaafde kaas er over.

Tip:

Gebruik balsamico-azijn ipv gewone wijnazijn

In plaats van kaas, kun je ook geroosterde noten gebruiken

De volgende dag ook nog lekker als lunch

Ricottakruidenbrood

brood ricotta kruiden broodbakmachine

De winnares van de Thuismaken-wedstrijd (zie linkjes) had een recept ingezonden voor het thuis maken van ricotta. Erg interessant. Ik ga het recept zeker ook zelf eens uitproberen. Er staan overigens nog meer recepten op deze site die het uitproberen waard zijn. Bijvoorbeeld het zelf maken van naan-brood. Het ricottakruidenbrood heb ik met ricotta uit de winkel gemaakt. En in de broodbakmachine.

Mijn broodbakmachine is een oud model. Ik heb hem van mijn ouders overgenomen. Hij doet het perfect. Ik heb er tot nu toe nog geen mislukt broodje uitgehaald. De ideale hoeveelheid meel voor deze broodmachine is 300 gram. De nieuwe broodbakmachines gaan al uit van 600 gram. Voor mij is dat niet nodig, anders zou de helft richting de vogeltjes in de tuin gaan.

Ik ben uitgegaan van twee-derde molenmixmeel. Dit meel komt uit Wissenkerke, van korenmolen De Onderneming. Erg lekker. Het is goed te vervangen door (grof-)volkorenmeel. Het broodje heeft een subtiel ricotta & kruidensmaakje en is erg lekker met ham en kaas. Of natuurlijk bij de italiaanse maaltijd.

Ricottakruidenbrood    

200 gram molenmix of volkorenmeel
100 gram tarwemeel
180 ml water
1 theelepel zout
50 gram ricotta
2 tl italiaanse kruiden
1 scheutje olijfolie
1 tl droge gist

Doe eerst de gist in de broodbakmachine en daarna het meel. Voeg dan zout, kruiden, ricotta, water en een klein scheutje olijfolie toe. Zet de broodbakmachine op het bruinbroodprogramma.  Even af laten koelen voor het aansnijden.

Ossobuco alla milanese

ossobuco alla milanese

Ik had tot gisteren nog nooit een runderschenkel gestoofd. En in het biologische rundvleespakket dat wij in oktober hadden besteld, zaten twee grote schenkels. Ik ken eigenlijk maar 1 recept met schenkel waar iedereen lyrisch over is: Ossobuco alle milanese. Dus aan de slag met die schenkels.

Eerst op zoek gegaan naar een duidelijk recept. Liefst origineel. Het recept dat mij wel wat leek, komt uit het kookboek: De heerlijke italiaanse keuken. Met veel foto’s van het hoe en wat van de bereiding. En achttien ingredienten. Toch nog maar even de Larousse er bij gepakt. Iets minder ingredienten, maar dat komt omdat de Larousse een onderscheid maakt tussen Ossobuco alla milanese en Ossobuco alla gremolata. De eerste is zonder gremolata en de laatste met gremolata maar zonder tomaat. Gremolata is overigens een mix van peterselie, citroenrasp en knoflook.

Met toch maar De heerlijke italiaanse keuken opengeslagen op het aanrecht, gaan hakken en snijden. In het recept stond aangegeven dat de schenkel met keukengaren rond afgebonden moest worden. Afijn, ik had geen keukengaren, dus ik deed het zonder. Ik kan dus nu vertellen waarom keukengaren nodig is. Anders valt namelijk het vlees op een gegeven moment van het bot. Daarnaast stond aangegeven dat de pan met deksel in de oven moest worden geschoven. Heb ik niet gedaan en dan duurt het dus twee keer zo lang voordat de schenkels gaar zijn. Een andere aanpassing kwam op tijdens de bereiding: de aangegeven hoeveelheid bouillon bleek te weinig. Halverwege heb ik er dus toch maar even de Larousse bijgepakt en daar werd 4 keer zo veel bouillon gebruikt. De waarheid bleek in het midden te liggen: 1 liter bouillon.

Ossobuco alla milanese

voor 4 personen:

4 kalfsschenkels
2 middelgrote wortels
2 stengels bleekselderij
500 gram tomaten
1 bosje peterselie
2 eetlepels boter
bloem
3 eetlepels olijfolie
1 glas witte wijn
1 liter vleesbouillon
1 ui
1 teentje knoflook
2 takjes tijm
2 takjes oregano
1 laurierblaadje

Gremolata
1 citroen
1 bosje peterselie
2 teentjes knoflook

Wortels, bleekselderij, uien en knoflookteen in dobbelsteentjes snijden. Op middelmatig vuur boter smelten en de groente roerend in een braadpan bakken totdat ze bruin zijn. De kalfschenkel met keukengaren rond binden (dus langs de zijkant een touwtje rond spannen). Bestrooien met zout en peper en door de bloem halen. Overtollige bloem er af schudden en bruin bakken in een koekepan in olijfolie. Het vlees uit de pan halen en op de groente leggen. In de koekepan de wijn doen en de aanbraksels los roeren. In laten koken tot 6 eetlepels. Dan de tomaten ontvellen en van pitjes ontdoen. In stukjes snijden en bij de jus doen. Dan bouillon toevoegen en de gehakte kruiden en het laurierblaadje. Deze saus bij de groenten en vlees doen. Dan de braadpan met de deksel erop in de oven 2 uur op 200C laten stoven. Af en toe even bedruipen.

Voor de gremolata: de schil van de citroen raspen (om de waslaag te verwijderen van een citroen, de citroen even in kokend water laten liggen), de peterselie fijn hakken en de knoflook snipperen. Alles door elkaar mengen. De gremolata over het gerecht strooien.

Pittige Chinese koolsoep

chinese kool soep

Vandaag zijn we richting de zeeuwse kust gegaan. In Dishoek scheen de zon, wel iets bleekjes maar toch. Het leverde prachtige plaatjes op en mooie zandkastelen. Na een middagje uitwaaien aan de kust, was er geen zin om in de keuken te gaan staan. Wel trek in iets pittigs, iets oosters. En een soepje is snel in elkaar gedraaid. In de groentenla lag nog een halve chinese kool: een restant van een oosters koolstampje eerder deze week. Daarnaast nog wat roerbakgroenten met wortel, paprika, courgette, ui en prei. Van dit alles is dit lekkere chinesekoolsoepje gemaakt.

In deze soep zit een dikke theelepel van iets dat bijna alles lekker kan maken: Chan’s kerrie masala. Ik heb ooit eens een ander merk kerrie masala gepakt in de toko, maar deze ligt nog steeds als een speler op de reservebank te wachten. Totdat de opnieuw gekochte Chan’s kerrie masala op is.

Pittige Chinese koolsoep

1/2 chinese kool
restje roerbakgroenten
1 liter water
2 blokjes kippenbouillon
1 theelepel vissaus
1 dikke theelepel Chan’s kerrie masala
1 theelepel gemalen koriander
1/2 theelepel citroengras
1 theelepel sambal

Breng het water aan de kook en doe hier in de bouillonblokjes. Snij de kool in smalle reepjes en doe deze, samen met wat ui of prei uit het restje roerbakgroenten in de bouillon (of snipper een uitje en doe dit erbij). Laat zacht worden en pureer de soep met een staafmixer. Voeg dan de kruiden en de roerbakgroenten toe en laat 10 minuten even doorstoven. Eet smakelijk.

Surinaams broodje bakkeljauw

surinaams broodje bakkeljauw

Drie jaar geleden ben ik verslaafd geraakt aan het broodje Bakkeljauw.  Als het maar even kon, nam ik uit de buurttoko een broodje mee voor de lunch. Toen we vorig jaar in Zeeland gingen wonen, werd het moeilijker om aan een broodje Bakkeljauw te komen. Dat hadden we al een beetje voorzien, dus was er voor vertrek in de toko een paar potten met Faja Lobi Bakkeljauw Trafasie gekocht. En daar maak je een authenthiek smakend surinaams broodje Bakkeljauw mee.

Bakkeljauw is gezouten, gedroogde kabeljauw. De gedroogde vis moet je een tijdje weken in water, 1 tot 2 dagen. Af en toe spoelen om het zout weg te krijgen. Al uitgevonden: met stokvis uit de viswinkel  krijg je geen lekkere surinaamse bakkeljauw. Dus je moet echt in de toko of in de super de bakkeljauw kopen. De geweekte bakkeljauw wordt eerst gekookt, dan gebakken en met een kruidenmengsel op smaak gemaakt. Op het broodje gaat meestal nog wat zuurgoed. In Breda, op het Brabantplein, krijg je het broodje ook nog wel eens met wat kouseband op de bakkeljauw.

Vorige maand hebben wij een surinaams eethuis in Goes ontdekt met het broodje Bakkeljauw op het menu. Gelukkig maar, want mijn potten van Faja Lobi zijn bijna op.

Surinaams broodje bakkeljauw

225 gram bakkeljauw
1 pot Faja Lobi bakkeljauw trafasie
olie
tomaat
1 tl tomatenpuree
wit puntje
1 augurk

Leg de bakkeljauw liefst 2 dagen te weken in een bakje water. Af en toe (minstens twee keer) het water verversen. Dan de bakkeljauw in water 10 minuten koken. In een vergiet uit laten lekken en het vel en graten uit de stukken bakkeljauw halen. De vis in kleine stukjes verdelen. Verhit olie en roerbak de vis in enkele minuten goudbruin. Dan 3 eetlepels van de kruidenpasta toevoegen en een in kleine stukjes gesneden tomaat. Een theelepel tomatenpuree tot slot toevoegen en met een half kopje water het mengsel 10 minuten laten stoven. Een wit broodje opensnijden en daar de bakkeljauw in doen, met wat plakjes augurk er boven op.

Pruimencrumble met custardsaus

pruimenkruimel custardsaus

Als pas gestarte kookblogger kijk ik af en toe ook eens op de sites van andere enthousiaste kookbloggers. Het viel mij op een gegeven moment op dat er zoiets bestaat als een foodblogevent. Er wordt dan een thema bedacht en sturen kookbloggers hun favourite recept in. Met prachtige foto’s van de gerechten erbij. Een winnaar wordt gekozen en mag de volgende maand het event organiseren. Deze maand is door YellowChef het thema “een troostend dessert voor donkere dagen” gekozen. Ik plaats gelijk even een linkje aan de zijkant voor het duurzame initiatief van YellowChef: via deze site kunnen aanbieders en klanten van thuisgemaakte produkten elkaar vinden.

Ik ben met de pruimen uit de fruitschaal aan de slag gegaan. Samen met de amandelen van eigen oogst en de zelfgemaakte perenjam, zijn ze verwerkt in een pruimencrumble. Ik hou zelf erg van toetjes met fruit. Door de lekkere koekkruimels aan de bovenkant is een crumble ook altijd een succes bij kinderen. Deze crumble doet mij erg aan Engeland denken. Dus heb ik met de vorige vakantie meegenomen custard een lekkere schuimige custardsaus voor erbij gemaakt. Erg lekker!

Pruimencrumble

350 gram pruimen
2 eetlepels perenjam (of andere jam naar smaak)
handje blanke amandelen
50 gram boter
50 gram suiker
65 gram bloem

Snij de pruimen door de helft en haal de pitten er uit. Snij de helften overlangs vervolgens nog in 2 a 3 delen. Roer 2 eetlepels perenjam (zie recept hieronder) door de pruimen en doe de pruimen in een ovenschaaltje. Indien in de jam geen kaneel is verwerkt, ook nog een snuifje kaneel toevoegen en even doorroeren. Laat de boter zacht worden, bijvoorbeeld in de magnetron 1 1/2 minuut op ontdooistand en roer door de boter vervolgens de suiker en daarna de bloem. Dit wordt een kruimelig deeg. Deze deegkruimels vervolgens over de pruimen heen strooien. De blanke amandelen even roosteren en vervolgens in kleine stukjes breken. Over de deegkruimels strooien. De pruimen-perencrumble in de oven bakken: 30 minuten op 200 C.

Perenjam

1 kilo peren in stukjes gesneden
1 kilo pak geleisuiker
snuf kaneel
citroenrasp

Breng de in stukjes gesneden peren met de suiker aan de kook in een kookpan en voeg hier een snuf kaneel aan toe en een beetje citroenrasp. Laat het ongeveer 4 minuten koken. Test de jam door op een koud bordje een lepeltje van de jam-massa te gieten. Als dit stolt tot een mooie substantie, dan kan de pan van het vuur. Giet in goed uitgekookte potjes.

Custardsaus

1 dl melk
1 tl custardpoeder
1 tl suiker

Breng de melk aan de kook met een theelepel custardpoeder en 1 theelepel suiker. Goed blijven roeren met een garde tot een mooie schuimige saus ontstaat.

Amuse van gerookte mosselen

amuse gerookte mosselen

Een paar maanden geleden heb ik voor het eerst eens wat mosselen in de rookoven gedaan. En vastgesteld dat gerookte mosselen een krachtige smaak hebben. Conclusie is dan ook dat ze bij uitstek geschikt zijn om aan een gerecht toe te voegen: net even een lekkere pittige zilte rooksmaak als extraatje. Ik heb vandaag besloten de gerookte mosselen te verwerken in een subtiele salade, als amuse. Geinspireerd door een voorgerechtje dat we vorig jaar aten in een Heinkenszands restaurant. Mijn man vond het chefwaardig (we kijken teveel kookwedstrijdprogramma’s). Deze amuse-salade mag mee als kandidaat voor het kerstgerecht.

Gerookte mosselsalade

2 personen:

9 gerookte mosselen
5 zwarte olijven
1 tomaat
1 el (tuin)kers
2 tl gesnipperde verse bieslook
1 tl cognac
scheutje balsamico-azijn
1 tl mierikswortel (kuhne)
1 eetlepel mayonaise
scheutje citroensap
zout & peper

Voor het roken van de mosselen: doe een eetlepel houtsnippers op de bodem van de rookoven, doe aluminiumfolie over de lekbak en plaats de lekbak op de houtsnippers. Plaats de verse en gecontroleerde mosselen met de bolle kant van de schelp naar beneden op het rooster van de rookoven. Zet de rookoven op hoog vuur en sluit de deksel zodra er rook omhoog kringelt. Rook de mosselen zo’n 10 minuten, totdat de schelpen open staan. Haal de mosselen er uit en haal ze uit hun schelp.

Snij ondertussen de olijven zo klein mogelijk in blokjes. Haal het binnenste van de tomaat er uit (zaadjes en vocht) en gooi dit weg. Snij het vruchtvlees van de tomaat ook in hele kleine blokjes. Snij de tuinkers klein en snipper de bieslook. Doe dit alles in een kommetje en voeg hier een scheutje balsamico-azijn aan toe. Goed omroeren. Hierna kan de cognac er bij.

Dan kunnen de fijn gesneden gerookte mosselen in de salade. Maak een sausje van de mayonaise en mierikswortel en voeg dit toe. Goed omroeren. Proef even. Doe er dan naar behoefte nog een scheutje citroensap bij en maak op smaak met peper en zout.  Schep de salade in kleine amuseglaasjes of borrelglaasjes en serveer met een klein lepeltje.

Larousse’s vlaamse stoverij (carbonade a la flamande)

larousse vlaamse stoverij

Vanuit hier, zit je met een half uurtje autorijden in Belgie aan de friet met stoof. De beste Vlaamse stoverij tot nu toe hebben we in Zeeuws-Vlaanderen gegeten. Aan de kok in Nieuwvliet-Bad gelijk naar het geheim van zijn recept gevraagd. Het antwoord: de Larousse. Het recept kwam dus uit de kookbijbel voor koks: de Larousse gastronomique.  Ja, en dat was toen een goede reden om deze kookbijbel zelf aan te schaffen. Ondertussen heb ik deze kookbijbel regelmatig opengeslagen. Voor technieken of om eens te kijken wat er staat over een bepaald klassiek gerecht.

Er zijn honderden recepten voor Vlaamse stoverij. Op belgische sites heb ik recepten van de stoverij gezien met o.a. stroop en met mosterd, bessengelei en wijnazijn. Het is net als met onze erwtensoep en hachee. Iedereen heeft zijn eigen unieke receptuur voor hetzelfde gerecht. De klassieke Carbonade a la flamande komt wat mij betreft uit de Larousse:

Carbonade a la flamande uit de Larousse 

250 gram ui
750 gram rundvlees van de borst of schouder
40 gram reuzel (of boter)
6 dl bier
1 dl runderbouillon
25 gram boter
25 gram bloem
1 tl bruine rietsuiker
2 takjes peterselie
1 takje tijm
2 gedroogde laurierblaadjes

Snipper de ui. Snijd het rundvlees in kleine stukjes. Bak ze in 40 gram reuzel (of boter) bruin en haal ze uit de pan. Fruit in hetzelfde vet de uien goudbruin. Leg vlees en uien laag om laag in een cocotte of stoofpan, bestrooi elke laag  met zout en peper en voeg tenslotte een bouquet garni (de kruiden) toe. Deglaceer het bakvocht met 6 dl bier en een half glas runderbouillon (is 1dl). Roer een bruine roux van 25 gram boter en 25 gram bloem en maak er met het biermengsel een saus van. Voeg 1 theelepel bruine rietsuiker toe en breng de saus op smaak. Schenk hem in de stoofpan, sluit de pan en laat de inhoud heel zachtjes 2 1/2 uur pruttelen. Zet de pan rechtstreeks op tafel.

Bron: Larousse gastronomique (editie 2006).

Tip:

De hoeveelheid suiker is afhankelijk van het (belgische) bier dat je gebruikt, even proeven dus.

Lekker met in balsamicoazijn gekarameliseerde witlof en gekookte aardappelen of gewoon met friet.

Dien de vlaamse stoverij op in mini-cocottes.