Gefrituurde mosselen met een krokant korstje en wasabisaus

gefrituurde mosselen

In de viswinkel op de kop van de haven in Yerseke liggen de mosselen in een bak stromend water. Je krijgt bij de bestelling een schepje extra om de eventuele kapotte mosselen te compenseren. Zo vers zijn ze veel lekkerder dan de voorverpakte mosselen uit de supermarkt. Eergisteren hebben we ze op de klassieke manier bereid, met een beetje wijn, wortel, bleekselderij, ui, prei en bladselderij. Ze smaakten geweldig. We hebben echt ons best gedaan maar kregen ze niet op.

Gisteren heb ik het restje gepaneerd met Panko, een soort Japans paneermeel, gefrituurd en gegeten met een wasabisaus. Mijn vader had mij op het spoor gezet van een wasabisausje bij mosselen. En het smaakt heerlijk bij elkaar. We hebben ze als een soort aperitiefhapje gegeten maar ik kan mij voorstellen dat het met nog een salade onder de mosseltjes een fantastisch voorgerecht is. Een salade met avocado bijvoorbeeld. Met een prikkertje er in, is het natuurlijk ook een heerlijke snack bij een feestje:

Gefrituurde mosselen met een krokant panko-korstje en wasabisaus

Klassiek gekookte mosselen (zie deze link)
Bloem
Het eiwit van 1 ei
Panko
Peper
Evt zout

2 el mayonaise
1 el (Turkse of Griekse) yoghurt of zure room
2 a 3 “erwtjes” uit de tube wasabipasta

Laat de klassiek gekookte mosselen afkoelen en bestrooi ze met wat peper en eventueel een snufje zout. Rol ze dan door de bloem, daarna door eiwit en vervolgens door de panko (Japans paneermeel). Verhit de frituurpan op 180 C en frituur de mosselen tot er een bruin korstje is ontstaan. Haal ze dan uit de frituurpan en stort ze op een met keukenpapier belegd bord.

Voor het sausje roer 2 delen mayonaise op 1 deel yoghurt door elkaar. Voeg telkens een beetje wasabipasta ter grootte van een erwtje toe. Proef elke keer na het doorroeren want teveel is niet lekker maar het sausje mag wel een beetje pittig zijn.

omelet met shiitake, gerookte knoflook, rauwe ham en snijbiet & zelf knoflook roken

herfst omelet zelf knoflook roken
Uit berichten op het internet blijkt dat het lastig is om aan koud gerookte knoflook te komen. Het is niet het hele jaar te krijgen en er zijn maar een beperkt aantal importeurs/verkopers. Gerookte knoflook is een delicatesse uit Frankrijk. Het ziet er op plaatjes prachtig uit: een streng beige naar lichtroze neigende, aan elkaar geregen knoflookbolletjes. Ik heb het nog nooit gekocht maar kan mij wel voorstellen dat het een smaaksensatie is. Dus pakte ik mijn boekje over het (warm*) roken van voedsel er eens bij en ben zelf aan de slag gegaan met het roken van knoflook.

Je hebt daarvoor een rookoventje nodig. Dat klinkt heel wat maar het is in feite een veredelde braadslee. Ik kan mij nog het “is dit alles” gevoel herinneren van de eerste keer dat ik het oventje zag. Het is echter makkelijk om er zelf een te hebben, vooral als je van rooksmaak houdt. Het is echter ook eenvoudig zelf te maken. Ik ben verschillende beschrijvingen op internet hiervan tegen gekomen, van een tot rookoven omgebouwde wok tot het inderdaad tot rookoven omvormen van de braadslede. De braadslede moet er dan wel een zijn die op het fornuis mag. Een beschrijving hiervan en van het roken van knoflook staat onder het recept.

Met de gerookte knoflook heb ik deze omelet gemaakt. Met shiitake, wat rauwe ham (is lekker een beetje zoutig) en snijbiet uit de tuin. De snijbiet is te vervangen door spinazie.

omelet met shiitake, gerookte knoflook, rauwe ham en snijbiet

Voor 2 personen:

2 eieren
scheutje room of melk
zout, peper
1 takje tijm
1/2 bakje shiitake
1 grote teen gerookte knoflook*
3 dunne plakjes rauwe ham
3 blaadjes snijbiet
olijfolie/bakolie

evt 2 broodjes

Breek de eieren in een schaaltje en giet daar een scheut room of melk bij. Klop de eieren samen met wat zout en peper los in een schaaltje. Snij de gerookte knoflookteen fijn, haal de blaadjes van het takje tijm en snij de shiitake in plakjes. Scheur of snij vervolgens nog de snijbiet in stukken van 2 bij 1 cm. Verhit olie in een pan en bak hierin de shiitake bruin, voeg de gerookte knoflook toe en bak nog even door. Verlaag de hitte naar halfhoog vuur. Giet dan het eiermengsel er bij en verdeel de 3 plakjes over het mengsel en strooi vervolgens de snijbiet er over heen. Indien de bovenkant van het omelet begint te stollen, pak dan een bord ter grootte van het omelet en plaats dat met de bovenkant van het bord op het omelet. Plaats een hand op de onderkant van het bord en keer de pan om. Laat daarna het omelet van het bord voorzichtig weer in de pan glijden en bak de andere kant van het omelet kort tot de ham gebruind is. Laat het omelet uit de pan op een bord glijden en snij het omelet in twee-en. Beleg elk broodje met een helft.

* Hoe zelf knoflook te roken:
Het roken van de knoflook kan met een rookoven voor op het fornuis of met een zelf gebouwde rookoven van een braadslee met rekje. In twee stappen:

1. Rookoven zelf maken: Pak een braadslee met rekje, haal het hekje uit de braadslee, leg een ruime eetlepel houtmot (te koop bij speciaalzaak of via internet) op de bodem, plaats hier een stuk aluminiumfolie over dat groot genoeg is om de mot te bedekken maar kleiner dan de braadslee. Er moet een randje zijn waardoor straks de rook langs kan kringelen. Ook de folie dus niet platdrukken anders kan de rook straks niet weg. Plaats dan het rekje hier boven op. Daar gaat straks de knoflook op, zie beschrijving verder hieronder. Om de rookoven af te maken, pak je voor de deksel een ruim stuk aluminiumfolie, zodanig dat er een ruime deksel voor de braadslee van kan worden gemaakt. Vouw dat straks, nadat de teentjes er in zijn gegaan, over de braadslee als een deksel maar laat aan 1 zijde het folie nog een beetje omhoog staan, dus niet helemaal afsluiten.

Kant en klare rookoven. Leg een ruime eetlepel houtmot op de bodem. Plaats hier de lekbak en het rekje bovenop.

2. Blancheer de gepelde teentjes knoflook twee minuten in kokend water. Leg vervolgens een stukje aluminiumfolie op het rekje en prik daar een aantal gaatjes in. Leg daar de teentjes op. Zet het rookoventje op hoog vuur en plaats de deksel op de rookoven zodanig dat er nog 1 cm open is. Zodra er rook omhoog komt kringelen kan de deksel worden gesloten. Bij zelf gemaakte rookoven: vouw dan de folie helemaal over de rand. Doe dit met ovenhandschoenen aan!. Rook dan de teentjes 10 minuten lang en zet het vuur uit. Laat voorzichtig de rook ontsnappen. Doe de teentjes in een bakje en leg ze tot gebruik in de koelkast.

* Van koud roken kan de knoflook langer worden bewaard, bij warm roken gaar je de knoflook en zal het maar beperkt houdbaar zijn.

Witlofstamppot met feta en gemarineerde ui

witlofstamppot feta

Ik had dit recept nooit zomaar gemaakt indien ik niet al in het weekend in de restwarmte van de houtoven een schaal groente had gerookt, waaronder uien. De recepten die ik vervolgens zag met gerookte uien vond ik erg voor de hand liggend, zoals gerookte uiensoep en hachee met gerookte uien. Bij het zoeken naar iets uitdagenders kwam ik op de site Gastronomixs terecht, met het recept voor deze in port gemarineerde gerookte ui. Veel umami, was de aanbeveling en “toepassing in plaats van spekjes”.

Voor het avondeten had ik witlof klaar liggen dus een witlofstamppot met vegetarische spekjes was al gauw verzonnen. De aanwijzingen van het recept waren summier. Hoe lang marineren, welke soort port (waarom staat in recepten vaak niet aangegeven of het Ruby of Tawny port moet zijn?), nog bakken voor gebruik: het stond allemaal niet in het recept. Dus zelf maar keuzes gemaakt: 3 uur marineren, Tawny en bakken.

Het smaakte, raar maar waar, naar bacon, en mijn grote spekjesliefhebber vond het een goed alternatief. Ik trouwens ook en nog meer dan dat. Want het lijkt mij veel lekkerder dan spekjes indien je er bijvoorbeeld een lekker stukje wild bij gaat eten. Maar ook, een lekkere gegrilde rundvleesburger met een laagje van deze gerookte-portuitjes…..

Spekjes van in portstroop gemarineerde gerookte ui

2 uien
zeezout
1 dl tawny port
olijfolie

Blancheer de in kwart gesneden uien twee minuten in kokend water. Pak de rookoven en leg een eetlepel houtmot op de bodem. Leg vervolgens een stukje aluminiumfolie op het rekje en prik daar een aantal gaatjes in. Leg daar de stukken ui op. Zet het rookoventje op hoog vuur en plaats de deksel op de rookoven zodanig dat er nog 1 cm open is. Zodra er rook omhoog komt kringelen kan de deksel worden gesloten. Rook dan de ui 3 minuten lang en zet het vuur uit. Laat voorzichtig de rook ontsnappen. Snipper de ui in kleine stukjes. Zet 1 deciliter port in een pannetje op het vuur. Laat tot stroop inkoken, zet het vuur af en doe er de uisnippers erbij. Laat afkoelen en doe ze dan in een plastic zakje en laat marineren. Het beste is om de zak vacuum te trekken met een vacumeerder. Laat minimaal 3 uur marineren. Giet eventueel overtollige port in een potje en gebruik deze voor een lekkere jus. Bak de uitjes een aantal minuten voordat je ze serveert. Bijvoorbeeld bij:

Witlofstamppot met feta en spekjes (van gerookte port-ui)

Witlofstamppot met gerookte port-ui

1 kilo zachtkokende aardappelen
melk/room
4 stronkjes witlof
3 a 4 blaadjes verse salie
6 sprietjes verse bieslook
zout, peper
75 gram verbrokkelde schapenfeta
4 eetlepels spekjes van gerookte port-ui

Kook 1 kilo aardappelen gaar en stamp ze met wat warme melk of room fijn en smeuig. Voeg zout en peper naar smaak toe. Snipper de salie en bieslook en meng dit door de puree. Bak ondertussen in een hete pan met olie de in snippers gesneden witlof in circa 3 minuten zachter en voeg dit aan de aardappelen toe samen met de verbrokkelde feta en roer dit alles goed door. Serveer met de “spekjes”. Lekker met Lincolnshire worstjes.

Gerookte ui

Julia Child ’s geroosterde citroenkip met knoflook, tijm en rozemarijn

julia child citroenkip
The Art of French Cooking
Julia Child is vooral bekend van haar boek Mastering the Art of French Cooking (1961), waarmee zij het Amerikaanse publiek liet kennismaken met de Franse keuken. Ook presenteerde ze diverse kookprogramma’s, waaronder The French Chef, dat 10 jaar lang op de Amerikaanse televisie werd uitgezonden. Ik leerde van haar bestaan via de onlangs op tv uitgezonden film Julie & Julia, een film over een blogster die een jaar lang uit het beroemde boek kookt en daarover schrijft. In deze film wordt ook een deel van het leven van Julia Child verfilmd, met Meryl Streep als Julia Child.

Met de film nog vers in het geheugen was ik voor de foodblogswap* op zoek naar een lekker recept op de blogsite van “Kook de wereld rond“. Ik begon al een beetje moedeloos te worden want er stonden veel lekkere recepten op de site en dan is het moeilijk kiezen. Tot mijn oog op dit recept viel van Julia Child. Blogster Marloes was met haar dochter in 2009 naar de film in de bioscoop geweest en naar aanleiding daarvan op zoek gegaan naar een recept van haar. Ik, vier jaar na dato, was ook nieuwsgierig geworden en dit was de perfecte gelegenheid om kennis te maken met Julia Child’s recepten.

En hoe smaakte het? Erg goed! Er werd in het blogrecept ook nog vermeld dat de salade waarop de kip werd geserveerd (in het originele recept) was weggelaten. Ik heb deze er wel bij gemaakt, maar dan niet met waterkers maar met een rucola/snijbietmix.

Julia Child’s geroosterde citroenkip

2 a 3 flinke kippenbouten (of 1 hele kip**)  
1 ui
1 citroen
2-3 teentjes knoflook (ongepeld)
3 takje tijm
2 takjes rozemarijn
zwarte peper
olijfolie

1 bosje waterkers, 1 zakje rucola of bosje snijbiet of mix
1 el walnootolie
60 ml kippenbouillon

Plet de teentjes knoflook met de platte kant van een mes en doe ze in een ruime schaal. Snij de citroen doormidden en knijp de beide helften goed uit boven de schaal, Doe ook die twee helften citroen dan in de schaal. Voeg twee takjes rozemarijn en drie takjes tijm toe en flink wat versgemalen zwarte peper. Pel en halveer de ui en snijd de twee helften in schijven. Leg de schijven in een niet ingevette ovenschaal. Wrijf de kippenbouten in met het citroen/kruidenmengsel en leg de kip op de stukken ui. Giet dan de schaal met het citroen/kruidenmengsel over de kip leeg en sprenkel een klein beetje olijfolie over de kip. Zet de ovenschaal vervolgens in een op 220 graden voorverwarmde oven en bak de kip in ongeveer een uur mooi bruin en gaar. Halverwege de baktijd de bouten even omdraaien. Dit recept kan je ook maken met de electrische slowcooker, zie hieronder**.

Leg de kipdelen op een bord en dek de kip af met aluminiumfolie om het warm te houden. Voeg de bouillon toe aan inhoud van de ovenschaal en roer met een spaan het gekarameliseerde vocht los en door elkaar. Doe het jusvocht in een kom en voeg de walnootolie toe. Klop met een garde totdat een mooie egale saus is ontstaan. Maak op smaak met zout en peper.

Doe de waterkers, rucola of snijbiet of mix daarvan in een ruime schaal en voeg de helft van de saus toe. Meng dit goed door de salade. Leg op elk bord een deel van de salade. Leg hier een deel van de kip op en besprenkel dit naar smaak nog met de saus. Lekker met gebakken aardappelen.

* foodblogswap: elke maand kunnen foodbloggers zich opgeven en mogen zij van elkaars blog koken. De blog wordt aangewezen. Dit keer mocht ik dus van Kook de wereld rond iets maken. The Cookie Cottage maakt iets van mijn blog.

** Ik heb het recept ook een keer gemaakt met een hele kip in de electrische slowcooker:

Volg het recept maar doe alles in plaats van in een ovenschaal, in de keramieken schaal van de slowcooker. Zet de slowcooker op hoog (90 C), in 4 a 5 uur is de kip gaar en valt het vlees bijna van het bot. Hevel de kip over in een braadslee en rooster het vel krokant en bruin onder de grill. Dit duurt ongeveer 5 minuten. Volg voor de saus en salade verder het recept. 

Tip: foto’s geef je een jaren 60-look met het van het internet downloadbare programma Snapseed.

Oesters “a la Venitienne”

oesters venitienne
Oesters a la Venitienne

Gisteren weer eens oesters gegeten. Ik vond het tijd om een nieuw recept uit te proberen en heb deze Oesters a la Venitienne gemaakt, gegratineerde oesters. Het is een net weer iets ander recept dan de oesters Rockefeller. Vanwege de heerlijke geur van dit gerecht, is er ook nog een familielid over de streep getrokken om voor het eerst een oester te proeven. De oesters “roken naar zee”. Dat doen ze altijd, maar blijkbaar wordt het door deze bereiding versterkt. En na de eerste oester kwam de vraag om nog een oester: ook nog eens erg lekker dus.   

Hoewel rauw de smaak van een oester het beste tot zijn recht komt, viel dit gerecht in de smaak. Zoals je op de foto kunt zien, waren de oesterschelpen nogal verschillend in grootte. Dit komt doordat we ze zelf hebben geraapt van het wad van de Oosterschelde. Na opening van de schelpen, is er geen groot verschil meer in de omvang van de oesters en konden ze goed met z’n allen onder de grill. Aan te raden, deze:

Oesters a la Venitienne

Zeeuwse oesters
Peterselie, fijn gesneden
Bieslook, fijn gesneden
Parmezaanse kaas, geraspt
Peper
Citroensap
Boter, gesmolten
Zout om de oesterschelpen in te leggen

Giet een laagje zout in een ovenschaal. Wrik de oesters voorzichtig met een oestermes open, de platte kant van de oester naar boven. Verwijder de platte kant van de oester. Laat het meest vocht er voorzichtig uit lopen. Maak de oester los van de schelp maar laat de oester er in liggen. Verwijder eventuele scherfjes van het openmaken. Leg de oesters met schelp in het zout. Strooi peterselie en bieslook over de oesters. Strooi daarna niet teveel kaas over de oesters en enkele druppels gesmolten boter per oester. Zet de oesters in de oven onder een hete gril en laat in enkele minuten de kaas smelten en lichtbruin worden. Haal dan de schaal met oesters uit de oven en serveer met peper en eventueel wat citroensap.

Recept via: www.oesterkoning.nl

Retro: Traditioneel gekruid stoofvlees & recept voor stoofvleeskruiden

traditioneel stoofvlees stoofvleeskruiden

De blaadjes vallen en het is tijd voor wat nostalgievoer. Vandaag stoofvlees met een zelf gemengde slagers kruidenmix, een mix van koriander, gember, kardemom, peper en nootmuskaat. Het recept komt uit het kookschriftje van mijn moeder. Waarschijnlijk is dit krantenknipsel-recept begin jaren 80 in het schriftje terecht gekomen. Ik heb de kookschrijver namelijk gegoogled en hij heeft vanaf 1977 tot en met de jaren 90 in het AD een kookcolumn gehad. Mijn moeder had diverse van zijn recepten ingeplakt en deze column had al een wat moderner uiterlijk dan de eerste knipsels.

Hans Belterman was de kookschrijver en in die tijd zeer vooruitstrevend. De groente moest volgens hem namelijk bijtgaar worden gekookt in plaats van (gebruikelijk) sufgekookt. Of mijn moeder ooit slagers kruidenmix voor rundvlees (een bij de slager gekocht potje voor het kruiden van het vlees) heeft gehad, kan ik mij niet herinneren. Maar de geur die van de mix afkomt, brengt je gelijk terug naar de jeugdjaren.

Het is wel apart: een mix van exotische kruiden en zo ontzettend oerhollands naar stoofvlees ruikend. Tijd voor een timewarp, terug naar moeders of oma’s suddervlees ? Maak dan eens deze:

Stoofvlees in kruidige saus

 

Stoofvleeskruiden mix

1 tl gemalen korianderzaad
1 tl gemalen gemberwortel
1 tl gemalen kardemom*
1 tl peper
1 tl nootmuskaat (of 1/2 tl piment)

Stoofpot

800 gram runderstooflappen in blokjes
zout
2 el bloem
2 uien
3 teentjes knoflook**
50 gram boter

Snij de runderstooflappen in blokjes. Bestrooi ze met 2 1/2 tl van de kruidenmix en met zout naar smaak. Schep alles goed door en laat een kwartier rusten. Verhit de boter in een braadpan. Bak het vlees onder voortdurend omscheppen aan alle kanten bruin. Voeg tijdens het bakken de gesnipperde ui toe en wanneer het vlees bruin is de knoflook in stukjes. Strooi er gelijk daarna bloem over en schep dit goed door. Voeg dan 4 dl kokend water erbij. Indien je met de slowcooker/crockpot gaat werken, is 2 1/2 dl genoeg. Blijf goed roeren totdat het vocht licht is gebonden. Zet dan het vuur lager en laat het vlees zo’n 3 uur zachtjes stoven. Of hevel alles over in de slowcooker en laat het geheel vijf uur op hoge stand stoven. Roer af en toe door. Indien de stoverij in een pan wordt klaargemaakt, let dan goed op of er nog genoeg vocht aanwezig is. Voeg anders af en toe gekookt water toe.

* Dit is gemalen zaad van de groene kardemompeul. Indien je alleen deze peulen in huis hebt, snij dan 8 peulen open, haal het zaad er uit en maal het fijn (met behulp van blender).

** Knolfook zou oma er niet door hebben gedaan maar het is wel lekker…

Broodje uit de koekenpan

snel broodje koekenpan

Hoe maak je een broodje als je in een bos zit, je hebt bijna geen materiaal, alleen open vuur en een Dutch Oven (dikke gietijzeren pot). Mijn “MacGyver” organiseert af en toe een (survival)training waarbij uit de natuur wordt gegeten. Soms wordt er ook wel eens meegebracht eten klaar gemaakt. Een boven open vuur gebakken broodje, leek een goede toevoeging. Dus aan de slag in de achtertuin met de Dutch Oven en nagedacht over hoe je een deegje kunt maken als je met weinig middelen in een bos zit. Gewoon brooddeeg moet je flink kneden en twee keer laten rijzen. Die mogelijkheid viel dan ook al snel af.

Een no-knead deeg leek de oplossing. Hiervoor hoef je alleen op tijd te beginnen en af en toe het deeg te roeren en af te dekken. Het deeg maken bleek het makkelijkste deel. Het brood gaar en niet zwart geblakerd uit de Dutch Oven krijgen is niet gelukt. Misschien dan toch aan de “flatbread”?. Alleen dan ben je wel even bezig voor een groepje mensen en hoe krijg je het brood mooi dun uitgerold.

Bij toeval* heb ik gisteren volgens mij de oplossing gevonden: een broodje gemaakt van zelfrijzend bakmeel. Doordat er geen gist wordt gebruikt maar bakpoeder hoef je het deeg van tevoren niet te laten rijzen maar kan je gelijk gaan bakken. Het is wel een redelijk plat broodje, zo’n 2 a 3 centimeter hoog, maar wel luchtig. Doordat het in de pan wordt gebakken is het ook nog lekker knapperig aan de buitenkant. Een goed broodje voor bij een kopje (maaltijd-)soep. Ideaal voor kampeerders of bbq-ers. Dit wordt dus binnenkort weer een vuurtje stoken en het recept eens gaan uitproberen in de open lucht.

Koekenpanbroodje ( piadina )

250 gram zelfrijzend bakmeel**
scheut olie voor in het deeg
125 ml water
scheut olie voor in de pan
zout (1/2 tl)
Andere smaakmakers bijvoorbeeld: kruiden, rode peper, olijven in kleine stukjes etc ***

Doe het meel in een kom, voeg het zout toe en roer er de olie door. Voeg dan beetje bij beetje het water toe totdat je een soepel maar niet klef deeg hebt. Vorm er een bal van. Rol dan een lap van 1 a 1 1/2 cm hoog en pak een koekenpan met een doorsnede van ca 28 cm. Laat de olie heet worden in de koekenpan en bak op middel tot hoog vuur (de schaal van mijn fornuis gaat van 1 tot en met 9 en ik heb het brood gebakken op 7). Draai na zo/n 10 minuten het brood op de andere kant en bak dan nog 10 minuten.

* niet genoeg bloem maar wel een zak zelfrijzend bakmeel in de kast
** of: 250 gram bloem en 3 afgestreken tl bakpoeder
** ik heb zelf rode peper-vlokjes en zout gebruikt omdat wij het brood bij curry gingen eten. Andere combinatie: olijven, gedroogde tomaten in stukjes en Italiaanse kruiden, zoals oregano en basilicum.

In rode wijn gestoofde ossenstaart

ossenstaart rode wijn
Ossenstaart met meegestoofd preiwit, wortel en aardappelpuree 
Dit keer was er de mogelijkheid om runderstaart oftewel ossenstaart mee te bestellen bij het biologisch rundvleespakket. Mijn kans om ook eens met ossenstaart aan de slag te gaan. Het eerste dat opviel bij aflevering van het pakket: er zit redelijk wat vet aan zo’n ossenstaart. Dat had ik niet verwacht. Daarnaast waren de stukken staart ook groter dan verwacht. Ideaal voor een stoofpotje.
Er moest rode wijn bij voor mijn gevoel, en lekkere pittige groenten die de stooftijd van 6 uur aankonden. Om de stukken prei had ik een stukje keukentouw gebonden zodat ze niet uit elkaar zouden vallen*. Doordat ze 6 uur hadden gestoofd in rode wijn (met bouillon) waren de preistukken iets zoetzurig geworden. Een lekkere combinatie met de volle smaak van de jus. De overgebleven jus is de vriezer ingegaan. Dan kunnen we er nog een keertje van genieten, bij een stamppotje bijvoorbeeld.

Zacht gestoofde ossenstaart

1 kilo ossenstaart (250 gram pp)
500 ml runderbouillon
250 ml rode wijn
2 laurierblaadjes
2 takje tijm
1 takje rozemarijn
1 prei, het witte deel
1 wortel
1 ui
1 peterseliewortel of 1/4 knolselderij**
zout, peper
bloem
olie

Bestrooi de ossenstaarten met zout e peper. Haal de ossenstaarten door de bloem. Verwarm olie in een pan en bak daarin de ossenstaarten bruin. Voeg de wijn en runderbouillon toe en warm dit even mee. Doe dan alles in de slowcooker. Hak het witte deel van de prei in vier stukken en bind om elk stuk keukentouw zodat ze niet uit elkaar kunnen vallen in de pan. Schil en snij de wortel en wortelpeterselie in plakjes. Snij de ui in kleine stukjes. Indien knolselderij: schil en snij deze ook in kleine stukjes. Doe de groenten en kruiden bij het vlees. Voeg nog wat zout en peper toe naar smaak. Laat het geheel 6 uur sudderen op de hoge stand (90 C) van de slowcooker. Je kunt het ook natuurlijk in de oven klaarmaken. Doe dan alles in een ovenschotel met deksel en zet de oven op 100 C, minimaal 3 uur laten stoven.

Bron: combinatie van recepten van: John Gerdsen (Grenzeloos koken) en Herman den Blijker

* tip van Herman den Blijker
** John Gerdsen gebruikt knolselderij, peterseliewortel (had ik nog liggen) heeft een iets verfijndere smaak.

Oudhollandse groentesoep met balletjes

oud hollandse groentesoep balletjes
Een groentesoep met “vergeten groente” zoals wortelpeterselie en knolraap (ook wel: hollandse raap/meiraap). Een soep waarbij je kunt voorstellen dat het vroeger op tafel werd gezet. Wat knapperig brood of broodstengels erbij en het plaatje is compleet.

De bouillon is getrokken met behulp van een schenkel. De schenkel komt uit het biologisch Hereford rundvleespakket. Zo’n pakket bestellen wij twee keer per jaar. Er zit echt van alles in, schenkel dus, en dit keer ook staartstukken en een stuk lever. Zo zet je ook weer eens ander soort gerechten op tafel. Ik ben al aan het zoeken naar een interessant recept voor de staartstukken. Vandaag met de schenkel, een ouderwets Hollands recept:

Oudhollandse groentesoep

1 runderschenkel
250 gram gehakt
1 wortelpeterselie
1 ui
1 grote of 2 kleine raapjes
1 kleine winterpeen
1 bosje snijselderij (=bladselderij)
1 mespunt piment
2 laurierbladeren
2 kruidnagelen
4 groentebouillonblokjes*
peper

Doe de runderschenkel in een grote soeppan of in de slowcooker. Giet hier 2 liter water bij en voeg de kruidnagel en laurierbladeren toe. Snipper de ui en voeg deze ook toe. Laat de runderschenkel 2 uur zachtjes koken of in de slowcooker 4 uur op hoogste stand. Verwijder dan het eventuele bruine schuim met een schuimspaan. Haal de schenkel uit de pan en haal de stukken vlees van de schenkel. Maak hier kleine stukjes vlees van en doe weer terug in de soep. Schil en snij een knolraap, de peen en de wortelpeterselie in kleine stukjes. Snipper de bladselderij fijn en doe alles in de soep samen met de groentebouillonblokjes. Voeg nog een flinke mespunt piment toe en wat peper. Maak het gehakt aan met zout en peper (mag pittig zijn) en vorm hier kleine balletjes van. Doe de balletjes in de soep. Laat de soep nog zo’n half uur zachtjes koken. In de slowcooker: laat het nog een uur koken.

* Voor glutenvrije soep dien je wel even te controleren of de groentebouillonblokjes glutenvrij zijn.

Amandelcakejes met kokos

glutenvrije amandelcakejes kokos
glutenvrije amandelcakejes met kokos

Sinds een week vallen er weer regelmatig amandelen uit onze twee amandelbomen. In de bijkeuken staat een kratje klaar om de amandelen in te doen zodat ze kunnen drogen. Dat duurt enkele weken en dan kunnen we ze gaan kraken en eten. Van de vorige amandeloogsten heb ik ondertussen veel lekkers gemaakt, zoals bijvoorbeeld de amlou, een amandel-honingpasta voor op brood of op de pannenkoek. Ook gekruid en geroosterd zijn de amandelen erg lekker.

Ze zijn ook goed tot amandelmeel te vermalen. Dan moet je ze eerst ontvellen. Dit doe je door de amandelen in een bakje kokend heet water te dompelen en dan het bruine schilletje er af te trekken. In de blender maal je ze vervolgens binnen enkele seconden tot een fijn meel.

Deze amandelcakejes zijn gemaakt van bij de toko gekocht amandelmeel. Ze zijn glutenvrij. Door de toevoeging van gemalen kokos zijn ze naar mijn mening iets luchtiger dan zonder. Lastig om van af te blijven, deze:

Amandelcakejes met kokos

200 gram amandelmeel
100 gram gesmolten boter
100 gram suiker
1 tl bakpoeder
2 el gemalen kokos
2 eieren
mespuntje zout

Verwarm de oven voor op 180 C. Vermeng het amandelmeel met de suiker en het bakpoeder. Voeg dan de gesmolten boter toe en 2 eieren. Roer alles goed door elkaar en voeg op het laatst de gemalen kokos en zout toe. Roer alles nog even goed door. Doe een volle eetlepel (eetlepel met kop) in elk papieren vormpje. Je haalt ongeveer 16 cakejes uit het beslag. Baktijd 15-20 minuten, in het midden van de oven.

Basisrecept van: Gezond leven van Jacoline

de amandelen eind september