De elegante burger met tuinkruidensaus

burger tuinkruidensaus la plaza athenee
De elegante burger, geserveerd met komkommer en tuinkruidensaus met kappertjes
Deze hamburger met tuinkruidensaus eet je met een mooi zilveren bestek, daar drink je iets bij uit een fraai kristallen glas, in een elegante omgeving. Een serre met art-deco stijlelementen bijvoorbeeld, met uitzicht op een weelderige tuin.
Het is een afgeleide van de “Le plaza Athenee-burger”. Le plaza Athenee is een chique vijfsterren hotel in Parijs. Ik had de Le plaza Athenee-burger onlangs helemaal volgens het boekje bereid: twee licht geroosterde rondjes brood, op het onderste rondje eerste een laagje sla, dan een laagje komkommer, dan wat gesnipperde bosuitjes, de hamburger, tweede rondje brood, sla, tomaat, bosuitje, gebakken eitje. De Le plaza Athenee-burger met de handen eten is uitgesloten. Ten eerste grijp je dan in het gebakken eitje en ten tweede is de burger veel te hoog. Maar op het moment dat ik het mes in de chique burger stak, gleed de hele burger uit elkaar. 
Opeens zag ik het voor mij. De gasten in het restaurant van het chique vijfsterren hotel, worstelend om met een beetje waardigheid de burger aan te snijden en naar de mond te brengen. De obers met  stalen gezichten, van binnen gniffelend om het gestuntel van de gasten.
De burger moest anders. Vooral het gebakken eitje voegde weinig toe. Maar de tuinkruidensaus met kappertjes is wel geweldig en de groenten ook. Ik heb er dus een hanteerbaar burgertje van gemaakt, met behoud van de elegantie.

De elegante burger met tuinkruidensaus

Voor 2 personen:
2 hamburgers (250 gram rundergehakt)
2 blaadjes botersla
1/4 komkommer
2 bosuitjes
1 tomaat
zout, peper
2 witte bolletjes
Tuinkruidensaus:
2 1/2 eetl crème fraîche of kwark
1 1/2 eetl mayonaise
1/4 eetl kappertjes
1/4 eetl peterselie
1 theel bieslook
zout, peper
enkele druppels worcestershiresaus
Breng 250 gram rundergehakt op smaak met zout en peper en vorm hier twee balletjes van. Maak van deze balletjes burgers met een dikte van 1 1/2 centimeter. Snij de bolletjes doormidden en rooster eventueel nog even de snijkanten. Maak de tuinkruidensaus door crème fraîche en mayonaise met een garde door elkaar te kloppen en dan te kruiden met de overige ingrediënten. Was en droog de blaadjes sla. Snij de komkommer zo dun mogelijk, evenals de tomaat. Snij de bosuitjes in smalle ringetjes. Bak (of gril) de 2 hamburgers in ca. 10 minuten gaar. Pak de onderste helften van het broodjes. Verdeel hier de sla in stukjes over. Leg hier weer de komkommer op, daarna de bosuitjes en bestrooi met zout en peper. Dan de hamburger, de tomaat en weer bestrooien met zout en peper. Leg dan het bovenste deel van het bolletje op de hamburger. Serveer de saus ernaast en laat een ieder naar smaak pakken.  

Romige visragout

Zeesla is de toekomst. In de media wordt er uitgebreid aandacht aan besteed: het eten van zeewieren. In Zeeland wordt op diverse plaatsen geëxperimenteerd met het kweken van groente op zoutwaterbodem. Lamsoor en zeekraal zijn al goed ingeburgerd. Maar zeesla?

Bij de Grote Verleiding, een internetwinkel in biologisch voedsel hier in Zeeland, was ik op zoek naar zeespaghetti toen ik de potjes met gedroogde zeeslavlokken en zeepeterselie zag staan. Op het scherm dan, want de Grote Verleiding heeft geen winkelpand. Dus besteld. En even geproefd. De zeesla smaakt naar ziltige spinazievlokjes. Het leek mij lekker in een visragout. En dat was het! De vlokjes zeesla overheersen niet maar geven de visragout een hele rijke smaak mee. Volgens mij kan ik nu al niet meer zonder.

Tip voor Zuidwest-Nederland en regio Antwerpen, Gent, Brugge en Knokke: de Grote Verleiding (eerste internetwinkel met eko-keurmerk) bezorgt daar haar biologische producten!

Visragout

Voor 4 ragoutbakjes:

25 gram boter
3 a 4 eetlepels bloem
0,4 liter visbouillon*
50 ml wijn
1 zalmfilet van ca. 100gram
1 kabeljauwfilet van ca. 100 gram
100 gram gekookte mosselen
1/4 prei
1 kleine peen
peper
evt. zout
2 theelepels zeeslavlokken (of viskruiden dan wel kruiden als dille en peterselie)

Maak eerst de visbouillon en laat afkoelen. Smelt dan de boter in een pannetje en roer door de gesmolten boter de bloem, eetlepel voor eetlepel. Stop met bloem toevoegen als het er uit gaat zien als slierten deeg op de bodem. Voeg dan voorzichtig de bouillon door terwijl je blijft roeren. Als je goed blijft roeren, komen er geen klontjes in de saus. Voeg dan de wijn toe, en de in reepjes gesneden prei en wortel toe en laat alles even lekker pruttelen. Snij ondertussen de vis in dobbelsteentjes en voeg toe. Voeg dan ook de zeeslavlokken toe. Na vijf minuten is de ragout klaar om te serveren. Schep ze in ragoutbakjes (zie voor recept vorig blog).

*evt. groente- of kruidenbouillon

Eenvoudig zelf ragoutbakjes maken

ragoutbakjes zelf maken

Gisteren werd ik wakker van getrommel. Best wel luid getrommel in huis. Bleek het geluid van druppels te zijn op de keukenvloer en op de keukenapparaten. Het smeltwater had op het platte dak een alternatief gezocht voor de bevroren afvoerpijp. En gevonden dus. Het was een heel gedoe, zo op de zondagochtend en -middag. Ik had dan ook weinig zin ‘s-avonds om de geplande ragout met –  voor het eerst- zelfgemaakte bladerdeegbakjes te maken.

Als ik had geweten hoe makkelijk het is om een ragoutbakje zelf te maken. Het leek me een heel geknutsel. Het is echter met wat plakjes bladerdeeg in een handomdraai gemaakt. Ik heb een stap (of 2) weggelaten en dit had slechts tot gevolg dat het bakje er nog ambachtelijker uitzag. 

Officieel zou je namelijk voor het opstaande gedeelte van het bakje nog een tweede vormpje (lees: glas) nodig hebben. Dit om een perfect rond randje te creëren. En officieel zou je het geheel moeten bestrijken met ei om het allemaal te laten glanzen. Maar bladerdeeg is zo vet, dat het toch wel glanst. En door slechts met 1 vormpje te werken had ik bij sommige 1 kleine imperfectie aan de bovenrand. Wat er naar mijn mening heel erg charmant (en ambachtelijk) uitzag.

Hier dan de supersnelle eenvoudige versie van het ragoutbakje zelf maken:

Eenvoudige ragoutbakjes

Voor 4 personen:

4 plakjes blaadjes bladerdeeg
een glas met een doorsnede van 8 centimeter

Bekleed de bakplaat met bakpapier. Zet de oven aan op 225 C.

Laat de bladerdeegplakjes ontdooien op een snijplank. Pak als ze ontdooid zijn, een glas met een doorsnede van ongeveer 8 centimeter en plaats deze met de bovenkant naar beneden in het midden van het bladerdeegplakje. Druk goed aan zodat je een rondje deeg uit het plakje kunt pakken. Leg deze rondjes op de bakplaat. Ga nu terug naar de plakjes bladerdeeg.

Zet je mes nu op een centimeter afstand van het verwijderde rondje, en snij een tweede cirkel hieromheen. Dit is voor het randje van het bladerdeegbakje. Snij de cirkel 1 keer door. Leg dit randje (met de buitenkanten gelijk) op de buitenrand van het bladerdeegrondje en snij wat je over hebt weg. Je heb dan een bakje gemaakt van het rondje en daar boven op het cirkeltje. Het naadje van de rand kan je met een beetje water nog wat gladstrijken.

Prik met een vork wat in de bodem en bak de bladerdeegbakjes in 15 minuten goudbruin. Door het bakken ontstaat het dekseltje van het bakje vanzelf. Dit snij je even los voordat je serveert.

Ps. Van het overgebleven deeg kun je reepjes snijden, en dan met een beetje kaas bestrooien of met wat suiker, nog even 10 minuten in de oven en je hebt nog een lekkere snack.

Je kunt op deze manier natuurlijk ook bijzondere vormen maken zoals sterren, kerstklokjes etc.

Romige knolraapsoep met mosterd

raapjes mosterd soep

De mosterd in deze soep komt van een Zeeuwse mosterdmakerij, de Vospit. Deze maakt zeekraal-mosterd, mosterd met Peelander dubbel abdijbier en nog veel meer andere soorten mosterd. Ik heb nu de mosterd met Peelanderbier gebruikt. Peelander (vertaald: wortel-lander) verwijst naar Noord-Beveland. Waar de brouwer vandaan komt. Het is een lichtzoete mosterd. Heel apart.

Het smaakt heel goed samen met de rapen en de rozemarijn in dit soepje. Een lekker hollands lunch-soepje. De soep is overigens romig zonder iets van room te hebben gebruikt.

Hollandse raapsoep met mosterd

Voor 4 personen:

3 geschilde en in blokjes gesneden rapen (klein)
2 theelepels mosterd (met peelander bier)
2 theelepels gedroogde rozemarijn
1 liter kippenbouillon
1 eetlepel boter
peper
verse bieslook

Schil en snij de hollandse raapjes (meiraapjes) in blokjes en bak deze 5 minuutjes in de boter. Bestrooi de blokjes met peper en rozemarijn. Voeg een liter kippenbouillon toe en laat nog 10 minuten doorkoken. Voeg de mosterd toe en pureer de soep. Serveer eventueel met wat gesnipperde sprietjes bieslook.

Gerookte paprikasoep met knoflook en sherry

spaanse paprikasoep gerookt sherry

Na mislukte pogingen om zelf gerookte paprikapoeder te maken met de rookoven, liep ik prompt (natuurlijk) bij Dille en Kamille tegen blikjes Spaanse gerookte paprikapoeder aan. En vervolgens bij Oil en Vinegar. Toen toch maar gekocht. Want ik had al een recept gezien dat ik wilde maken toen ik nog aan het experimenteren was met de rookoven.

De combinatie van de knoflook, sherry en gerookte paprikapoeder in deze soep sprak mij aan. Het recept was een poging om een soepje uit een lokaal restaurantje na te maken. Het recept schreef 10 !! tenen knoflook voor op 1 1/2 liter soep. Dat ging mij wel een beetje te ver. Ik heb het verminderd en de knoflooksmaak zit er goed aan. Ook de hoeveelheid sherry ging mij wat ver: een ruime deciliter. Een lekkere scheut en de hele keuken rook al naar sherry!. De soep is overigens fantastisch. Te omschrijven als een pittige mediterraanse soep.

Gerookte paprikasoep met knoflook en sherry

Voor 4 personen

2 flinke tenen of 4 kleine teentjes knoflook
1 ruime scheut droge sherry
2 flinke theelepels gerookte paprikapoeder
1 liter kippenbouillon
Optioneel: geroosterde amandelen
2 eetlepels olijfolie

Snipper de knoflook. Bak de knoflook op een laag vuur zacht. Voeg de paprikapoeder toe en bak nog even mee tot er een rode pasta op de bodem ontstaat. Voeg de sherry toe en daarna de bouillon. Even goed doorroeren en een kwartier zachtjes laten koken. Eventueel nog even de staafmixer er door heen halen. Rooster de amandelen even in een droge pan en doe ze in een bakje. Stamp ze tot grove stukjes en serveer met de soep met wat van de geroosterde amandelen.

Tip: Voor een meer gebonden soep, bak je eerst nog 250 gram in dobbelstenen gesneden witbrood bruin en volg daarna het recept.

Als variatie kun je er ook nog voor het serveren een eitje per soepkom in de soep breken en 10 minuten in een 200 C voorverwarmde oven zetten.

Clubsandwich met gerookte kip en krokant gebakken spek

clubsandwich gerookte kip spek

Een echt verwengevoel met deze clubsandwich op het bord en nog het grootste deel van het weekend te gaan. Laagje sla, krokant gebakken plakjes spek, zoete tomaat, laagje gerookte kipfilet met frisse knapperige komkommer. Aangevuld met de smaken van mosterd, mayonaise en whisky cocktailsaus.  Dit is mijn ultieme clubsandwich. Zelfs een clubsandwich met gerookte zalm kan hier bij mij nog niet tegen op. Dit zou ik, onder de Bourgogne burger (zie eerdere blog), op de kaart zetten van mijn lunchzaak. Die ik niet heb, maar als ik het zou hebben…..

Natuurlijk, als je zo veel mogelijk ook nog eens vers maakt: de kip warm roken en dan in plakjes snijden, de whisky-cocktailsaus zelf maken. Dan heb je echt de absolute top-clubsandwich op tafel.

Clubsandwich met gerookte kip en krokant gebakken spek

3 boterhammen
4 plakjes ontbijtspek
paar plakjes gerookte kip, afhankelijk van grootte
gemengde sla
dun gesneden komkommer
dun gesneden tomaat
mayonaise
mosterd
cocktailsaus

Naar smaak: rooster eventueel de boterhammen. Besmeer een boterham met mosterd, leg daar een laagje gemengde sla op. Bak de spekplakjes krokant en leg ze op het laagje gemengde sla. Snij de tomaat in dunne plakjes en leg deze hier op. Bestrooi met peper. Besmeer een boterham met mayonaise en leg met de mayonaisekant op de tomaat. Leg op deze boterham een laagje gerookte kip (zie hieronder voor warm gerookte kip). Sprenkel hier wat cocktailsaus over. Hier komt weer een laagje met plakjes komkommer op en bestrooi weer met peper. Leg de derde boterham helemaal bovenop. Snij de boterham diagonaal door en steek door elke helft een prikker om de clubsandwich bij elkaar te houden.

Kipfilet warm roken

Kruid de kipfilet met zout en peper en strijk of sproei wat olie over de kipfilet. Doe een flinke eetlepel houtmot “Apple” op de bodem van het rookoventje. Plaats het lekbakje hier boven op en het roostertje daar weer boven op. Leg de kipfilet op het roostertje en doe de deksel op 1 cm na dicht. Sluit de dekstel als er rook uit het oventje komt. Rook de kipfilet 4 minuten. Bak daarna de kipfilet nog in zo’n 8 minuten gaar. Laat afkoelen. Snij hier met een scherp mes, dunne plakjes van.

Mulligatawny uit de slowcooker

mulligatawny slow cooker

Er is geen foto van deze maaltijdsoep te maken die ook maar een beetje recht doet aan zijn smaak. Misschien een foto van alle ingrediënten. En dan nog kun je aan de hand van alles wat in deze soep gaat, geen voorstelling maken over de smaak. Wij vielen allemaal bijna van onze stoel van deze soep. Zelfs onze vierjarige heeft de soep gegeten en vond hem lekker.

Het begon allemaal met het boek van Rene Pluijm: Pluijm op pad. Gekregen en al een paar keer het voornemen gehad om er iets uit te gaan koken. Het recept waar mijn oog op gevallen was, was het recept van Mulligatawny. Natuurlijk vanwege de naam en omdat het een Tamil-Ierse-soep is. Ik ben gek op pittige curry’s en erg nieuwsgierig hoe zo’n Tamil-Iers verbond uitpakt. Ik heb het recept aangepast, want ik ben met de slowcooker aan de gang gegaan. En ik had niet alle ingrediënten in huis. Na ook even een blik te hebben geworpen op andere recepten van deze soep, zag ik dat deze respectievelijk kon vervangen of weglaten.

De hele dag ben ik er min of meer mee bezig geweest. Ik had namelijk besloten de Mulligatawny met de nog in de vriezer aanwezige soepkip te gaan maken. Je kunt overigens ook een vegetarische versie maken of met lamsvlees. Of gewoon kippenvlees. De soepkip lag s’-ochtends al in de slowcooker met wat bouillon. Na een paar uur: de kruiden en groenten bij elkaar gezocht. Vervolgens deze geraspt, geplet, geroosterd en gesneden. De soepkip uit de bouillon gehaald, bouillon gezeefd en alle groenten en kruiden in de bouillon gedaan. De kip van vlees ontdaan, de soep laten pruttelen en gepureerd en gezeefd. En ondertussen heel erg gehoopt, dat dit allemaal de moeite waard zou zijn. En dat was het gelukkig.

Kooktijd: met soepkip 8 1/2 uur, zonder 3 1/2 uur.

Mulligatawny uit de slowcooker

Specerijmengsel                                                                 Groenten/fruit

1 theelepel zwarte peper                                                      4 aardappelen in blokjes
3 eetlepels korianderzaad                                                    2 bospenen in plakjes
2 theelepels kurkuma                                                           1 rode peper, in stukjes zonder zaadjes
8 kardamom-peulen                                                              1 grote frisse appel, in blokjes
2 theelepels kurkuma                                                            3 hollandse raapjes/ meiraapjes
1 theelepel cayennepeper                                                     2 uien
                                                                                              1 citroen (beter: 1 limoen)
Verder

3 theelepels kikkererwtenmeel
4 groentebouillonblokjes
16 curryblaadjes
4 tenen knoflook
1 1/2 eetlepel geraspte verse gember
2 eetlepels vloeibare keukentamarinde
400 ml kokosmelk
1 kleine of 1/2 grote soepkip

Doe de soepkip in de slowcooker, voeg 2 liter water toe en 4 bouillonblokjes. Zet de slowcooker op de hoge stand (90C) en laat de soepkip 5 uur stoven.

Rooster de kardemompeulen, kurkuma en korianderzaad in een droge pan, totdat ze lekker gaan ruiken. Maal ze in een keukenmachine of met behulp van een vijzel. Voeg peper, kurkuma en cayennepeper toe. Maak een papje van de kikkererwtenmeel en een paar lepels bouillon.

Haal de kip uit de slowcooker en zeef de bouillon. Doe de bouillon weer terug in de slowcooker.

Voeg alle ingrediënten toe, op het vlees, de kokosmelk en de citroen na. Laat de soep nog 3 uur in de slowcooker op de hoge stand pruttelen. Pureer dan de soep met een staafmixer en giet het mengsel nog door een zeef. Voeg vlees en  kokosmelk toe en maak de soep op smaak met citroensap, zout en peper. Laat het vlees nog even doorwarmen. Serveer met rijst of brood.

Lekker makkelijk plaatbroodje

makkelijk plaatbroodje

Het is geen focaccia want het deeg is anders. Maar het principe is hetzelfde. Brooddeeg uitrollen tot een halve centimeter dikte en dan de bovenkant met olie insmeren, even de olie inmasseren en dan nog drie kwartier laten rijzen. Het plaatbroodje bak je in een kwartiertje gaar en bruin.

Het mooie is, dat je het deeg gewoon met het deegprogramma van de broodbakmachine maakt. Je laat de machine het minst plezierige werk doen: kneden, laten rijzen, weer doorkneden etc. Het levert een lekker luchtig plat brood op, dat een beetje doet denken aan een Turks brood. Je kunt er alle kanten mee op. Lekker variëren met kruiden, kaas-ui-variant, etc.

Ik heb het broodje gemaakt met chili-rozemarijn-knoflookolie. Het oordeel hier thuis: je mag dit brood wel elke dag bakken……

kruidenolie zelf maken

Plaatbroodje uit de oven

300 gram (patent)bloem
3 gram droge gist (half pakje gist)
190 ml water
2 eetlepels olijfolie
1 theelepel suiker
1 theelepel zout
Olijf of andere olie om in te strijken
Kruiden naar eigen smaak

Doe gist, 300 gram bloem, suiker, water en olie in die volgorde in de broodbakmachine en stel de machine in op het deegprogramma voor wit brood. Als het programma is afgelopen, deel je het deeg door twee-en, en kneed je het deeg nog even door. Van elk stuk deeg rol je met de deegroller een soort pizza van een halve centimeter dik. Leg het deeg op een ingevette pizzaplaat of bakplaat. Bestrijk de bovenkant met (kruiden)olie. Voor de kruidenolie: teentje knoflook, favoriete kruiden en eventueel een chili in een vijzel doen, fijnmaken en daar olie opgieten en nog even goed vijzelen. Druk met je vingers in het deeg om de olie “in te masseren”. Dek af met een doek of folie en laat nog drie kwartier rijzen. Verwarm ondertussen de oven voor op 225 C. Bak ze in een kwartier gaar. Bestrijk de plaatbroden als ze uit de oven komen, eventueel met nog wat olie. Daar wordt de korst iets flexibeler van. Eventueel ook nog wat grof zeezout over het broodje strooien.

Burger met rode wijnsaus

burger rode wijnsaus bourgogne

Dit is een geweldige burger! Gisteren voor het eerst gemaakt. Als ik een lunchzaak zou hebben, stond deze burger op de kaart. Overigens zou deze burger ook op de menukaart van een restaurant niet misstaan.

De rodewijnsaus maakt deze burger zeer verfijnd. Met de Bourgogne schijnt deze burger niets te maken hebben. De naam komt vanuit het gebruik van de rode wijn. Ik heb gewoon een spaanse rode supermarktwijn gebruikt. De hamburgers komen kant en klaar uit ons biologische Herefordrundvleespakket. Misschien smaakt deze burger dus zelfs nog beter als je het recept volgt en het rundergehakt voor de burgers ook aanmaakt met een beetje rode wijn. Het is overigens ook nog eens snel te maken.

De Bourgogne burger

Voor 2 personen:

250 gram rundergehakt of 2 kant en klare burgers
1 ei
zout, peper,
6 eetlepels rode wijn
1,5 eetlepel extra virgine olijfolie
1 eetlepel tomatenpuree
2 theelepels chilisaus
1/2 theelepel gedroogde oregano
1/2 theelepel bruine basterdsuiker
2 witte bollen
1 1/2 eetlepel bakolie

Maak het gehakt aan met een eitje en 1 1/2 lepel rode wijn, zout en peper. Vorm hier 2 hamburgers van. Doe de rest van de rode wijn in een pannetje, samen met de olijfolie, tomatenpuree, chilisaus, oregano en suiker en laat de saus in ongeveer 10 minuten indampen tot je een min of meer gebonden saus hebt. Bak of gril ondertussen de hamburgers in de pan. Halveer de bollen en leg een hamburger op de onderste helft. Schep de saus er over en dek af met de bovenste helft van de bol. Serveer met rauwe groenten er om heen, zoals bleekselderij, bosuitjes en bloemkoolroosjes.

Bron: Hamburgers van Hans Belterman

El bulli’s omelet met chips

omelet chips

Dit recept stond een jaar geleden in de Volkskrant, in de rubriek Volkskeuken. Het komt uit het boek Thuis koken met  Ferran Adria, de topkok van het Spaanse sterrenrestaurant El Bulli. Het was binnen een nanoseconde geadopteerd door mijn omeletspecialist thuis. Die ook graag chips eet. En ondertussen al verschillende keren dit omelet heeft gemaakt.

Ik had er aanvankelijk niet zo’n trek in. Chips in een omeletje, dat leek mij een taaie, vettige massa opleveren. Dus als het aan mij had gelegen, hadden we deze omelet nooit ontdekt. Gelukkig werd er doorgezet. Het is wel een machtig omeletje. Een stuk van deze omelet bij de lunch en je hebt gegarandeerd geen honger meer de rest van de middag. Overigens staat het in het boek van Ferran Adria als voorgerecht.

Omelet met chips

6 eieren
70 gram chips
1,5 eetlepel olijfolie

Breek de eieren in een kom en klop ze schuimig. Doe de (goede kwaliteit) chips er bij en laat 1 minuut weken. Zet een pan op een middelhoog vuur en doe er olijfolie in. Giet het mengsel in de pan en roer voorzichtig met een rubber spatel. Maak de omelet los van de rand van de pan. Laat de onderkant van de omelet in 40 seconden opstijven en pak dan een bord. Keer de omelet met behulp van het bord. Doe olijfolie in de pan voordat de omelet terug gaat, voor het bakken van de andere zijde. Laat de omelet van het bord glijden en bak nog zo’n 20 seconden. Schep de omelet op een bord en zet het bord op tafel. Zouten is niet meer nodig.