Ovenschotel witlof en snijbiet met kipfilet en salie

witlof kip witlof oven

In een aflevering van Maartens Moestuin stelde Maarten ’t Hart zich -net zoals ik vorig jaar – de vraag: waarom ligt snijbiet niet in de winkel. Het is lekker, veelzijdig te gebruiken en snel klaar. En hij gaf zelf het antwoord dat mijn achterbuurman ook al gaf: het is kwetsbaar spul en zal waarschijnlijk binnen een dag verleppen in de winkel.

Gelukkig is snijbiet heel eenvoudig zelf te kweken. Het komt snel op na het zaaien en je kunt er de hele zomer door van eten mits je zorgvuldig plukt. Als je elke keer maar een paar van de bladeren weg haalt van de snijbiet, dan vormen zich telkens nieuwe bladeren. Je moet alleen de snijbiet niet door laten schieten. Na een vakantie vorig jaar stond de snijbiet een meter hoog en was het blad taai en niet meer lekker.

Ik heb het in deze ovenschotel gecombineerd met witlof en lekkere malse repen gebakken kipfilet en overgoten met een ei-feta-saliemengsel. De snijbiet kan eventueel worden vervangen door spinazie.

Ovengebakken witlof en snijbiet met kipfilet en salie

Emmertje snijbiet

2 kipfilets
2 dikke stronken witlof of 4 dunne stronkjes
een hand snijbiet (ca 24 bladeren), gewassen*
4 tot 6 blaadjes salie
2 eieren
250 ml griekse yoghurt (of half creme fraiche, half melk)
1 sjalot, fijn gesneden
1 flinke teen knoflook, fijn gesneden
60 gram feta
zout, peper

Verwarm de oven voor op 180 C.
Snij de kipfilets in de lengte doormidden zodat er 4 lange repen kipfilet ontstaan. Bestrooi de kipfilets met zout en peper. Was de witlof en haal er de buitenste bladeren af. Snij de stronken witlof in de lengte doormidden en de harde kontjes eraf. Bak de kipfilets in een koekenpan aan alle kanten bruin en doe ze dan in een ingevette ovenschaal. Bak daarna de witlof in de koeken pan aan beide kanten even aan en leg ze om en om in de schaal met de kip. Bak daarna de sjalot en knoflook even zacht in de pan, voeg dan de snijbiet toe en haal na een halve minuut de pan van het vuur en verdeel het mengsel over de kip en witlof.  Klop de yoghurt met de eieren los  en breng op smaak met wat zout en peper en fijn gesneden salie. Verbrokkel daarna de feta en schep dit erdoor. Schenk dit eimengsel over de inhoud van de ovenschaal en zet de schaal in de midden van de oven. Bak in ca 30 minuten gaar. Lekker met aardappelpuree.

* Vervanging: spinazie

Bewaren

Bewaren

Hartige Koreaanse pannenkoekjes van mungbonen

koreaanse pannenkoekjes mungbonen

Het was de bedoeling dat ik afgelopen winter met de mungbonen taugé zou gaan kweken, in afwachting van het nieuwe moestuinseizoen. Ik had daarom groene, ongepelde mungbonen bij de toko gekocht. Ik ben inmiddels weer lekker buiten bezig met het opkweken van allerlei groente. De zak met mungbonen lag gisteren nog steeds ongeopend in het keukenkastje. Ik vroeg mij af wat ik nog meer met mungbonen kan doen.

Ik kwam bij een online kruidenwinkel het recept tegen van mungbonenpannenkoekjes. Als je het recept leest, word je nog niet direct enthousiast. De pannenkoekmix bestaat uit geweekte mungbonen, water, ei, groente en kruiden. In de blender ontstond een deeg dat er romig en luchtig uitzag. De pannenkoekjes zien er uit als de Amerikaanse pannenkoeken, maar dan groenig en ze zijn erg lekker. 

Ik heb nog wel iets aan het recept veranderd want er hoorde nog geraspte wortel en lente-ui door. De geraspte wortel sprak mij niet aan en de lente ui had ik niet in huis en heb ik vervangen door sjalot. Lekker met een dipsausje*, of met wat pittige roerbakgroente en/of stukjes vis of kip.

Mungboon pannenkoeken (Bindae Duk)

225 gram geweekte groene ongepelde mungbonen (=180-200gram gedroogde mungbonen)**
180 ml water
2 eieren
1 el fijn gehakte knoflook
1 tl fijn gehakte chilipeper
50 gram fijn gesneden lente-ui of een sjalotje
zout, peper
evt. een geraspte bospeen

Week een nacht (minimaal 8 uur) de gedroogde mungbonen in water. Doe voor circa 12 kleine pannenkoekjes 225 gram geweekte mungbonen in een blender, voeg het water toe. Pureer tot een glad en dik beslag. Doe het beslag in een kom en voeg 2 eieren, knoflook, chili, lente-ui, evt geraspte wortel, zout en peper toe. Roer alles goed onder elkaar. Het beslag moet de dikte van een pannenkoeken beslag hebben. Bedek de bodem van de pan met olie. Bak ze zo zoals pannenkoeken. Serveer de pannenkoeken met een dipsaus* of met een pittige roerbakmix .

Bron: www.pit-pit.com

* Via de zoekmachine zijn na intikken van “Bindae Duk” diverse Engelstalige sites te vinden met recepten voor dipsauzen (veelal een mix van sojasaus, sesamolie en azijn).
** Kan ook met gepelde mungbonen.

De nom nom nom tag: leer de blogger beter kennen.

Via Marleen van het blog Eten uit de volkstuin raakte ik bekend met de nom nom nom tag. De nom nom nom tag is een vragenlijstje waarbij je als bezoeker de blogger beter leert kennen. Het zijn vaststaande vragen. Ik vind het zelf heel leuk om de antwoorden van de bloggers te lezen, vooral op de vraag wat ze zelf vies vinden. Daar komen hele verrassende antwoorden op. Hierbij mijn antwoorden en de twee bloggers die ik van harte (maar vrijblijvend) uitnodig om de vragen ook te beantwoorden: 

Wat vind jij lekker dat iedereen vies vindt (en andersom)?

Ik heb niet echt iets heel specifiek dat ik lekker vind en iedereen vies. Ik kom wel veel mensen tegen die griezelen bij de gedachte aan het rauw eten van vis/schaal- en schelpdieren of vlees en daar heb ik helemaal geen last van. Wat ik vies vind en nu heel erg in is, zijn (lauwwarme) ontbijtpappen met granen/overnight oats. Het weeïge van de pap met brokjes staat mij in de ochtend heel erg tegen.

Texaanse jalapenoburger

Wat kook je het liefst (en veel te vaak)?

Ik probeer zo veel mogelijk af te wisselen bij het koken, misschien ook wel door het blog. Iets dat veel op tafel komt- vooral als ik weinig tijd heb- zijn burgers (vrnl rund en vis). Het is trouwens ook wel terug te zien op mijn blog; daar staan maar liefst 14 verschillende burgers op. 

In welk restaurant zou je het liefst elke dag eten?

Er zijn veel restaurants hier in de buurt waar je lekker kan eten. Ik vind het heel moeilijk om daar uit te kiezen. Ik heb wel een lange lijst met restaurants in Zeeland waar ik ooit nog een keer wil eten, zoals bijvoorbeeld de Oesterbeurs in Yerseke, De kleine toren van Baarland in Baarland, de Vierbannen in Ouwerkerk, en natuurlijk de Kromme Watergang in Hoofdplaat. Genoeg nog te wensen over dus.

Oester clubsandwich

Als er een broodje naar je vernoemd zou worden, wat zou er dan op zitten en hoe zou het heten?

Dat wordt dan een clubsandwich met gerookte zalm, of Hollandse garnalen, of nog beter oesters of krab (nou ja, je begrijpt het wel), sla, tomaat, misschien nog avocado en/of krokant gebakken bacon en met een romig-zurige saus.

Deel een handige kooktip:

 Als je snel overgebleven gekookte aardappelen wilt bakken, snij ze dan eerst in partjes en verwarm ze 3 minuten in de magnetron. Hierdoor zijn de aardappelpartjes al warm en lekker stevig gebleven. Hierna kan je ze op hoog vuur een mooi korstje geven in de koekenpan.

Wat staat er nog op je food baking bucket list?

Eigenlijk nog best veel: een pate/terrine maken, zuurdesembrood/mosselbrood van eigen desemstarter, ravioli (zie nog een beetje op tegen het knutselen met deeg) en nog veel meer. Op Pinterest hou ik een board bij van alles wat ik tegen kom op internet en nog een keer wil maken. 

Zelf koken / Eten bestellen / Buiten de deur eten

Dat wordt dan zelf koken of buiten de deur eten. Koken is voor mij ook een manier om te ontspannen en zeker geen straf. Van het af en toe uit eten gaan kan ik erg genieten. Daarbij speelt dan ook de beleving en nieuwe indrukken.

 Ben je ergens allergisch voor?

 Nee.

 Wat is je food obsessie van de afgelopen tijd?

De versheid, smaak en hoeveelheid bewerkingen van het voedsel in de winkels. Ik begin steeds grotere afkeer te krijgen tegen de voedselindustrie op dit gebied. Je leest af en toe op een pakje vleeswaar meer dan 20 ingrediënten. En de onzinkreten op de produkten, zoals vers gesneden (hoe snij je de vleeswaren oud?) en ambachtelijk samengesteld (pffff) en ook een hele erge: vlees met oorsprong (stel je het vlees voor dat nergens vandaan komt).

Wat is je favoriete toetje?

Koffie met een bonbon.

En nu verder:

De volgende blogger zou ik vrijblijvend willen uitnodigen om met de tag aan de slag te gaan:

Paul Oosten van het blog De geur van Maillard; Ik lach mij vrijwel altijd suf om zijn blogs vanwege zijn manier van schrijven en droge humor. Hij deelt veel van zijn leven en daardoor heb je het gevoel het lijstje wel in te kunnen vullen, maar klopt dit?

Myriam van het blog Hap en Tap: zij blogt altijd hele mooi opgemaakte bordjes met jaloersmakende lekkere gerechten. Het is altijd al een feestje om naar te kijken. Ik ben benieuwd naar haar antwoorden op deze vragen.  

Mosselsalade met saffraanmayonaise

mosselsalade saffraanmayonaise

Het foodblogevent van deze maand heeft als thema “lekker dichtbij” en wordt georganiseerd door het blog www.eethetbeter.nl . Het is de bedoeling dat je een gerecht instuurt dat grotendeels is gemaakt van ingrediënten uit de buurt.

Ik woon op enkele kilometers afstand van waar het op mosselgebied allemaal gebeurt: Yerseke. Ik heb al een tijdje een mosselsalade willen bloggen en dus kan ik dat mooi in het kader van het foodblogevent doen. Ik heb de mosselsalade op smaak gebracht met een saffraanmayonaise en een jalapenopeper uit eigen teelt. Deze jalapenopepers zijn niet zo heel erg heet. Mocht je een ander soort pepertje gebruiken, is het raadzaam om af en toe even te proeven of de salade niet te pittig wordt.

De salade kan je op een broodje eten of als mosselhapje met een slablaadje als wrap. Wil je de salade op een toastje of stukje stokbrood eten, snij dan de mosselen nog even in drie delen.

Mosselsalade met saffraanmayonaise

200 gram klassiek gekookte mosselen (zie link)
2 theelepels citroensap
enkele saffraandraadjes
1 jalapenopeper (ca. halve spaanse peper)
2 flinke eetlepels mayonaise
zeezout
enkele blaadjes botersla
verse peterselie

Kook de mosselen op de klassieke wijze en laat de mosselen afkoelen. Of gebruik een restje mosselen van de vorige dag. Doe in een kommetje het citroensap en enkele saffraandraadjes. Kneus de draadjes een beetje door de met de achterkant van de lepel tegen het kommetje aan te drukken en laat een kwartiertje staan. Haal dan de saffraandraadjes uit de citroensap en meng hier de mayonaise door. Voeg dan de mosselen toe en de in kleine reepjes gesneden jalapenopeper en een snufje zout.  Schep twee eetlepels mosselen op een slablaadje en garneer met wat verse peterselie.

Foodblogswap: kaas en uienslof

kaas uien slof

Ook schapen lusten af en toe een ui. Hier in de omgeving ligt in de schapenweide soms een berg uien waar de schapen van eten. De eerste keer dat ik het zag moest ik denken aan een bepaald bijeffect van rauwe ui: elke avond feest in de schapenwei? Dat zal wel meevallen want schapen verteren gras ook goed.

Als je wordt omgeven door akkers met uien en ui-etende schapen, mogen de nodige recepten met ui natuurlijk niet ontbreken op dit blog. Vooral een kaas-uienbrood stond al een tijdje op mijn lijstje om een keer te maken. Met de foodblogswap was er de kans. De foodblogswap is een maandelijks evenement onder foodbloggers waarbij ze van elkaars blog koken. Ik had deze keer het blog http://www.thermomixrecepten.com, een blog met recepten voor de thermomix.

Mijn oog was dus gevallen op een kaas-uienbroodje. Voor het deeg heb ik het deegprogramma van de broodbakmachine gebruikt. Daarnaast heb ik er een slof van gemaakt met een topping van gebakken ui en geraspte kaas en vervolgens de slof in de oven afgebakken. Het broodje was lekker smeuïg en luchtig tegelijk en mag van de familie vaker op tafel komen:

Kaas en uienslof

300 gram tarwebloem

half zakje gedroogde gist (ruim 3 gram)
150 ml lauw water
halve theelepel zout
1 doosje smeerkaas (100 gram)
halve theelepel gedroogde tijm
zwarte peper
1 theelepel suiker

1 grote ui, gesnipperd
geraspte oude kaas of parmezaanse kaas (ca. 50 gram)
olijfolie

Met behulp van de broodbakmachine: doe eerst gist in het bakblik, dan bloem, water, smeerkaas, zout, tijm, zwarte peper naar smaak en suiker in de broodbakmachine. Zet het wittebrood-deegprogramma aan. Of meng de ingrediënten tot aan de ui in een grote kom goed door elkaar en kneed het tot een soepel deeg. Laat dan met een theedoek er over het deeg in de kom op een warme plek rijzen. Kneed nog een keertje door na een uur en laat het weer een uur rijzen.

Verwarm de oven voor op  200 C. Stoof de gesnipperde ui even in olijfolie totdat de ui glazig is. Doe het deeg op een ingevette bakplaat en vorm hier een ovaal broodje van met een hoogte van circa 3 centimeter. Verdeel hier de ui over en bestrooi met de geraspte kaas. Bak het broodje in ca 25 minuten gaar in de oven.

Avocadosalsa met bieslookbloemen / sandwich avocadosalsa en rosbief

avocadosalsa

De bieslook en de tijm staan nu in bloei. De bloemen van deze kruiden zijn eetbaar. Ze hebben beide paarse bloemen: de bieslookbloemen zijn donkerpaars en van de tijm lichtpaars. Dat staat heel mooi in een kruidenboter, samen met wat citroenrasp, zout en peper. 

De smaak van een bieslookbloem is hetzelfde als de stengel van de bieslook. Alle recepten met bieslook zou je dus kunnen verfraaien met paarse vlokjes bieslookbloem. Ik heb de bieslookbloemen gebruikt in een avocadosalsa, waarmee ik vervolgens weer een fantastische sandwich heb gemaakt. Het recept voor de sandwich komt van www.yummly.com, één van de vele buitenlandse receptenverzamelsite’s.

Sandwich avocadosalsa en rosbief

1 avocado
1 eetlepel citroensap
3 bieslookbloemen/1 eetlepel bieslook, fijn gesneden
halve theelepel zout
snuf peper/chilivlokjes

12 boterhammen (2 per sandwich)
2 eetlepel mayonaise
1 ons rosbief

Schil, ontpit en snij de avocado in kleine blokjes. Vermeng met de citroensap, de fijn gesneden bieslookbloemen, zout en peper. Beleg een boterham met de avocadosalsa en leg hier twee plakken rosbief op. Smeer een boterham in met mayonaise en leg deze met de mayo-kant op de rosbief. Snij dwars doormidden. Eet smakelijk!

Runderstoofpot met Rodenbach

stoofpot rodenbach

Ik ben een wijnliefhebber. Heel af en toe drink ik in de zomer wel eens een frisse biersoort zoals India Pale Ale. Mijn absoluut favoriete bier is Rodenbach. Dit is een roodbruin, zachtzurig en fruitig bier uit het Vlaamse Roeselare. Met België op een half uur rijafstand, hebben wij dit bier regelmatig in huis. In Nederland is het bij sommige gespecialiseerde slijterijen te koop.

Omdat het zo zachtzuur en fruitig is, is Rodenbach ook lekker om de mosselen in te koken (in plaats van witte wijn.) Het is daarnaast een fijn bier om in te stoven. Runderstoofpot met Rodenbach vind ik persoonlijk de allerbeste tot nu toe. Op het internet zag ik ook al enthousiaste reacties op het gebruik van dit bier in de stoverij: “sinds ik eens Rodenbach genomen heb gebruik ik niets anders meer. …. de perfecte mix van zoet en zuur voor stoofvlees”. En bij een restaurantrecensie “topper is het stoofvlees van Rodenbach met frietjes, echte aanrader!!”

Heerlijk met aardappelpuree en witlof of met frieten en een frisse salade:

Runderstoofpot met Rodenbach

 

800 gram runderstooflappen (magere runderlappen/sucade/riblappen)
300 ml Rodenbach*
1 boterham zonder korst, besmeerd met mosterd
2 volle theelepels runderstoofvlees kruidenmix **
1 grote ui, gesnipperd
Bakolie
zout, peper

Snij de runderstooflappen in dobbelstenen en bestrooi met zout en peper. Bak de helft bruin in een koekenpan, in de hete olie en doe het dan in een stoofpan of de schaal van de (electrische) slowcooker. Verhit dan opnieuw olie en bak de andere helft van het runderstoofvlees bruin. Doe dit ook in de stoofpan/schaal. Bak dan de ui glazig in de koekenpan en voeg het bier toe. Warm het bier op en voeg de ui met het bier aan het vlees toe. Haal van een boterham de korstje en smeer de boterham in met mosterd. De boterham zorgt straks voor de binding van de saus. Snij de boterham in dobbelstenen en voeg toe aan het vlees. Bestrooi alles met de stoofvleeskruiden en zet de stoofpan op laag vuur of de electrische slowcooker op 90 C (high). Laat 3 uur stoven in de stoofpan of 5 uur in de slowcooker. Voeg eventueel bij de stoofpan halverwege nog een mok (200 ml) rundvleesbouillon toe. Dit is niet nodig bij de slowcooker.

* Dit is voldoende bij gebruik van de electrische slowcooker. Bij het stoven op het fornuis is het raadzaam om nog 250 ml runderbouillon toe te voegen (en iets minder zout dan gewend) omdat er dan meer vocht verdampt.
** Dit is een kruidenmixrecept uit het kookschrift van mijn moeder van “slagers stoofvleeskruiden” en heb ik de link van weergegeven. Voor deze stoverij is het mixen van een 1/2 tl gemalen korianderzaad, 1/2 tl gemalen gemberwortel, 1/2 tl gemalen kardemom, 1/2 tl peper, 1/2 tl nootmuskaat (of 1/2 tl piment) genoeg.

Gegrilde pijlinktvis met een olijven-visvulling

gevulde pijlinktvis

Het is weer barbecuetijd en dan komen er bij ons elk jaar wel een keer gegrilde pijlinktvisjes op tafel. Er zijn mensen die griezelen bij de gedachte aan het eten van inktvis. Sommige inktvissen zien er ook niet zo smakelijk uit. Pijlinktvisjes daarentegen hebben maar een klein kopje met tentakels. De rest van de pijlinktvis lijkt op een puntzakje waardoor je het goed kan vullen. Deze keer heb ik de pijlinktvisjes gevuld met een mengsel van vis, olijf, knoflook, ui en ansjovis. Ik heb ook pijlinktvisrecepten gezien waarbij ze zijn gevuld met gehakt. Dat ga ik ook nog eens een keer uitproberen.

Pijlinktvisjes zijn niet eens zo duur. Ze zijn zelfs goedkoper dan de meeste vis. Vers worden ze bijna nooit aangeboden. De viswinkel heeft ze wel vaak in de diepvries voorradig. Het schoonmaken lijkt lastig, maar is het niet. Bij het recept staat beschreven hoe je ze schoonmaakt. Na het schoonmaken kan je de pijlinktvisjes even in citroensap en olijfolie marineren en zo op de grill leggen, of dus vullen.   

Ze hebben maar even nodig om te garen op de barbecue. Dat is heel handig voor het begin van een barbecuefeestje. Een lekker pittig sausje* smaakt hier geweldig bij.

Gegrilde pijlinktvis met een olijven-visvulling

1 kilo pijlinktvisjes
200 gram witvis
zwarte olijven, in fijne stukjes gesneden
halve kleine rode ui of sjalot, fijn gehakt
3 ansjovisfilets
3 teentjes knoflook, fijn gehakt
1 el fijn gesneden verse of 1 tl gedroogde Mediterraanse kruiden (oregano, rozemarijnnaaldjes, tijmblaadjes, salie)
2 el citroensap
zout, peper
satéprikkers

Maak de pijlinktvis schoon:
Trek de kop met de tentakels voorzichtig van het lijfje. Het inktzakje en de ingewanden komen vanzelf mee. Ga nog even met je vingers door het binnenste van het lijfje om nog eventuele restanten te verwijderen. Trek de harde balein los, dit gaat heel soepel. Het paarse vliesje (buitenkant) is makkelijk af te pellen. Spoel de lijfjes onder stromend water schoon en laat uitlekken. Snijd tenslotte de tentakels van de kop en gooi de rest weg.

Leg de satéprikkers in water.

Snij de witvis in kleine stukjes van circa halve centimeter. Hak of snij de olijven, ui of sjalot, knoflook en ansjovisfilets in fijne stukjes. Snij de tentakels van de inktvisjes in kleine stukken. Doe alles in een kom en vermeng met de kruiden en citroensap. Bestrooi met een beetje zout (door de ansjovisfilets is het al een beetje zout) en peper. Indien je een citroen hebt, voeg dan nog een beetje citroenrasp toe. Meng alles goed en vul de pijlinktvis (niet te dik want anders duurt het te lang voordat ze gaar zijn) tot 2 centimeter onder de rand. Maak de bovenkant dicht met behulp van de satéprikker.

Indien je gaat grillen met de grillpan: verhit de grillpan. Leg de inktvisjes op de grill en draai na enkele minuten om en laat nog enkele minuten grillen. Dien de visjes op. Lekker met een pittig sausje, zoals een harissa*- of chilisaus. 

* Een eenvoudige harissasaus: enkele eetlepels tomatenketchup met 2 centimeter harissapasta, scheutje citroensap en eventueel nog wat fijn gesnipperde ui door elkaar mengen. Harissapasta is een peperpasta met o.a. knoflook en koriander.

Asperges met zeevruchten en hollandaisesaus

asperges zeevruchten hollandaisesaus

Zeevruchten vind je in de viswinkel en in het vriesvak van de supermarkt. Wat je daar niet treft zijn zeedruiven. Een zeedruif is een kwalletje dat op een gepelde druif lijkt. Dit kwalletje spoelt af en toe aan op de strandjes rond de Oosterschelde. In sommige landen, zoals China en Japan, eten ze (tentakels van de) kwal. We hebben het ooit in het vliegtuig naar Hongkong aangeboden gekregen. Het bleek vrij smakeloos. Hier in Nederland zijn er voor zover ik heb na kunnen gaan geen eetbare kwallen. We houden het dus lekker bij zeevruchten, zoals garnaaltjes en mosselen.   

Het is een bijzonder smakelijke combinatie: zeevruchten met hollandaisesaus en asperges. Je zou de mix nog uit kunnen breiden met wat blokjes (stevige) vis. Voor dit gerecht staat het hele fornuis vol pannen maar het was het zeker waard: 

Asperges met zeevruchten en hollandaisesaus

 

Een kilo asperges
300 gram gemengde zeevruchten (bv. garnalen, mosselen, inktvisjes, krabvlees)*
2 eierdooiers
1,5 el wijnazijn/dragonazijn
50 gram ongezouten roomboter
zout, witte peper

Schil, haal de kontjes van de asperges er af en zet ze op in koud water. Indien het water kookt, duurt het rond de 10 minuten bij dikke asperges voordat ze gaar zijn. Prik af en toe even om dat te controleren.

Laat de boter smelten op een laag vuurtje. Schep eventuele vlokjes van de boter af. Haal de boter van het vuur. Klop de eierdooiers samen met de azijn los. Doe het in een pan of beter in een kom boven een pan met heet water (au bain marie) en verwarm de losgeklopte eierdooiers langzaam tot ze gaan binden maar haal op tijd de pan van het vuur voordat ze gaan stollen. Voeg dan langzaam de iets afgekoelde boter door. Let op dat de boter niet te heet is anders gaan de eieren alsnog stollen. Maak op smaak met zout en witte peper. Hou de saus op laag vuur warm.

Bak de zeevruchten even kort, enkele minuten, in een pan met hete olie. Bestrooi met peper.

Lekker met tagliatelle.

Nee, een zeedruif is geen zeevrucht….. 

* Bij de viskar zijn de zeevruchten soms gemarineerd.

cake met Citroenmelisse & tijm

cake citroenmelisse tijm

De citroenmelisse is zich aan het verspreiden door de hele tuin. Het liefst vestigt de melisse zich bij de rozenstruiken. Tegenwoordig zie ik al plukken citroenmelisse op 6 meter afstand van de struik. Bij het schoffelen komt er regelmatig een lekkere citroengeur je tegemoet, dan heb je weer een nieuw plukje citroenmelisse te pakken. Ik heb dus genoeg citroenmelisse om er lekker mee te koken. Je kunt er limonade en ijsjes mee maken, maar het is ook erg lekker in sausjes (bij vis).

Citroenmelisse komt oorspronkelijk uit het zuiden van Europa. De Romeinen introduceerden de plant in West-Europa waar hij als kruid in de kloostertuinen werd gekweekt. In het Grieks betekent ‘melissa’ honingbij; bijen zijn dan ook dol op de bloemen van citroenmelisse. Er worden medicinale krachten aan toegekend: het zou goed voor de spijsvertering zijn, het heeft een ontspannende werking en het wordt gebruikt bij aromatherapie om depressies te verminderen. Volksgeloof zegt dat je weer jonger wordt als je iedere ochtend wat van het kruid tot je neemt.

De citroenmelisse en een snufje tijm geven deze cake een licht kruidig citrussmaakje mee. De citroenmelisse geeft ook na een paar dagen nog mooie frisgroene spikkeltjes in de cake. De beste test: de kinderen vonden de cake ook lekker!

Citroenmelisse & tijmcake


225 gram bloem
2 tl bakpoeder
1/4 tl zout
1,5 dl volle melk
2 el gesnipperde citroenmelisseblaadjes
1 tl tijmblaadjes
125 gram zachte roomboter
125 gram suiker
2 eieren
1 tl citroenrasp

Verwarm de oven voor op 175 C. 
Meng de bloem met bakpoeder en zout. Doe de melk in een pannetje en voeg de citroenmelisse en tijm toe. Breng zachtjes aan de kook en zet dan het vuur uit. Laat de kruidenmelk afkoelen. Klop met mixer de suiker met de boter tot een luchtig geheel. Voeg de 2 eieren toe en citroenrasp en klop nog even door. Meng de bloem en kruidenmelk erdoor met een lepel. Doe het cakebeslag in een vorm van ca. 20 centimeter doorsnede. De cake is gaar in ca. 40 minuten op 175 C.