Scaloppine al limone (schnitzels met citroensaus)

scaloppine al limone

Scaloppine al limone was mijn eerste in Italie bestelde hoofdgerecht. Ik heb het die eerste vakantie in Toscane wel drie of vier keer besteld in twee weken tijd. Dat was dan ook weer genoeg en heb nog een heleboel andere lekkere gerechten gegeten. Het is een heel simpel gerecht en ik snap achteraf gezien niet waarom het jaren heeft geduurd voordat ik het zelf eens maakte.

Met een vleeshamertje of iets anders (ala Jamie Oliver) sla je het vleeslapje plat tot een dikte van een halve centimeter, peper en zout er over, door de bloem halen en dan kort in een pan bakken. De saus is niets anders dan de jus van het vlees en het sap van een citroen. Maar lekker!!

Scaloppine al limone

4 (kalfs)schnitzels
1 citroen
2 el water
10 gram boter
zout, peper
bloem
evt. peterselie, citroenmelisse

Sla de schnitzels plat tot een dikte van een halve centimeter. Bestrooi met peper en zout en haal de lapjes door de bloem heen. Het overtollige bloem er goed afschudden. Zet een pan op het vuur en verwarm daar de boter in. Als de boter heet is bak dan kort om en om de lapjes. Voeg het sap van een citroen toe. Draai vervolgens de lapjes nog een keer om en voeg wat water toe om de saus te maken. Haal de lapjes uit de pan en giet hier de saus over. Dien op met eventueel wat citroenmelisse of peterselie.

Lekker met een rucola-salade en geroosterde aardappeltjes.

Hollandse garnalen of rivierkreeftjes en avocado met cocktailsaus

hollands garnalen whisky cocktailsaus

Hollandse garnalen en whisky-cocktailsaus: het is en blijft een gouden combinatie. Lekker om te eten als klassiek voorafje in een cocktailglas met wat sla en een schijfje citroen. Of te eten als verwenbroodje: zacht wit broodje, wat sla, garnalen, peper en een paar schepjes zelfgemaakte whisky-cocktailsaus.

Ik heb het mezelf makkelijk gemaakt door de cocktailsaus dit keer te maken met crème fraîche in plaats van met slagroom. Slagroom moet je namelijk eerst nog even kloppen om geen hele dunne saus te krijgen. Daarnaast moet je dan ook de saus ietsje zuur meegeven met een beetje citroensap. Met crème fraîche is dat niet nodig.

Een budgetvriendelijker alternatief voor de garnalencocktail is een cocktail van rivierkreeftjes en avocado. Neem dan voor vier personen 2 ons gepelde rivierkreeftjes en 1 avocado. Snij de avocado in kleine blokjes en verdeel deze over de schaaltjes. Verdeel dan de rivierkreeftjes over de schaaltjes en schep er een flinke lepel cocktailsaus op. Werk af met wat verse peterselie en een snufje cayennepeper!

cocktailsaus

4 eetlepels mayonaise
2 eetlepels crème fraîche
1 eetlepel ketchup
1 eetlepel whisky
snufje paprikapoeder
snufje cayennepeper
scheutje worcestershiresaus
eventueel naar smaak nog een scheutje citroensap

Roer de crème fraîche zorgvuldig door de mayonaise. Voeg hier de ketchup en whisky toe. Nog even goed roeren en dan kruiden met paprikapoeder, cayennepeper en een scheutje worcestershiresaus. Eventueel naar smaak nog een scheutje citroensap.

 

Abdijbrood uit de broodbakmachine

abdijbrood broodbakmachine

Voor de luie bakker van brood: abdijbrood uit de broodbakmachine. Zelf vind ik de broodbakmachine een geweldige uitvinding en gebruik hem veel. Ik programmeer de machine ook vaak. Dan staat er ‘s-ochtends bij het opstaan een vers gebakken broodje klaar. Het nadeel blijft natuurlijk dat er een gat onder in het broodje zit van de deeghaak.

Het meel waarmee ik het broodje heb gebakken komt dit keer van de molen De vijf gebroeders. Deze molen staat in Heinkenszand. Het meel wordt verkocht tijdens open dagen en boerenmarkten. Het abdijbrood bestaat uit een mix van twee verschillende soorten meelproducten: bloem en volkorenmeel.

Abdijbrood

10 g. verse gist
200 gr. bloem
350 gr. volkorentarwemeel (fijn)
10 gr. suiker
20 gr. boter
340 ml. water
8 gr. zout

Doe alles in bovenstaande volgorde in de broodbakmachine en bak het brood met het bruinbrood-programma.

Bron: Bakken met de broodmachine van Eric Goossens

Waldorfsalade met gerookte kipfilet

waldorfsalade gerookte kipfilet
Waldorfsalade: weer zo’n gerecht waarvan er 20.000 verschillende recepten op het internet staan. En met dit recept komt er nog eentje bij. Deze waldorfsalade is met in de rookoven gerookte kip. Het oorspronkelijk recept gaat uit van gekookte kip en dat was ook heel lekker. Maar heb je een rookoventje voor op het fornuis, dan is dit recept een tip om eens te maken.

 

Waldorfsalade

2 ons gerookte kipfilet
2 stengels bleekselderie
75 gram gepelde walnoten
3/4 stukje appel of iets anders zoets uit blik (mandarijn, perzik, mango of iets dergelijks)
2 eetlepels crème fraiche
2 eetlepels mayonaise
een paar blaadjes ijsbergsla
zout en peper
evt. citroensap

Kook of rook de kipfilet. Roken: Pak de rookoven en leg een volle eetlepel houtsnippers (Apple) op de bodem, bekleed het druiprek met aluminiumfolie en olie het rooster in. Plaats het rooster op het druiprekje. Smeer de kipfilets in met een beetje olie. Leg de kipfilet(-s) op het rekje en bestrooi met peper en zout naar smaak. Plaats het rookoventje op hoog vuur en schuif de deksel bijna dicht. Als er rook naar boven komt kringelen, kan de deksel helemaal dicht. Rook de filet 4 minuten. Bak daarna de kipfilet af in de pan, afhankelijk van de dikte van de filet nog zo’n 6 tot 8 minuten.

Laat de kipfilet even afkoelen. Snij dan de gerookte kip in blokjes en de bleekselderie in schijfjes. Schil de appel en snij 3/4 van de appel in stukjes. Dan de walnoten kruimelen. En alles door elkaar scheppen. Meng in een bakje de crème fraiche en mayonaise en maak op smaak met zout en peper. Eventueel wat citroensap als je het wat zuurder wilt. Om te serveren: de salade op een paar bladen ijsbergsla leggen (gewone sla bezwijkt al gauw door het vocht). Lekker met stokbrood.

Puree van aardappel met knolraap

puree aardappel herfstraap

Twee dagen per week staat er op korte loopafstand van ons huis een viswagen. Verleidelijk om snel even een visje te halen voor het avondeten. Vandaag weer eens aan de verleiding toegegeven en lekkerbekjes gehaald. We hebben de lekkerbekjes gegeten met een puree van aardappel met boterraap.

Boterraap is een licht-oranje knolraap. Deze raap smaakt rauw naar radijs. Als je de raap kookt, dan  smaakt hij meer kool-achtig. Morgen ga ik de boterraap eens rauw verwerken in een salade. Ik heb al gezien dat een combinatie met notenolie lekker zou moeten zijn. Vandaag hebben wij de boterraap gekookt gegeten. Het was een lekkere combinatie: een visje in een deegjasje met schijfjes citroen en de aardse puree van aardappel en knolraap met een snufje tijm.

Puree van aardappel met knolraap

300 gram ongeschilde boterrapen (= ca. 3 rapen)
1 kilo ongeschilde kruimige aardappelen
1/3 tl gedroogde tijm
zout, peper
50 ml melk
olijfolie

Schil de rapen en snij in kleine stukjes (roomrapen laten zich lastig pureren!). Schil de aardappelen en snij in grove stukken. Doe ze samen in de pan met een snuif zout en kook ongeveer 15 minuten tot de aardappel gaar en roomraap zacht is. Verwarm de melk (in een beker met glazen roerstaafje 20 seconden in de magnetron). Pureer de aardappelen en raap en roer daarna de warme melk erdoor. Maak op smaak met tijm, zout en (gemalen) peper. Doe eventueel nog in een ovenschaal, spray hier een beetje olijfolie over en zet nog even onder de grill voor een krokant korstje.

Vlammetjes

vlammetjes zelf maken

Een knapperig korstje en een vulling van gehakt is op zich al lekker. Het speciale zit natuurlijk toch in het vlammende deel. Een pepertje en flink wat sambal door het rundergehakt, dat doet dit snackje ontvlammen.  

Het Vlammetje, oftewel Pangsit Pedis, is in Nederland zo ongeveer 30 jaar geleden geïntroduceerd. Iedereen kent volgens mij wel het geel-rode pakje. Bij de Makro kun je inmiddels ook al vlammetjestosti’s kopen: tosti’s met kaas en pittig gehakt. Vandaag heb ik gemerkt dat vlammetjes makkelijk zelf te maken zijn. Ik had nog een restje rul gebakken rundergehakt. Even knutselen en dan heb je heerlijke:

Vlammetjes

Ca. 23 vlammetjes

1/2 pak pangsitvellen (verkrijgbaar bij de toko). Hebben ze geen pangsitvellen, neem dan loempiavellen en snijd elk vel in delen van 10 cm bij 15.
200 gram rundergehakt
1 klein teentje knoflook (fijngesnipperd)
1lombok (fijngesneden)
1/2 eetl. sambal oelek
1/2 theel. ketoembar poeder (gemalen korianderzaad)
zout en peper naar smaak
1/2 eetl bloem
1 ei klutsen (dient als plakmiddel)
zonnebloemolie

Het gehakt rulbakken en knoflook en de gesnipperde lombok hier aan toevoegen, samen met de ketoembar, bloem en de zout en peper. Dan de sambal oelek erdoor roeren. De gehaktvulling een beetje af laten koelen. De loempiavellen ontdooien. Snij elk vel in langwerpige delen van ca. 10 bij 15 centimeter. Leg een kleine eetlepel gehakt als een soort worstje evenwijdig aan het smalle deel van het deeg op een centimeter afstand van 1 van de smalle kanten. Hou ten aanzien van de lange zijden een afstand van 1 1/2 centimeter aan. Pak het gehakt in: vouw de lange zijkanten van het deeg naar binnen over het gehakt heen en daarna de centimeter van het smalle deel. Rol op tot een mooi pakketje. Plak het vast met losgeklopt ei. 2 minuten frituren op 185 C, zo’n 6 tegelijk.

Naar een recept van:  Roys Indo Recepten

Courgette-venkelsoep met bruschetta

soep courgette venkel

De lente komt er aan. Tijd om weer eens aan de tuin te denken. En dan vooral aan de moes- en kruidentuin. Wat zal ik dit jaar eens gaan planten. Courgette natuurlijk. Vorig jaar een groot succes geweest. Dit jaar ga ik ook eens de gele variant proberen. En verder tomaten, bonen, snijbiet en komkommer. Venkel heb ik ook op mijn lijstje staan. Het leek mij een lastige groente om te telen. Op internet zag ik echter dat het een prima groente is voor de beginnende kweker, want bijna geen last van plagen en ziektes. Dus misschien kan ik deze herfst eens deze soep uit eigen teelt maken.

Het recept is overigens van Herman den Blijker.  Ik heb de soep niet gezeefd, zoals het recept voorschreef, alleen gepureerd. Een drupje room bij het serveren had de soep voor mij ook niet meer nodig.  Lekker met bruschetta.

Courgette-venkelsoep

2 courgettes, gewassen en in stukken gesneden
2 venkels, zonder kern en in stukken gesneden
1 prei, het witte deel, in stukken gesneden
8 dl kippenbouillon
2 dl water
zout
zwarte peper uit de molen
evt. room
olijfolie

boerenbrood
1 knoflookteen

Verhit de olijfolie in een pan en zet courgettes, venkel en prei aan (let op dat ze niet kleuren).
Voeg vervolgens het water en de bouillon toe en laat de groente op zacht vuur doorkoken tot ze gaar zijn. Haal de pan van het vuur en doe de massa in een blender. Blender de massa (en druk die door een bolzeef: zelf niet gedaan).Vang de soep op en verwarm deze op laag vuur. Breng op smaak met zout en peper. Doe de soep in 4 diepe borden en giet een beetje room erdoor ter garnering.

Besprenkel voor bruschetta, gesneden (boeren-)brood met olijfolie en leg ze onder de grill totdat ze bruin zijn. Strijk ze vervolgens in met een gepelde gehalveerde knoflookteen.

Zeeuwse speculaasjes

zeeuwse speculaas

Zeeuwse speculaasjes zijn bleker dan gewone speculaasjes. Er zitten geen speculaaskruiden in het deeg dus ze smaken heel anders. En ze zijn bedekt met zeer fijn gemalen suiker. Ze worden wel met behulp van een speculaasvorm gebakken. Je kunt ze hier in de supermarkt kopen. Buiten Zeeland heb ik ze nog nooit gezien in de schappen.

Ik ken ze van vroeger, van de bezoeken aan mijn opa’s en oma’s in Zeeland. Toen ik zelf net een paar maanden in Zeeland woonde, kwam ik ze weer tegen in een kruidenierszaak. Gelijk gekocht natuurlijk. En weer lekker. Hoe smaken Zeeuwse speculaasjes? Tja, naar zoete koekjes.

Een tijdje geleden heb ik zelf zeeuwse speculaasjes gebakken. Met een gewone vorm want geen geduld voor gedoe met een speculaasplankje. Hierbij het recept voor:

Zeeuwse speculaasjes 

250 gram (Zeeuwse) bloem
25 gram bakpoeder
150 gram boter
125 gram witte basterdsuiker
snufje nootmuskaat
een halve theelepel kaneel *
1 eetlepel citroensap
snufje zout
bakpapier

In twee stappen:
Meng de bloem en het bakpoeder. Roer daarna de kruiden, basterdsuiker, zout en citroensap er door. Snij de boter in kleine stukjes. Kneed hiervan met de andere ingrediënten een soepel deeg. Draai de deegbal in vershoudfolie en laat dit rusten tot de volgende dag.

Neem de volgende dag het deeg uit de koelkast en kneed het nog een keer goed door. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Bebloem een speculaasplankje en druk het deeg in de vorm. Klop ze uit op een bakplaat of rol een deeg uit tot een dikte van een halve centimeter en steek hier vormpjes uit. Verwarm de oven voor op 160 C hetelucht. Bak de koekjes in ongeveer 20 minuten tot de randjes lichtbruin kleuren. Af laten koelen. Doe fijne kristalsuiker in een blender en twee keer een seconde draaien. Niet te lang, anders wordt het poedersuiker. 

* ik heb recepten gezien met en zonder kaneel. Het recept met kaneel leverde lekkere knapperige speculaasjes op maar met teveel kaneelsmaak. Ik heb de hoeveelheid kaneel aangepast naar beneden. 

Stoofvlees met abdijbier

stoofvlees abdijbier

Het recept is van Jeroen Meus. Hij had op facebook de vraag gesteld wat op het menu van de 100e Dagelijkse kost moest staan. De meerderheid koos voor stoofvlees met friet. Vlaamse stoverij met friet, dat is verwennerij. Met de electrische slowcooker is het nu ook buiten het weekend makkelijk op tafel te zetten. Het indikken van de saus is wel een aandachtspunt bij de slowcooker. Nu giet ik daarvoor de inhoud nog wel eens over in een pan om op het fornuis nog even de saus te laten pruttelen. Het vlees blijft dan nog steeds botermals, dus de slowcooker doet in die zin zijn werk prima.

In de stoverij gaat appel-perenstroop, ook een scheutje azijn en een boterham met mosterd. Dat laatste herken ik van mijn “Wijk aan duinse hachee“. De stoverij was verrassend lekker. De stroop maakte de stoverij zoeter dan gewend, maar smaakte prima bij de friet en mayonaise.

Stoofvlees met abdijbier

1 kg runderstoofvlees in gelijke stukken gesneden (riblappen of sukade)
2 grote uien
1 flesje bruin bier (min. 1flesje, Westmalle dubbel)
2 eetlepels appel-perenstroop
2 takjes verse tijm
1 kruidnagel
2 blaadjes laurier
1 bruine boterham
2 eetlepels scherpe mosterd
1 scheutje natuurazijn
boter
peper van de molen
zout

Klassieke bereiding:

Snij de uien in grove stukken. Verhit een ruime stoofpot en smelt er een klontje boter in. Stoof daarin de uien op een matig vuur. Laat de uien niet bruin bakken. Verhit een braadpan op een matig vuur en smelt er een klontje boter in. Bak de stukken vlees in de braadpan tot ze een goudbruin kleurtje hebben. Kruid het vlees tijdens het bakken met wat peper van de molen en een snuifje zout. Doe dit in meerdere beurten anders gaan op een gegeven moment delen van het vlees koken in plaats van bakken. 
Doe de stukjes vlees in de stoofpot met uien. Hou de braadpan met aanbaksels bij en schenk daarin het bier. Roer alle aanbaksels van het vlees los terwijl het bier aan de kook gebracht wordt (deglaceren). Zodra het bier kookt, giet je het in de stoofpot. Het warm maken van het bier is nodig want het rundvlees wordt taai door er koud bier over te gooien.
Voeg de kruiden en appel-perenstroop toe. Besmeer de boterham met mosterd. Leg de boterham in de pot, met de besmeerde zijde naar onder. Laat het stoofvlees anderhalf tot drie uur lang sudderen op een zacht vuur. De kooktijd is afhankelijk van de kwaliteit van het vlees. Roer af en toe eens in de pot en controleer tussendoor of het vlees voldoende gaar is. Pas zodra de stoofvleessaus de gewenste dikte heeft, plaats je het deksel op de stoofpot. Werk het stoofvlees af met een klein scheutje natuurazijn en roer alles om. Proef en voeg naar smaak nog wat peper van de molen toe en een snuifje zout.

Voor de slowcooker:

Doe hetzelfde, maar dan gaat natuurlijk de stoofpot in de slowcooker. Zet de slowcooker 3 uur op hoog, 1 uur op laag (het automatische programma doet bij mijn slowcooker hetzelfde, zonder dat ik nog iets moet instellen). Indien de saus voor jouw gevoel nog niet genoeg is ingedikt: nog even op het fornuis in een pannetje op laag vuur de saus dikker laten worden door wat vocht te laten verdampen.

“Opposites attract” chocoladepasta

duo chocoladepasta zelf maken

Dit is natuurlijk gewoon een zelf gemaakte “twee kleuren in een potti” chocopasta. Alleen geen hazelnootpasta maar echte chocoladepasta. Het is morgen Valentijnsdag, vandaar de titel en vormgeving.  Op Pinterest heb ik al enorm mooie, romantische baksels voor deze dag gezien.

Deze chocopasta is gemaakt volgens het recept uit Dagelijkse kost van Jeroen Meus. Hieronder zijn recept voor de bruine chocopasta. Ik heb zelf voor het hartje een deel apart gemaakt met witte chocolade. Bij de witte chocoladevariant hoef je geen suiker toe te voegen. Nog voor het afkoelen heb ik eerst de bruine chocopasta in het bakje gegoten, daarna een lepeltje van de witte chocoladepasta in het midden gedaan en hiervan met behulp van de bolle kant van het lepeltje een hartje gemaakt.

Chocopasta recept

200 ml volle melk
100 gram pure chocoladekorrels of in kleine stukjes gebroken pure chocoladereep
10 eetlepels witte suiker
250 gram roomboter

Doe de 200 ml melk in een sauspannetje en zet op het vuur. Smelt hierin de 100 gram pure chocoladekorrels onder voortdurend roeren. Zodra de chocolade gesmolten is in de melk, giet je de chocolademelk in de blender, voegt 10 eetlepels kristalsuiker toe en de in kleine blokjes gesneden boter. De boter smelt vanzelf in de warme emulsie. Mix alles door elkaar totdat de boter volledig gesmolten is en de suiker volledig is opgelost. Giet de chocopasta in een goed uitgekookt potje. Zet in de koelkast en laat minstens een half uur opstijven.