Gevulde bolcourgette als hartige taart

Afgelopen weekend gaf ik een paar courgettes weg aan onze gasten, eergisteren maakte ik deze gevulde bolcourgettes, gisteren at ik het restant hiervan bij de lunch, vandaag gingen er 5 courgettes in de soep en nog steeds liggen er 10 courgettes in de bijkeuken. Ik heb inderdaad te veel courgetteplanten in de moestuin. Ik wil namelijk dit jaar gevulde courgettebloemen maken en dan heb je wel wat meer dan 1 a 2 bloemen nodig, leek mij. Het is er tot nu toe niet van gekomen om het klaar te maken, met dit gevolg.

Bolcourgettes zijn nog wel het leukst om in de keuken te gebruiken. Ik heb deze gevuld met dezelfde vulling als hartige taart: ei met room, kaas, groente en wat voor de rest nog lekker lijkt. Het is een soort glutenvrije taart geworden. Ook de volgende dag is deze gevulde bolcourgette nog lekker. Je verwarmt dan de courgette in circa twee minuten op vol vermogen in de magnetron nog even op. Lekker met wat stokbrood er naast.

Gevulde bolcourgette als hartige taart

Voor 4 personen:

2 bolcourgettes
2 eieren
1 scheut melk of room
3 a 4 plakjes yorkham/rauwe ham/spek etc
1 ui, gesnipperd
1 tomaat, in stukjes zonder vocht en pitjes
3 a 4 el geraspte kaas
Mediterraanse kruidenmix
zout en peper

Snij de kop af van de bolcourgettes en verwijder het binnenste zachte gedeelte van de courgette. Laat zo’n centimeter dikte over van het courgettevlees. Klop het ei los met de melk of room en voeg dan de overige ingrediënten toe. Maak op smaak met kruiden, zout en peper. Giet het eimengsel in de courgettes en zet de courgettes in de oven (voorverwarmd 200 C) en bak in ca. 45 minuten gaar.De courgettes zijn goed als het eimengsel goed gestold is: de vulling rijst dan niet verder omhoog in de courgette.

In boter gebakken courgette met limoen en basilicum

gebakken courgette limoen

Deze pan was vanavond aan tafel het eerste leeg en dat is verrassend bij een groentegerecht. Ik had ook nog wel meer gelust; een aanbeveling voor dit recept. De courgettes worden in boter gebakken voor een romige smaak, door het lichtbruin bakken krijg je daarnaast een licht nootachtig smaakje aan de courgette en aan het einde wordt het gerecht fris en zomers door de limoensap en limoenrasp. De verse basilicum zorgt voor een heerlijke geursensatie.

Eenvoudig, snel en smakelijk: dat is een fijn gegeven voor een bijgerecht. De courgettes knallen de planten uit op dit moment dus je kan wel wat recepten gebruiken om af en toe met de verse oogst even snel iets op tafel te zetten. Soms neem je er natuurlijk even de tijd voor en de komende tijd zal ik dan vast ook wel wat bewerkelijker gerechten met courgette online zetten. Maar voor een snel en lekker bijgerecht maak je eens deze:

In boter gebakken courgette met limoen en basilicum

2 middelgrote of 4 kleine courgettes
roomboter (ca. 20 gram)
1 limoen, rasp en sap
6 blaadjes verse basilicum, fijn gesneden
vers gemalen peper
zeezout

Leg de limoen even in pas gekookt water en wrijf met een stuk keukenpapier na twee minuten de waslaag van de limoen. Snij de courgette in schijfjes van circa 1 centimeter dik. Laat in een pan wat roomboter op zacht vuur bruin worden. Bak hier de courgetteschijfjes in en bestrooi ze ondertussen met zout en peper. Als ze wat zachter en gebruind zijn, snij dan de limoen doormidden en besprenkel de courgette met het limoensap. Schep om en rasp de schil van de limoen over het gerecht. Snij dan de basilicum in reepjes en bestooi het gerecht hiermee vlak voor het opdienen.

Groene soep van broccoli, courgette en basilicum met krokante ham

soep broccoli courgette krokante ham

Drie soorten courgette heb ik momenteel in de moestuin. De gewone groene courgette had ik opgekweekt uit het zaad van een vorig jaar doorgeschoten courgette. Het is mijn bedoeling om steeds meer zelf zaden te winnen en hiermee te gaan kweken. Daarnaast heb ik overgebleven courgetteplantjes gekregen waar gele courgettes aan komen. En het zaad van de bolcourgette heb ik bij een tuincentrum gekocht nadat mijn moestuin-buurman daar zo lyrisch over praatte. Deze bolcourgettes hebben bijna geen pitten en zijn fijn om te vullen. Doorslaggevend was dat zijn ogen begonnen te glimmen toen hij het had over de courgettesoep die zijn vrouw ervan maakt.

Van een iets te groot geworden groene courgette heb ik deze soep gemaakt. Normaal oogst je ze al ze maximaal zo’n 15 centimeter groot zijn want dan zijn ze het lekkerst. Daarnaast had ik nog een broccoli liggen en veel basilicum geplukt in de kas. Een groen soepje is het geworden met wat krokante hamsnippers. De krokante hamsnippers heb ik met behulp van de magnetron gemaakt. Dit bespaart tijd en is minder vet dan het spek in de pan bakken. Ik vond het een geslaagde toevoeging aan deze groene soep.

Groene soep met krokante ham

1 broccolistronk, in stukjes
1 courgette, in blokjes
1 ui, fijn gesneden
1 liter kruiden- of groentebouillon
1 eetlepel roomkaas of crème fraîche
enkele plakjes gedroogde ham (bv. parmaham)
10 basilicumblaadjes
verse peper
olijfolie

Roerbak de ui en de broccoli aan in de hete olie, voeg dan de courgette en groentebouillon toe. Laat het geheel doorkoken totdat de groente zacht is geworden. Voeg dan de room toe en basilicum en pureer de soep. Bekleed een bord met een stukje keukenpapier en leg hier per kopje soep een plakje ham op. Leg hier ook weer een stukje keukenpapier over. Zet 1 minuut in de magnetron op vol vermogen. Bekijk of de ham krokant genoeg is, zet het anders nog een halve minuut of nog een minuut extra in de magnetron. Indien geen magnetron: bak de ham op laag vuur krokant in een pan. Breek de ham in stukjes en strooi deze over de soep bij het serveren.

Knapperig filodeeg met vulling van courgette en spinazie

taart van filodeeg courgette spinazie

In mijn studententijd waren de groente-bonen-gehakt-pruttelpannetjes erg populair. Je sneed wat groente, gooide daar een pot bonen bij en gehakt en klaar was de maaltijd. Erg luxe werd het als je er daarnaast ook nog eens wat crème fraîche door roerde. In die tijd vond ik courgette niet lekker -want smakeloos- maar kreeg het wel regelmatig voor mijn neus gezet. Het zat namelijk best vaak in die pruttelpannetjes. Tegenwoordig is het mijn lievelingsgroente. Dat komt omdat ik heb ontdekt hoe lekker courgette kan zijn, als het maar uit eigen tuin komt.

Dat ik nog eens zoveel courgette zou eten kan de studente van toen zich niet voorstellen. Dat ik er daarnaast nog eens een hartige taart mee zou maken, al helemaal niet. Hartige taarten heb ik namelijk ook tijdens mijn studietijd tot treures toe gebakken en daarna een hele tijd niet meer willen eten. Deze hartige taarten hadden allemaal een bodem van bladerdeeg. Dat gebruik ik tegenwoordig niet meer want ik weet nu hoe lekker een taart is met filodeeg of korstdeeg. Deze taart is zowel warm als koud lekker:

Taart van filodeeg met vulling van courgette en spinazie

450 gram verse of 1 pak diepvries-spinazie
1 courgette
1 ei
1 handje basilicumblaadjes of 2 tl gedroogde Mediterraanse kruiden
1 grote ui, fijn gesneden
3 teentjes knoflook, gesnipperd
1 verse rode peper, fijn gesneden
4 el Griekse yoghurt of crème fraîche
zout, peper
half pak filodeeg
olijfolie

Rasp de courgette en bestrooi met zout. Laat de courgette een half uur in een vergiet in de koelkast uitlekken. Knijp voor gebruik nog even goed uit. 
Ontdooi de diepvries spinazie of laat de verse spinazie in een pan slinken tot het meeste vocht er uit is. Doe in een vergiet en laat het vocht er uitlekken. Bij verse spinazie: maak met de staafmixer de spinazie wat fijner. Bak in een pan de fijn gesnipperde ui en knoflook even aan. Snij de basilicum fijn. Voeg courgette en spinazie samen in een schaal. Roer er het ei, yoghurt, ui, knoflook, kruiden, rode peper door en maak op smaak met wat zout en peper. Bestrijk een taartvorm met olie en bekleed met  filodeegvellen, (op 2 na voor de “deksel”) bestrijk de laagjes telkens met olie, en stort hier het groentemengsel in . Dek af met de twee filodeegvellen en bestrijk weer met wat olie. Bak in ca 30 minuten in de oven (200C) bruin en knapperig.

Vispannetje met aardappel, paprika en ui

vispannetje aardappel paprika ui

Doorgaans bestel ik in een restaurant een visje met saus. Soms laat ik mij verleiden tot het vispannetje. In Nederlandse restaurants krijg je vaak drie verschillende soorten vis met roomsaus. De vis bestaat meestal uit stukjes witvis, zalm en gamba’s. Af en toe zit er nog groente in zoals champignons. Het komt regelmatig voor dat er nog kaas over is gestrooid. Ik hoop altijd op de aanwezigheid van Hollandse garnaaltjes en/of wat ander zeefruit. De toevoeging van mosselen en dergelijke zie je echter (bijna) alleen in het buitenland.    

Dit vispannetje is een eenvoudige, voedzame door-de-weekse variant, met zalm, wokgarnalen, stukjes aardappel, paprika en ui. Je kan natuurlijk hier allerlei soorten vis in kwijt. Het is maar net wat er nog in de vriezer ligt of wat de visboer aan verse vis aanbiedt. De viskar die hier twee keer in de week in de buurt staat heeft bijvoorbeeld ook een aantal soorten viswokmixen die goed te gebruiken zijn in een vispannetje. Lekker met een stukje stokbrood (om de saus mee op te deppen). 

Vispannetje met aardappel, paprika en ui

200 gram verse (wilde) zalm, in blokjes van ca 2 cm*
200 gram wokgarnalen*
600 gram vastkokende (nieuwe) aardappelen
2 paprika’s, in reepjes
2 uien, gesnipperd
2 teentjes knoflook, gesnipperd
250 ml vis- of groentebouillon
50 ml witte wijn
1 el tomatenpuree
1 tl gedroogde Italiaanse/mediterraanse kruiden
enkele eetlepels crème fraiche
verse peterselie
zout, peper
olijfolie

Schil de aardappelen en snij ze in blokjes van ca 2 cm doorsnede.Kook ze gaar in ca 12 minuten. Verhit wat olijfolie in een koekenpan. Bak hier eerst de ui, dan de knoflook en daarna de paprika in aan. Voeg dan de bouillon, witte wijn en tomatenpuree toe. Laat het geheel aan de kook komen en voeg dan de wilde zalm en garnalen toe. Laat enkele minuten sudderen en voeg dan creme fraiche toe en maak het geheel op smaak met zout, peper en mediterraanse kruiden. Verhit tot slot de aardappelblokjes nog even mee en dien op met verse peterselie. Lekker met nog wat stokbrood erbij.

* of stel een eigen mix van vis samen van in totaal 400 gram

Gebakken radijsjes met citroen en radijsloof

gebakken radijsjes

Ik vind radijsjes lekker maar ik heb ze dit jaar niet in de moestuin staan. Ze mislukken bij mij namelijk altijd. Eerst dacht ik dat het kwam omdat ik ze binnen voorzaaide en niet gelijk in de volle grond teelde. Daarna heb ik nog verschillende grondmengsels buiten uitgeprobeerd. Maar er mag niets baten. Ik koop ze dit jaar gewoon bij de groenteboer en stort mij op andere groenten.

Ik heb dus geen groene vingers als het radijsjes aangaat. Groen is overigens het thema van het foodblogevent van deze maand. Het wordt door het blog “Uit mijn keukentje” gehost. Blogs sturen recepten rondom het thema in en aan het eind van de maand wordt er een winnaar (volgende host) gekozen. Groen is een lekker breed thema. Met deze gebakken radijsjes doe ik weer eens een keertje mee. Radijsjes zijn natuurlijk niet groen maar het groene loof van radijsjes is eetbaar en geeft iets extra’s aan dit groentegerechtje!. 

Gebakken of geroosterd krijgen radijsjes een hele unieke eigen smaak en ze worden mooi roze. In het loof van radijsjes proef je de rauwe radijssmaak wel weer terug maar het heeft ook wel een beetje iets van rucola. Ik heb de radijsjes in de pan gebakken maar je kan ze ook insmeren met olijfolie en in de oven -zo’n 20 minuten- roosteren. Besprenkel voor het serveren met citroensap en bestrooi met gesnipperd radijsloof.

Gebakken radijsjes met citroen en radijsloof

20 radijsjes (1 a 2 bosjes)
1 kleine ui, gesnipperd
olijfolie
verse peper
zeezout
citroensap

Snij het loof en het worteltje van de radijsjes en bewaar het loof. Halveer de radijsjes. Was het loof grondig (zit vaak vol zand) en snij enkele blaadjes in smalle reepjes. Bak eerst de ui aan en dan de radijsjes in de hete olie in een kwartiertje gaar en bestrooi met zout en peper. Besprenkel voor het serveren de radijsjes met wat citroensap en strooi tot slot de reepjes loof er over.

Oudhollandse groentesoep met balletjes

oud hollandse groentesoep balletjes
Een groentesoep met “vergeten groente” zoals wortelpeterselie en knolraap (ook wel: hollandse raap/meiraap). Een soep waarbij je kunt voorstellen dat het vroeger op tafel werd gezet. Wat knapperig brood of broodstengels erbij en het plaatje is compleet.

De bouillon is getrokken met behulp van een schenkel. De schenkel komt uit het biologisch Hereford rundvleespakket. Zo’n pakket bestellen wij twee keer per jaar. Er zit echt van alles in, schenkel dus, en dit keer ook staartstukken en een stuk lever. Zo zet je ook weer eens ander soort gerechten op tafel. Ik ben al aan het zoeken naar een interessant recept voor de staartstukken. Vandaag met de schenkel, een ouderwets Hollands recept:

Oudhollandse groentesoep

1 runderschenkel
250 gram gehakt
1 wortelpeterselie
1 ui
1 grote of 2 kleine raapjes
1 kleine winterpeen
1 bosje snijselderij (=bladselderij)
1 mespunt piment
2 laurierbladeren
2 kruidnagelen
4 groentebouillonblokjes*
peper

Doe de runderschenkel in een grote soeppan of in de slowcooker. Giet hier 2 liter water bij en voeg de kruidnagel en laurierbladeren toe. Snipper de ui en voeg deze ook toe. Laat de runderschenkel 2 uur zachtjes koken of in de slowcooker 4 uur op hoogste stand. Verwijder dan het eventuele bruine schuim met een schuimspaan. Haal de schenkel uit de pan en haal de stukken vlees van de schenkel. Maak hier kleine stukjes vlees van en doe weer terug in de soep. Schil en snij een knolraap, de peen en de wortelpeterselie in kleine stukjes. Snipper de bladselderij fijn en doe alles in de soep samen met de groentebouillonblokjes. Voeg nog een flinke mespunt piment toe en wat peper. Maak het gehakt aan met zout en peper (mag pittig zijn) en vorm hier kleine balletjes van. Doe de balletjes in de soep. Laat de soep nog zo’n half uur zachtjes koken. In de slowcooker: laat het nog een uur koken.

* Voor glutenvrije soep dien je wel even te controleren of de groentebouillonblokjes glutenvrij zijn.

gehaktbrood met aubergine

aubergine gehaktbrood

In de supermarkt in het Belgische Kapelle hadden wij ons voorgenomen alleen produkten mee te nemen die we niet zomaar in Nederland konden kopen. Abdijkaasjes bijvoorbeeld, speciaal bier zoals Rodenbach en Belgische chocolade. Bij de groente-afdeling kon ik het toch niet laten. Er lagen daar bolcourgette’s, meiraapjes en prachtige dieppaarse glanzende aubergine’s.

Gisteren had ik alleen de aubergine nog liggen in de koelkast. Het leek mij lekker om dit in een gehaktbrood te verwerken. Hierbij ben ik uitgegaan van een Turks recept voor aubergine-gehaktballetjes. Voordeel van gehaktbrood ten opzichte van gehaktballetjes: je hoeft er niet de hele tijd bij te blijven en het valt niet uit elkaar bij het omdraaien. Door de aubergine in het gerecht blijft het rundergehakt lekker smeuïg. Ook koud erg lekker!!

Aubergine – gehaktbrood

1 aubergine
1 ui, fijn gesnipperd
2 tenen knoflook, zeer fijn gesnipperd
400 gram rundergehakt
1 el citroensap
3 el fijn geraspte pittige kaas
2 el fijngehakte verse peterselie
1 tl paprikapoeder
1 tl cayennepeper
1 ei
2 el broodkruim/paneermeel
olijfolie
peper, zout

Verwarm de oven voor op 175 C.
Snij aubergine in zo fijn mogelijke stukjes. Verhit olijfolie in een steelpan en bak hier de aubergine in. Voeg na 5 minuten de ui en de knoflook toe. Bak deze ook even aan, kruid met zout en peper en zet dan het vuur uit. Breek een ei in een grote schaal. Voeg hier paprikapoeder, cayennepeper, kaas, peterselie, citroensap, zout en peper aan toe. Meng door elkaar en voeg dan het gehakt en paneermeel toe. Meng dit weer goed door. Voeg dan het aubergine, ui en knoflook-mengsel toe en schep door elkaar. Vet een cakeblik in met olie en doe het gehaktdeeg in het cakeblik. Bak het gehaktbrood gaar in zo’n 50 minuten.

Tips:

Ik heb gehoord dat het recept ook lekker is met komkommer in plaats van aubergine! Je proeft de komkommer niet zozeer, maar het maakt het gehaktbrood lekker mals.

Voor wat extra pit: je kunt de cayennepeper ook vervangen door 2 tl sambal.

Witlofschotel met kaas, pruimtomaatjes en spek

witlof oven pancetta pecorino
In Italie nam ik als tussendoortje wel eens zo’n plat Italiaans broodje met rauwe ham en pecorino. Het liefst het broodje nog even op de gril zodat de kaas een beetje is gesmolten. Tijdens een Italiaanse themaweek van de supermarkt kon ik de aanblik van een aanbieding van Toscaanse pecorino dan ook niet weerstaan. Voor de bijl gegaan. Ik heb mezelf nog net kunnen weerhouden om niet ook nog een Parmaham van een kilo mee te nemen. Waar thuis dan weer verontwaardigd op werd gereageerd toen ik dat vertelde. Oké, de volgende keer ook de Parmaham mee.

De mini-pruimtomaatjes worden in Nederland vaak als snacktomaatjes of snoeptomaatjes verkocht. De pancetta kan je natuurlijk door ontbijtspek of ham vervangen, de pecorino door gewone Hollandse harde (schapen-)kaas. De witlof is weer gewoon uit Zeeland en de verse Italiaanse kruiden uit de vriezer. Ik ben nu de ingevroren voorraad kruiden aan het opmaken. Natuurlijk in de hoop dat binnenkort weer verse voorraad uit de kruidenbak komt.

Witlofschotel met kaas, pruimtomaatjes en pancetta

Voor 4 personen:

4 dunne witlofstronkjes of 2 dikke
3 eieren
50 gram geraspte pecorino of andere kaas
1 el gehakte bieslook
1 el gehakte basilicum
1 el gehakte peterselie
8 pruim (snack-)tomaatjes
4 plakjes pancetta of ontbijtspek
scheut melk
zout, peper

Verwarm de oven voor op 180 C. Verwijder de buitenste bladeren van de witlof en het kontje. Kook de witlofstronkjes 10 minuten in gezouten water. Laat ze vervolgens goed uitlekken in een vergiet. Klop de eieren los met de melk, voeg zout, peper en de verse kruiden toe. Meng hier vervolgens de geraspte kaas doorheen. Vet een ovenschaal in. Leg de stronkjes in de ovenschotel. Indien het dikke stronkjes zijn, snij ze doormidden. Leg over elk stronkje een plakje pancetta. Verdeel de pruimtomaatjes over de schotel. Schenk het kaas-ei mengsel over de stronkjes. Zet de ovenschotel zo’n 20 minuten in de oven.

Broccoli met tahinsaus en geroosterde pijnboompitjes

broccoli tahinsaus

Deze tahinsaus is geweldig. De saus is lekker bij diverse kolen, dus je kan de broccoli ook vervangen door bloemkool of spruitjes. Ik kwam het gerecht tegen omdat ik op zoek was naar een Libanees gerecht met broccoli. Ik had namelijk voor het avondeten al Libanese kofta in gedachten, met plat brood en een wittebonen-hoemoes. En een stronk broccoli die ik niet langer kon laten liggen.

Het is een recept uit het online Trouw-archief. De tahinsaus wordt gegeten met gefrituurde groente, maar net als de schrijver van het stukje in Trouw had ik daar geen zin in en heb ik de broccoliroosjes in hete olie gebakken.

Broccoli met tahinsaus en geroosterde pijnboompitjes

2 kleine stronkjes broccoli of 1 grote
olijfolie
zout
2 el pijnboompitten
1 grote citroen
2 volle el tahin
1 teentje knoflook
versgemalen peper
2 à 3 el fijngehakte peterselie

Snij de roosjes van de broccoli en halveer ze eventueel tot kleine stukjes. Kook ze 3 minuten in een magnetronbakje met een lepel water op vol vermogen in de magnetron.
Rooster de pijnboompitten lichtbruin in een droge koekenpan. Was en boen de citroen goed droog en rasp de schil. Pers de citroen uit. Roer in een kommetje de tahin los met het citroensap, pers er de knoflook bij en roer goed door. Voeg zoveel gekookt water toe dat een vrij dikke, maar net schenkbare saus ontstaat.
Verhit olijfolie in een wok of grote koekenpan, en bak de broccoli met wat zout op hoog vuur. Draai het vuur lager zodra de broccoli begint te kleuren en bak de broccoli zachtjes beetgaar in 4 à 5 minuten. Schep regelmatig om.
Breng op smaak met zout en peper. Doe de broccoli in een schaal en schep het citroenrasp erdoor. Giet de tahinsaus over de bloemkool en strooi de pijnboompitten en peterselie erover.