Hollandse garnalen in dillesaus als amuse of hapje

garnalen in dillesaus

De Hollandse garnalen zijn dit jaar groot en mals. Deze heerlijke garnalen verdienen de hoofdrol. In een lichte romige dillesaus en met stukjes rijpe tomaat komt hun smaak helemaal tot recht. De garnalen zijn als amuse te serveren in een amuseglaasje of als hapje op een stukje toast of stokbrood.

Op het blog staan nog meer lekkere hapjes met garnalen, zoals:

-Garnalencocktail met whisky-cocktailsaus
-Potted shrimp
-Canape’s met garnalenboter en verse garnalen
-Amuse van avocado, gemarineerde citroenmozzarella en garnalen
-Avocado, gevuld met garnalen en gerookte paprikamayonaise
-Vlaamse garnalenkroketjes

Garnalencocktail is een klassieker en blijft een geliefd voorgerecht. Veel mensen worden daarnaast blij bij de gedachte aan een lekker garnalenkroketje, zo bleek na het bloggen van het bovenstaande recept. De amuse met avocado en gemarineerde citroenmozzarella was dit jaar een topper rond de feestdagen. Ik ben blij dat ik nu dit heerlijke recept aan mijn rijtje met garnalenhapjes kan toevoegen: 

Garnalen in dillesaus

150 gram grijze (=Hollandse) garnalen

1,5 el kwark*
1,5 el mayonaise
1/2 tot 1 tl dille
1 rijpe tomaat
peper, zout
verse peterselie
evt. citroensap

Meng de kwark en mayonaise met elkaar. Haal van een rijpe tomaat de zaadjes en vocht weg en snijd het vruchtvlees in kleine stukjes. Voeg dit samen met de garnalen toe aan de saus en kruid het geheel met dille, peper en zout en eventueel nog wat citroensap. Dit laatste ingrediënt is afhankelijk van hoe zuur de kwark al is. Proef dus even voordat je het toevoegt. Serveer met gesnipperde verse peterselie.

* Vervang eventueel door zure room/ crème fraîche.

Warm gerookte eendenborst met linzen

gerookte eendenborst linzen

Binnen het tijdsbestek van een week had ik begin deze maand twee leuke foody-uitjes. Het eerste tripje ging richting Lille, samen met Marleen van het blog Eten uit de volkstuin, Martine van Duizend en een dag en Emmelien van het blog Zoet en roze.

We waren vorig jaar voor het eerst samen op pad geweest naar de Auchan in Lille. Deze keer wilden we ook de markthal van Wazemmes bezoeken. Wazemmes was ooit een dorp buiten de stadsmuren van Lille. Tijdens de 19e eeuw vestigden zich tijdens de industriële revolutie veel fabrieken en in 1858 werd het onderdeel van Lille.

De markthal stamt uit 1869 en is prachtig. De hele hal is gevuld met slagers, bakkers, groentehandelaren, viswinkels met lokale Franse producten maar er zijn ook hoekjes van de hal waar je wat meer exotische producten kan kopen. Drie keer in de week is er buiten nog een markt. We hebben al afgesproken dan een keertje terug te gaan.

Het tweede foody-uitje was richting Koog aan de Zaan waar het foodblogevent “All you need is food” werd gehouden. Dit was een event, georganiseerd door het bureau Kroon op het werk. Er waren lezingen, proeverijen en de mogelijkheid om bij restaurant De vijfde smaak na te tafelen met collega-bloggers. Het diner was erg gezellig en het eten heerlijk. Het begon goed met een umami-amuse. Als hoofdgerecht was er eendenborst met onder andere linzen. Deze combinatie heb ik gelijk opgeslagen in mijn geheugen.

Zelf heb ik de eendenborst licht gerookt en de linzen samen met de uit Lille meegenomen rammenas gestoofd. Rammenas is een wortel met de smaak van radijs en een zwarte schil. Je kan rammenas rauw eten maar dat was voor mij te scherp. Gestoofd is rammenas lekker pittig en dat was erg lekker tussen de linzen. Ik ben nu toch aan het bekijken of ik volgend jaar rammenas in de moestuin kan kweken.

Warm gerookte eendenborst met linzen

2 eendenborsten
olie

3 el sherry
2 el witte wijn
1 1/2 el Japanse sojasaus
1/2 tl gember
1/2 tl Chinese five spices
2 tl honing

250 gram gekookte bruine linzen
1/2 rammenas (of enkele radijsjes of venkel)
1 el zwarte bonensaus
1/2 el oestersaus
scheutje sherry
zout
olie

Doe een eetlepel houtmot in de rookoven en plaats hier het lekbakje op. Besmeer de eendenborsten met wat olie en plaats op het rekje. Zet het vuur aan en doe de deksel tot op een centimeter na dicht. Sluit indien er rook omhoog kringelt. Rook de eendenborsten 5 minuten. Doe de ingrediënten voor de marinade in een pannetje: de sherry, de wijn, sojasaus, gember, Chinese five spices en honing, en verwarm dit op een laag vuur. Laat 5 minuten zachtjes koken. Zet het vuur uit en laat de marinade een beetje afkoelen. Bestrijk de eendenborsten met marinade en laat ze een half uur rusten. Bak dan de eendenborsten nog even kort in de pan: ca. 5 minuten op het velkant en 3 minuten op vleeskant. Pas op voor verbranden omdat er ook honing in de marinade zit.

Snijd voor de linzenstoverij de rammenas of venkel in kleine stukjes en bak deze aan in wat olie. Voeg gekookte linzen toe en verwarm ze mee. Doe op het laatst de bonensaus, oestersaus, sherry en zout naar smaak erbij.

Snijd de eend in plakjes en serveer met de linzen. Dit gerecht kan heel goed als voorgerecht worden geserveerd.

Aardappel-uisoep

soep aardappel ui

Ik had deze soep ook aardappelsoep met krokant gebakken uiringen kunnen noemen of gerookte knoflooksoep of gewoon aardappelsoep. Je kijkt naar welke ingrediënten de soep het meest karakteriseren.  Laat je bij deze soep de gebakken uiringen weg dan zal de soep heel anders worden. De gebakken uiringen geven het namelijk een lekker hartige smaak. Een beetje rokerige smaak komt van de gerookte knoflook. Deze knoflook is bij delicatessenzaken te koop maar je kan ook zelf knoflook roken, zie daarvoor deze link. Zie je overigens dat laatste niet zitten, dan kan je nog reepjes gerookt spek toevoegen of een snufje gerookt zout*.

Dan zijn er natuurlijk nog de basisingrediënten aardappel en ui, de bruine uien in de soep en de rode ui gebakken op de soep. Rode ui heeft een iets mildere en iets zoetere smaak dan de bruine ui. We hebben dit jaar voor het eerst rode uien geplant in de moestuin en ik vind het nog steeds heel bijzonder om met een uitje uit eigen tuin te koken. Ze blijven lang goed en mede daarom kon ik ze nog gebruiken in deze lekkere soep. Afijn, voor de naam moest ik een knoop doorhakken en het is dus geworden:

Aardappel-uisoep

500 gram aardappelblokjes
2 bruine uien, gesnipperd
2 teentjes gerookte knoflook, in stukjes
1 liter groentebouillon
1 (rode) ui, in ringen
vers gemalen peper
eetlepel boter
olijfolie
verse peterselie, fijn gesneden

Optioneel: spekblokjes en/of scheutje Madeira

Verwarm de boter op middelhoog vuur in een soeppan en bak hier eerst de gesnipperde uien in, dan de knoflook en de aardappelblokjes. Voeg dan bouillon toe en laat het geheel een kwartier koken. Als de aardappelblokjes gaar zijn, pureer dan de soep met een staafmixer. Maak de soep verder op smaak met vers gemalen peper. Bak in een koekenpan de rode ui in de olijfolie licht krokant. Verdeel de soep over 4 kommen en strooi hier verse peterselie overheen en leg een hoopje gebakken ui in het midden. Lekker met nog een scheutje Madeira.

* Door de bouillon is de soep al vrij zout, dus je kan beter voorzichtig doen met het zout. 

Mosselen met amandel-citroenkruim

mosselen amandel citroenkruim

Zelfs in de herfst en winter krijg je een vakantiegevoel in Yerseke. In het weekend is er altijd wel wat aanloop van toeristen op zoek naar de beste plek om mosselen, oesters en allerlei ander lekkers uit de viswinkels te kopen. Maar ook doordeweeks wordt je er af en toe door overvallen. We stonden afgelopen week in het centrum van Yerseke en roken opeens de zilte lucht van de Oosterschelde en hoorden wat meeuwen krijsen. Dan krijg je gelijk weer zin om naar het strand te hollen en daarna een visje of een pannetje mosselen te eten. Maar ja, we waren er aan het einde van de middag voor praktische zaken, dus toch maar gewoon naar huis gereden.

Een paar dagen daarna, kwamen er dankzij een leuke voordeelaktie toch mosselen op tafel. Ik had weer eens zin om een nieuw recept uit te proberen. Deze keer zijn een gedeelte van de mosselen in een voorgerechtje terecht gekomen. Het is een recept uit het boek: Inter Scaldes & Jannis Brevet, uitgegeven in 2002. Inter Scaldes is een restaurant in Kruiningen met twee Michelinsterren en een nummer 1 notering in de Lekker 500. De recepten uit dit boek zijn overigens voor een thuiskok goed te maken. Het is een eenvoudig gerecht maar bijzonder lekker. 

Mosselen met amandel-citroenkruim

2 kg mosselen
75 gram amandelen (ca 4 ons met schil)
1 citroen
2 gram salie
10 gram geraspte Parmezaanse kaas
80 gram boter

Kraak de amandelen en leg ze even in kokend water om het bruine velletje week te laten worden. Verwijder het bruine velletje en rooster de amandelen kort in een droge koekenpan. Vermaal ze in de blender, stop op tijd anders heb je fijn amandelmeel. Rasp de schil van een citroen en roer dit door de amandelkruim. Snij de salie zeer fijn en meng dit samen met de Parmezaanse kaas ook door de amandelkruim. Steek de rauwe mosselen met een kort mesje open en haal er de bovenste schelp af. Leg een hoopje amandel-citroenkruim op de mossel en daar op een klontje boter. Drapeer op een ovenschaal (met rooster) en zet even onder de grill van de oven, zodanig dat er een mooie lichtbruine kleur verschijnt.*

Bron: Inter Scaldes & Jannis Brevet, 2002

*Om het aantrekkelijk te presenteren, kan je wat venkelpluis of wat zeewier tussen de mosselen draperen, en eventueel wat schelpen aan de rand leggen. Met dit mosselgerecht doe ik mee aan het foodblogevent van november 2014, gehost door Rene van het blog “het eten is klaar”.  

Gnocchi met truffelsaus

gnocchi truffelsaus

In Italië heb ik voor het eerst truffel gegeten. Als je in de herfst richting Umbria gaat, ontkom je er ook bijna niet aan. In de souvenirwinkels liggen truffel-producten en in het restaurant staat pasta met truffel op het menu. Ook bij ons ging er als souvenir een potje met kleine zwarte truffeltjes mee naar huis. Deze ingemaakte truffels hebben niet de sterke smaak van verse truffel maar als je deze ingemaakte truffel samen met eekhoorntjesbrood gebruikt, krijg je goed die aardse smaaksensatie te pakken.

Als ik aan het eten in het najaar in Italie denk, denk ik ook aan een bordje gnocchi. Ik heb dit keer eens lekker de tijd genomen om de gnocchi zelf te maken. Dat is eigenlijk best eenvoudig hoewel ik dat de eerste keer dat ik het zelf maakte, absoluut niet vond. Achteraf gezien was mijn deeg toen gewoon te klef en dan wordt het vormen van de gnocchi een ramp.  Ik heb gelijk maar een dubbele portie gemaakt, omdat onze laatste aardappelen van eigen oogst al een beetje zacht begonnen te worden en omdat gnocchi namelijk uitstekend in te vriezen is.

Gnocchi met truffelsaus

Voor 4 personen:

1 pak gnocchi of:
800 gram gekookte aardappel, 200 gram bloem, 2 eieren, peper, zout

500 gram bospaddenstoelen/kastanjechampignons
1 handje gedroogd eekhoorntjesbrood (funghi porcini)
1 kleine ui
25 gram boter
2 a 3 eetlepels bloem
250 ml groente of kruidenbouillon
1/2 truffel uit een potje/ wat truffeltapenade/ scheutje truffelolie*
50 ml weekwater van het eekhoorntjesbrood
evt. scheutje melk of room
gedroogde of verse tijmblaadjes
evt. Parmezaanse kaas
olijfolie

Voor verse gnocchi: Pureer de gekookte aardappelen met behulp van een pureeknijper. Vermeng met de twee eieren, de bloem en zout en peper en kneed door. Indien het gnocchi erg aan de handen blijft plakken, voeg dan nog wat bloem toe. Pak stukjes deeg van ongeveer de grootte van een halve walnoot en vorm dit tot een langwerpig rolletje. Druk er even met de tanden van een vork in om er ribbeltjes in te krijgen.

Week het eekhoorntjesbrood circa een kwartier in een kommetje met heet water. Snij de verse paddenstoelen/champigons in plakjes. Haal dan het eekhoorntjesbrood uit het kommetje maar bewaar het weekvocht. Snij het eekhoorntjesbrood in zeer kleine stukjes. Doe dit ook met de truffel uit het potje. Snipper de ui. Bak eerst de ui aan in de olie, voeg dan de verse paddenstoelen toe en het eekhoorntjesbrood en de truffel. Laat dit even lekker bakken totdat het vocht begint te verdampen in de pan. Doe dan het mengsel in een bakje. Verwarm de boter in de pan en voeg, zodra de boter is gesmolten, de bloem toe tot er dunne deegdraden op de bodem vormen. Blijf even goed roeren. Voeg dan bouillon, weekwater en eventueel naar smaak nog wat melk of room toe. Blijf roeren totdat er een mooie gebonden saus is ontstaan en voeg dan het paddenstoel/truffelmengsel weer toe. Breng verder op smaak met nog wat tijm en peper, eventueel nog een beetje zout.

Doe de gnocchi in ruim kokend water met zout. De gnocchi zijn gaar als ze boven komen drijven. Serveer de gnocchi met de truffelsaus en eventueel wat Parmezaanse kaas.

* Indien je truffeltapenade of truffelolie gebruikt, doe dit dan op het laatst bij de saus. De hoeveelheid is afhankelijk van smaak.

Pissaladiere met in tijmhoning gekarameliseerde witlof en geitenkaas

Een pissaladière komt oorspronkelijk uit het zuiden van Frankrijk en is gemaakt van een brooddeeg. Het is iets dikker dan een pizza en belegt met gekarameliseerde uien, olijven en ansjovis. Op het internet kom je ook versies tegen gemaakt van bladerdeeg. Deze pissaladière is gemaakt van korstdeeg en dat is niet meer dan bloem met boter en water. Het is heel eenvoudig zelf te maken. Ik heb de pissaladière belegt met in tijmhoning gekarameliseerde witlof en bestrooid met geitenkaas.

Er zijn verschillende manier om witlof te karameliseren, bijvoorbeeld door er poedersuiker over te strooien tijdens het bakken. Ik vind deze versie met tijmhoning nog wel het lekkerste tot nu toe. Door het scheutje balsamico-azijn en de frisse kaas wordt het geheel niet te zoet. Het smaakt geweldig bij wild, als voor- of als bijgerecht.

Pissaladière met in tijmhoning gekarameliseerde witlof en geitenkaas

4 pp

2 struikjes witlof
2 tl tijmhoning / 2 tl honing met blaadjes van 1 takje tijm*
1 tl balsamicoazijn
boter of olie om in te bakken
peper, zout

korstdeeg:

125 gram bloem
2 a 3 el ijswater
65 gram koude boter
snufje zout

Maak eerst het korstdeeg: zeef de bloem in een kom. Voeg klontje boter toe aan de bloem en snij de boter met behulp van 2 messen door de bloem heen. Indien er kleine klontjes ontstaan, kun je het ijswater toevoegen en er een deeg van kneden. Kneed nog even door en laat ca 20 minuten rusten. Verwarm de oven voor op 180 C.

Verdeel na 20 minuten het deeg in vieren en bedenk de vorm die je leuk lijkt. Je kunt ook een grote vorm maken en dan voor het serveren in vieren snijden. Rol het deeg zo dun mogelijk uit op een bebloemd oppervlak. Snij van alle randen een dun randje deeg af om daar nog een opstaand randje van te maken voor de pissaladière. Leg de bakjes op een met bakpapier beklede bakplaat en vul de bodem met droge bonen om het deeg eerst blind te bakken in de oven. Bak 15 minuten. Haal ze er even uit.

Snij de stronkjes door de helft en haal het hart uit de stronkjes. Trek de blaadjes tot bijna op het middengedeelte van de stronk en doe de blaadjes samen met het middengedeelte in de pan. Voeg hier honing en balsamicoazijn, beetje zout en peper aan toe en bak tot er een goudbruine gloed op de witlof komt. Laat nog even uitlekken in een vergiet. Verdeel dan het witlof de blaadjes over de deegbakjes en strooi hier verbrokkelde geitenkaas over. Bak nog 10 minuten in de oven.

* Ik heb de Spaanse tijmhoning van Melvita gebruikt. Bij een andere honing zou ik even proeven of het pittige van de tijmsmaak er goed aan zit, anders misschien nog wat tijm toevoegen.  

Vlaamse garnalenkroket

vlaamse garnalenkroket

Het was de schuld van de vorige week in de Oosterschelde ontdekte enorme garnaal of van het nieuwsbericht dat er opeens enorme aanvoer van garnalen was. We stonden in ieder geval afgelopen weekend op een Oosterscheldestrandje met een garnalennet in de aanslag *. Het werd niet de vangst waar we op hoopten maar dat gaf niet. Het was een mooie zonnige dag en dan is er genoeg te zien en te doen op het strand. Na het koken en pellen van de garnalen bleek er voldoende om er een aantal garnalenkroketten van te maken.

Voor het recept ben ik gaan kijken op Vlaamse sites. Op Hollandse site’s wordt opvallend veel het recept van Holtkamp gebruikt of andere recepten met gelatine. Ik had na een middagje strand en na het pellen van de garnalen geen zin meer in veel gedoe. Bovendien heb ik gewoon veel vertrouwen in onze zuiderburen op het gebied van garnalenkroketten. Wel ben ik het recept gaandeweg gaan aanpassen. Dit begon bij het maken van de saus. Met de in het recept aangegeven hoeveelheid vocht had ik een deegbal in de pan waarmee je zou kunnen voetballen.

Ik kon de saus in stukjes snijden en dat leek me niet het bedoelde eindresultaat. Ik heb toen gauw even een recept van Jeroen Meus opgezocht en daar ging veel meer vocht in dus heb ik de hoeveelheid vocht naar boven aangepast. Daarnaast wordt de Vlaamse kroket gekruid met peterselie. Ik hou van garnalenkroketten met dille dus dat ging er bij mij in. En ook bij het eten van de kroketjes was ik eigenwijs. Ik vind ze het lekkerst met een beetje cocktailsaus, zoals je ze hier aan de Zeeuwse kust krijgt. Het zijn dus al met al een soort Zeeuws-Vlaamse kroketjes geworden.  Superlekker! 

Vlaamse garnalenkroket

 (voor plusminus 30 kroketten):

200 gram roomboter

250 gram bloem
50 gram gemalen kaas
4 dl melk
4 dl visbouillon/garnalenfumet**
3 eieren
300 gram gepelde grijze garnalen
sap van een hele citroen
1 tl dilletopjes
bloem
paneermeel
zout
peper

Smelt de roomboter in een pannetje en voeg als het begint te bruisen de bloem toe. Roer dit tot een stevige bal en voeg dan de bouillon toe. Indien de bouillon door het mengsel is geroerd, voeg dan beetje bij beetje de melk toe. Ga door tot je de dikte hebt die je goed lijkt voor een vulling (als het goed is gewoon alle melk), niet zo dik dat je er plakjes van kunt snijden maar wel steviger dan een normale saus. Doe hier dan de eierdooiers door. Bewaar het eiwit voor de volgende dag om te paneren. Voeg de garnalen, kaas, citroensap en een theelepel dille. Proef dan even en voeg eventueel wat meer dille toe en zout en peper naar smaak. Stort het in een schaal en laat in ieder geval 8 uur opstijven in de koelkast. Verdeel het mengsel dan in ca 30 porties. Maak de porties niet te groot: er komt nog een korstje omheen!. Zet drie schaaltjes voor je: een schaaltje met bloem, een schaaltje met het eiwit en een schaaltje met paneermeel. Vorm van een portie van het garnalenmengsel met natte handen een balletje en rol deze door door de bloem. Je ziet dan dat het al de vorm van een kroketje krijgt, rol het dan door het eiwit en druk er nog een beetje op zodat het nog meer de vorm van een kroketje krijgt, ga dan door naar het schaaltje paneermeel en bedek alle kanten met paneermeel. Ga dan nog een keer terug naar het eiwit en weer terug naar het paneermeel zodat het dubbel gepaneerd is. Leg in een vriezerbakje. Ga door tot alle garnalenkroketjes gemaakt zijn. Het kan zijn dat er nog extra eiwit nodig is. Zet de kroketjes dan nog een uurtje in de vriezer voordat je gaat frituren. De kroketjes kan je uit de frituurpan halen indien ze een mooie goudbruine kleur hebben: in tegenstelling tot garnalenkroketje uit de vriezer hebben ze dan al een lekker smeuïge en warme inhoud.

Bron: www2.vlaanderen.be & www.solo.be

* Volgens kenners:  twee uur voordat het eb wordt.
** Van de schalen van de garnalen kan je een bouillon trekken en gebruiken in de kroketten ipv visbouillon of je maakt er bisque van. Wij deden het laatste.

Brioche uit de broodbakmachine / ovengeroosterde blauwekaas-brioche (snack/voorgerecht)

brioche broodbakmachine

Deze vakantie heb ik weinig eetsouveniers meegenomen naar huis. Niet dat er in Denemarken geen lekker eten in de winkel ligt maar omdat veel in Nederland ook te koop is.  Daarnaast verdwijnt eenmaal thuis vaak de aantrekkingskracht van bepaalde etenswaren. Dit jaar namen wij mee: Danish blue, zachte lichtgele Deense kaas, veenbessensaus, zwartebessenjam, knackebrot, blikje gerookte haring en mosterdsaus. De mosterdsaus werd gekocht om nog eens een keertje die verrukkelijke Deense hotdogs mee te maken. Het heeft een wat zoetige smaak.

Met de Danish blue heb ik deze heerlijke ovengeroosterde blauwe-kaasbrioche gemaakt. Het recept komt van het blog ageeth kookt en eet. Het is gemaakt in het kader van “de foodblogswap zonder naam”. Dat is een initiatief binnen de groep Foodbloggers Benelux waarbij wordt gekookt van elkaars blog. Ik vond het een goede aanleiding om tevens een recept voor briochebrood uit te testen. Het is een geweldig lekker luchtig, licht zoetig brood geworden. De combinatie met blauwe kaas is heel bijzonder. Ik was verslaafd vanaf de eerste hap.

Brioche uit de broodbakmachine

1 tl gist
300 gram tarwebloem*
1 tl zout
1 el kristalsuiker
70 gram boter
1 ei
120 ml ( ei en 120 ml moeten samen 170 ml zijn, anders meer melk toevoegen)

Doe alles van de ingrediëntenlijst op volgorde in de broodbakmachine en bak met behulp van het witbrood-programma. 

Ovengeroosterde blauwekaasbrioche

Snij eventueel het brood in de gewenste vorm (met behulp van een glas) of driehoekjes. Leg deze op een ovenplaat. Bestrooi het met verkruimelde blauwe kaas (Danish blue bijv.) en eventueel wat walnoot en/of fijngesneden salie. Zet onder de grill totdat de randjes van het brood bruin worden en de kaas is gesmolten. 

* Ik heb een ouderwetse broodbakmachine en daar bak ik broden in van 300 gram meel. Gaat jouw broodbakmachine uit van 500 gram meel vermenigvuldig dan alles met 1,6. Pak mbt de eieren dan 2 kleine eitjes en vul aan met melk tot 270 ml. script”>

Haringtartaar met wasabimayonaise, ui en rucola

haringtartaar wasabi

Met de eerste Hollande Nieuwe van het seizoen ga je niet freubelen. Die eet je zo uit het handje, met of zonder gesnipperde ui. Daarna is het wel eens leuk om er een salade mee te maken of als voorgerechtje op tafel te zetten. Ik ben zelf niet zo’n fan van de combinatie haring met bietjes (en appel) en daar zijn veel recepten mee.

Ik vind rauwe haring wel erg lekker samen met wasabi of mierikswortel en citroen. Wasabi-(pasta) geeft daarnaast nog een fijne pittigheid aan het gerecht. Door een paar blaadjes rucolasla* toe te voegen, komt er een wat aardser, nootachtige smaak bij. Ten opzichte van vorig jaar zijn trouwens de Hollandse Nieuwe gelijk aan het begin van het seizoen al goed. Vorig jaar waren ze nog niet vet genoeg om echt smakelijk weg te happen.

Haringtartaar met wasabimayonaise, ui en rucola

4 voorgerechten of lunchgerechtjes:
4 rauwe haringen/hollandse nieuwe
1 kleine ui
2 eetlepels mayonaise
1 tl citroensap
een paar “erwtjes” wasabipasta
een paar handjes rucola
evt olie, witte wijnazijn, zout en peper

Snij de haringen in fijne stukjes. Meng de mayonaise met citroensap en wasabipasta naar smaak: proef telkens na het toevoegen van de wasabi of het niet te scherp wordt. Meng 1 eetlepel van de wasabimayonaise door de fijngesneden haring. Snipper de ui zo fijn mogelijk. Was de rucola en leg enkele blaadjes op een hoopje op een bordje. Je kunt de rucola nog op smaak maken met olie en azijn en wat zout en peper maar voor mij hoeft dat niet: de rucola is erg lekker om zo samen met de wasabimayonaise en haring te eten. Plaats dan, indien aanwezig, een serveerring op de rucola en schep hier een kwart van de haringtartaar in. Bestrooi met de fijngesneden ui en leg nog wat druppels van de wasabimayonaise om het haringtartaartje heen.

* Indien je rucola uit eigen tuin gebruikt en de rucola is plotseling gaan bloeien, dan zijn de rucolablaadjes nog steeds te eten. Ze krijgen dan alleen een ietsje sterkere smaak.

Mosselsalade met saffraanmayonaise

mosselsalade saffraanmayonaise

Het foodblogevent van deze maand heeft als thema “lekker dichtbij” en wordt georganiseerd door het blog www.eethetbeter.nl . Het is de bedoeling dat je een gerecht instuurt dat grotendeels is gemaakt van ingrediënten uit de buurt.

Ik woon op enkele kilometers afstand van waar het op mosselgebied allemaal gebeurt: Yerseke. Ik heb al een tijdje een mosselsalade willen bloggen en dus kan ik dat mooi in het kader van het foodblogevent doen. Ik heb de mosselsalade op smaak gebracht met een saffraanmayonaise en een jalapenopeper uit eigen teelt. Deze jalapenopepers zijn niet zo heel erg heet. Mocht je een ander soort pepertje gebruiken, is het raadzaam om af en toe even te proeven of de salade niet te pittig wordt.

De salade kan je op een broodje eten of als mosselhapje met een slablaadje als wrap. Wil je de salade op een toastje of stukje stokbrood eten, snij dan de mosselen nog even in drie delen.

Mosselsalade met saffraanmayonaise

200 gram klassiek gekookte mosselen (zie link)
2 theelepels citroensap
enkele saffraandraadjes
1 jalapenopeper (ca. halve spaanse peper)
2 flinke eetlepels mayonaise
zeezout
enkele blaadjes botersla
verse peterselie

Kook de mosselen op de klassieke wijze en laat de mosselen afkoelen. Of gebruik een restje mosselen van de vorige dag. Doe in een kommetje het citroensap en enkele saffraandraadjes. Kneus de draadjes een beetje door de met de achterkant van de lepel tegen het kommetje aan te drukken en laat een kwartiertje staan. Haal dan de saffraandraadjes uit de citroensap en meng hier de mayonaise door. Voeg dan de mosselen toe en de in kleine reepjes gesneden jalapenopeper en een snufje zout.  Schep twee eetlepels mosselen op een slablaadje en garneer met wat verse peterselie.