Mosselen met Pastis en crème fraîche

mosselen pastis

Vandaag ging het in de rubriek Volkskeuken van de Volkskrant over eetsouvenirs die vaak lange tijd ongeopend in het keukenkastje staan omdat ze eenmaal thuis toch de aantrekkingskracht missen die ze in het vakantieland hadden. Voorbeelden: blikken cassoulet, gekonfijte eendenmaagjes en als drank Pastis. En ja, ik heb ook een vrijwel onaangesproken fles Pastis en een pot gekonfijte eendenmaagjes in de kast staan. De blikjes cassoulet zijn wel al opgegaan. Ook hebben we nog enkele blikjes Bretonse vispaté maar die gaan niet op omdat we het telkens zonde vinden om die mooie blikjes open te maken.

Vandaag een lekker recept om de Pastis (of Pernod) eens bij te pakken: mosselen in een saus van Pastis, crème fraîche en diverse groenten. Het waren Super mosselen, letterlijk en figuurlijk. De aanduiding Super staat voor de kleinere mosselen en deze zijn het goedkoopst bij de mosselhandel. Het zegt overigens alleen wat over de grootte van de schelp. Dit jaar zijn ze goed gevuld met mosselvlees en dus echt waar voor het geld. Nu nog een recept gaan bedenken voor de gekonfijte eendenmaagjes en dan kunnen we aanstaande vakantie weer eens lekker los gaan op eetsouvenirs uit Denemarken.

Mosselen met Pastis en crème fraîche

2 kilo verse mosselen
1 ui, in ringen
1 kleine prei, in ringen
1 wortel,  in kleine blokjes
2 el fijn gesneden verse peterselie
1,5 el Pastis
1 beker (200 gram) crème fraîche
150 ml visbouillon
verse peper

De verse mosselen controleren op kapotte schelpen en mosselen die niet sluiten na een tikje op de schelp (wegdoen). Was de mosselen. Doe wat olie in de pan en verhit de olie. Bak de ui, prei en wortel even kort in de pan en doe er dan de visbouillon, verse peper, peterselie en pastis bij. Breng het geheel aan de kook en voeg de mosselen toe. Laat drie maal aan de kook komen en schud elke keer nadat het aan de kook is gekomen de mosselen even op. Haal dan even de mosselen van het vuur nadat de schelpen zich hebben geopend (na ca. 6 tot 8 minuten). Voeg dan de crème fraîche toe en verwarm nog even mee. Roer het geheel nog even door elkaar en dien op met stokbrood en mayonaise.

Gestoomde knoflookkip met courgette en dragon

gestoomde kip knoflook

Mijn courgette-seizoen is van start gegaan. Om mij heen was iedereen al met courgettes aan de gang. Ik zag zelfs mede-moestuinierders de courgettes al tot gigantische proporties laten gaan. Courgettes zijn echt het lekkerst als je ze tussen 10 en 15 centimeter lang oogst. Ik kreeg eerst tig vrouwtjescourgettebloemen en nul mannetjes aan mijn planten en vervolgens….. Nu, met 5 courgettes in de groentenbak kan ik het courgetteseizoen voor geopend verklaren!

En dan een recept met courgette. Een recept kan je pas bloggen als je er volledig achter staat. De eerste keer dat ik de gestoomde kipschotel bereidde, was de kipfilet supermals, de saus wat aan de flauwe kant, de courgette nog een komkommer en zaten er gestoomde druiven bij. Vooral dat laatste, de gestoomde druiven, vond iedereen aan tafel redelijk vies in dit gerecht. Toch was het bijzonder genoeg om nog een keer op tafel te zetten maar dan met wat veranderingen. 

Mijn eerste courgette,  krieltjes en de waterkers: het  kwam uit eigen (moes)tuin en daarom alleen al was het leuk om deze maaltijd te bereiden.Lekker licht en zomers:

Gestoomde knoflookkip met courgette en dragonroomsaus

2 kipfilets

1 grote teen knoflook
1 kleine courgette of komkommer
1,2 dl kippenbouillon
6 el (soja)room
2 tl citroensap
1 eierdooier
1 el fijn gesneden dragonblaadjes
bosje waterkers of rucola
enkele kerstomaatjes
zout, peper

verder nodig: stoompan, steelpan

Doe de kippenbouillon en room samen met de citroensap en dragon in een pan. Laat even aan de kook komen en zet dan uit.

Dep de kipfilets droog met een stukje keukenpapier en snij de knoflook doormidden. Bestrijk de kipfilets met de snijzijde van de knoflook. Bestrooi met zout en peper.  Leg de kipfilets in het stoommandje samen met de knoflook. Kook water in de pan of in een waterkoker. Vul enkele centimeters van de pan met het gekookte water, plaats de stoommand erboven en stoom de filets 15 minuten.

Snij ondertussen de courgette horizontaal door de helft en deze helft weer door de helft en snij de zaadlijsten grotendeels weg. Snij dan in smalle reepjes. Voeg nadat de filets 15 minuten hebben gestoomd, de courgettereepjes toe en stoom nog voor 5 minuten samen met de filets. 

Voeg aan de saus een eierdooier toe en maak de saus langzaam al roerend warm. Zorg ervoor dat de saus niet gaat koken. Haal de kip uit de stoompan en leg op een snijbord. Doe de courgette bij de saus. Leg wat van de waterkers op een bord, verdeel wat kerstomaatjes over het bord. Snij de kipfilet in plakjes en drapeer op de waterkers. Serveer met enkele lepels van de saus er over.

Frikadeller med dild, karse og sennep: gehaktballetjes met dille, waterkers en mosterd

deense gehaktballetjes

Over een paar weken gaan we naar Denemarken voor een korte vakantie. In het kader van de voorpret ben ik aan het bekijken wat er allemaal in Denemarken op het menu staat. Ik ben er namelijk nooit geweest. Ik heb veel visgerechten gezien maar toch ook behoorlijk wat gerechten met varkensvlees, waaronder gehaktballetjes. De Denen noemen gehaktballetjes frikadeller. Deze lijken dus niet op onze frikandellen, net zoals de Duitse frikadelle. Dat zijn weer een soort platgeslagen gehaktballen, vaak met stukjes ui er in.

Op zoek naar een origineel recept van Deense frikadelle kwam ik, met behulp van Google translation, op het recept van het Deense blog “Mad tanterne”* van gehaktballetjes met dille, waterkers en mosterd. Momenteel heb ik een grote bak in de tuin vol staan met waterkers**. Deze bak staat bij mij op een donkere hoek van de tuin en krijgt veel water. Het groeit geweldig en je kunt er van blijven eten want het groeit ook weer telkens aan. Het smaakt een beetje nootachtig en het is net als veel kwetsbare groenten, moeilijk in de winkel te kopen. Ideaal om zelf mee in de tuin aan de slag te gaan.

Deze “frikadelle” moesten het dus worden. Mijn dochter en ik vonden de gehaktballetjes geweldig. Mijn dochter wil ze nooit meer anders en vroeg of ik binnenkort nog eens een keer, maar dan heel veel van deze balletjes ga maken. De mannen vonden het wel lekker, maar volgende keer toch graag een lading “truckersballen“.

Frikadeller med dild, karse og sennep 

(Gehaktballetjes met dille, waterkers en mosterd)

500 gram rundergehakt***
bosje waterkers
1 tl gedroogde dilletopjes
1 tl mosterd
1 teentje knoflook
1 kleine ui
1 tl zout
verse peper
1 ei
1 el paneermeel
bakolie

Doe de waterkersblaadjes, dille, knoflook en ui in een blender en maal fijn. Voeg dit toe aan het gehakt en voeg zout, verse peper, mosterd en ei toe. Prak alles even goed door elkaar en voeg dan beetje bij beetje het paneermeel toe totdat je een mooi gehaktdeeg krijgt om balletjes van te draaien. Draai hier balletjes ter grootte van een golfballetje van en bak ze bruin in olie. Voeg indien ze aan alle kanten bruin zijn wat water toe en bak ze verder tot ze gaar zijn, in circa 15 minuten. Dien ze op met (rogge-)brood of bij de avondmaaltijd met nieuwe aardappeltjes. 

Bron: www.madtanterne.dk

* Vertaald in NL: Gekke tantes
** Niet te verwarren met tuinkers. Tuinkers zijn sprietjes van enkele centimeter hoog, met een paar blaadjes aan de top. Waterkers is een klein plantje en wordt door sommige al tot de superfoods gerekend.
*** Het Deense recept is met varkensgehakt. Ik had zelf rundergehakt en dat smaakte in ieder geval goed.

Gekookte mosselen met venkel

gekookte mosselen venkel

Op 16 juli is het nieuwe mosselseizoen weer begonnen. De dag er na werden de mosselen in de plaatselijke supermarkt tegen een gereduceerde prijs aangeboden. Dan wordt er niet getwijfeld maar onmiddelijk een bak van 2 kilo gekocht. Ik had al een recept klaar liggen die ik wilde uitproberen en kon tegelijk aan de wens voldoen om gekookte mosselen te serveren. De romige venkelsaus wordt apart gemaakt en schenk je naar smaak over de gekookte mosselen heen.

De mosselen waren van een super kwaliteit. We hebben weinig mosselen weg hoeven te gooien en geen enkel krabbetje aangetroffen. De saus was geweldig. De venkel voegt een subtiele anijssmaak toe die uitstekend past bij zeefruit. Met de overgebleven mosselen, restantje saus en het gezeefde kookvocht kan je de volgende dag nog een lekker soepje maken. Of je bestrooit de mosselen de volgende dag met wat zout, peper en bloem en bakt ze samen met wat van de groente nog even aan in de boter.

Gekookte mosselen in romige venkelsaus

2 kilo mosselen
4 dl visbouillon
1 dl + 60 ml witte wijn
2 teentjes knoflook, geperst
1 wortel, in stukjes
1 venkelknol, in kleine stukjes
1 ui, gesnipperd
2 el boter
1 el gehakte verse groene kruiden, zoals bladselderij, peterselie, salie
60 ml (soja-)room*
zout, peper
stokbrood

Doe de mosselen in een bak water en verwijder de kapotte en de mosselen die niet willen sluiten na een ferme tik op de schelp. Haal ze uit het water. Maak eerst de venkelsaus. Smelt de boter in een pannetje en voeg hier de ui aan toe en daarna de knoflook. Fruit ze tot ze zacht zijn. Voeg dan de wijn, kruiden, zwarte peper en room toe. Giet hier 2 dl visbouillon bij en de helft van de fijngesneden venkel. Breng het geheel aan de kook en zet dan het vuur wat lager. Laat zo’n kwartier tot 20 minuten zachtjes pruttelen tot de venkel zacht is geworden.

Doe 2 dl visbouillon en 1 dl wijn in een hoge pan en voeg daar de wortel en de helft van de venkel aan toe. Breng aan de kook en doe dan de mosselen erbij. Wacht tot het vocht weer gaat koken en schud dan de mosselen om. Herhaal dit nog twee keer tot alle mosselen open staan en zet dan het vuur uit. Giet het vocht weg (eventueel in een andere pan indien je de volgende dag nog soep wilt maken).

Schep de mosselen in diepe borden en dien het op met de roomsaus er naast en het stokbrood.

Naar een recept van: De kruidenbijbel

* Ik gebruik tegenwoordig vaak sojaroom omdat dit wat minder zwaar is dan gewone room en ik het daarnaast ook goed vind smaken.

Zomers gevuld brood

zomers gevuld brood

Als je recepten leest van gevuld brood, dan zijn het recepten met een rond rustiek vloerbrood, een Turks brood of met brooddeeg. Ik had een heel wit busbrood* liggen, meegegeven door een proefbakker en vervolgens mij thuis overhandigd met de opmerking dat het misschien wel eens leuk zou zijn om deze te vullen. Leuk idee, maar hoe pak je dat aan bij een busbrood. Ik besloot het brood horizontaal doormidden te snijden en het bovenste ronde deel te vullen. Het onderste deel werd daardoor een casinobroodje en is met de snijmachine in boterhammen gesneden.

Het bovenste deel bleef ondanks zijn ronde vorm mooi liggen. Na het bakken in de oven bleek het zich ook een beetje om de vulling te hebben gevormd. Het is een soort gigantisch Italiaans worstenbrood geworden. Ik had het namelijk met rundergehakt, Mediterraanse kruiden en wat groente gevuld.

De vulling mag niet te droog zijn maar een te natte vulling levert een sompig, sponzig broodje op. Op een Engelse site heb ik daar een goede truc voor gelezen: je vermaalt een deel van het weggehaalde broodkruim tot een soort paneermeel en mengt dit door de smeuïge vulling. Vervolgens doe je de vulling pas vlak voordat je het in de oven schuift in het brood. Lekker met een frisse salade er bij:

Zomers gevuld brood

1 wit busbrood, ongesneden**
300 gram gehakt
2 bollen mozzarella, in plakjes
2 tomaten, ontveld en ontpit
1 kommetje groentemix, bijv. erwten, paprika, en champignons
1 eetlepel tomatenpuree
1 Spaanse peper, fijn gesneden zonder pitjes
1 ui, in kleine stukjes
1 grote teen of 2 kleine teentjes knoflook, fijn gesneden
2 theelepels gedroogde mediterraanse kruiden
enkele blaadjes verse basilicum
zout
olijfolie

Verwarm de oven voor op 200 C.

Doe de ui in de pan met olijfolie en fruit deze eerst even aan, voeg dan de knoflook en het gehakt toe. Bak alles rul en doe dan de groentemix en peper in de pan. Snij de tomaten in blokjes en voeg toe. Bak nog even door en voeg als de groente het vocht gaat loslaten nog een eetlepel tomatenpuree toe en de gedroogde kruiden en zout naar smaak. Laat alles nog even lekker doorpruttelen.

Snij het busbrood onder het ronde gedeelte horizontaal doormidden. Pak de ronde bovenkant en haal hier het witte brood tot op twee centimeter van de korst weg. Doe de helft in een blender en maal dit fijn. Voeg dit toe aan de gehakt-groentemix. Vul hier het brood mee en beleg de bovenkant met de plakjes mozzarella. Zet in het midden van de oven en bak in ca. 15 minuten de buitenkant krokant. Dien op met verse blaadjes basilicum.

* Busbrood is een broodje dat in een broodbus oftwel broodblik is gebakken. Met deksel er nog op, krijg je een casinobrood, zonder een gewoon hoog brood.

** Of pak een flinke baquette waar je het kapje afhaalt.

Bewaren

Asperges met zeevruchten en hollandaisesaus

asperges zeevruchten hollandaisesaus

Zeevruchten vind je in de viswinkel en in het vriesvak van de supermarkt. Wat je daar niet treft zijn zeedruiven. Een zeedruif is een kwalletje dat op een gepelde druif lijkt. Dit kwalletje spoelt af en toe aan op de strandjes rond de Oosterschelde. In sommige landen, zoals China en Japan, eten ze (tentakels van de) kwal. We hebben het ooit in het vliegtuig naar Hongkong aangeboden gekregen. Het bleek vrij smakeloos. Hier in Nederland zijn er voor zover ik heb na kunnen gaan geen eetbare kwallen. We houden het dus lekker bij zeevruchten, zoals garnaaltjes en mosselen.   

Het is een bijzonder smakelijke combinatie: zeevruchten met hollandaisesaus en asperges. Je zou de mix nog uit kunnen breiden met wat blokjes (stevige) vis. Voor dit gerecht staat het hele fornuis vol pannen maar het was het zeker waard: 

Asperges met zeevruchten en hollandaisesaus

 

Een kilo asperges
300 gram gemengde zeevruchten (bv. garnalen, mosselen, inktvisjes, krabvlees)*
2 eierdooiers
1,5 el wijnazijn/dragonazijn
50 gram ongezouten roomboter
zout, witte peper

Schil, haal de kontjes van de asperges er af en zet ze op in koud water. Indien het water kookt, duurt het rond de 10 minuten bij dikke asperges voordat ze gaar zijn. Prik af en toe even om dat te controleren.

Laat de boter smelten op een laag vuurtje. Schep eventuele vlokjes van de boter af. Haal de boter van het vuur. Klop de eierdooiers samen met de azijn los. Doe het in een pan of beter in een kom boven een pan met heet water (au bain marie) en verwarm de losgeklopte eierdooiers langzaam tot ze gaan binden maar haal op tijd de pan van het vuur voordat ze gaan stollen. Voeg dan langzaam de iets afgekoelde boter door. Let op dat de boter niet te heet is anders gaan de eieren alsnog stollen. Maak op smaak met zout en witte peper. Hou de saus op laag vuur warm.

Bak de zeevruchten even kort, enkele minuten, in een pan met hete olie. Bestrooi met peper.

Lekker met tagliatelle.

Nee, een zeedruif is geen zeevrucht….. 

* Bij de viskar zijn de zeevruchten soms gemarineerd.

Asperges met blauwe kaassaus en gepocheerde zalm

asperges blauwe kaas zalm

Doordat we elkaar op dezelfde dag wilden verrassen met asperges, hadden we voor de paasdagen twee kilo van het witte goud liggen. De eerste dag hebben we ze met bearnaisesaus gegeten en een heldere aspergesoep van de schillen en kontjes gemaakt. De volgende dag was er, op de aspergesoep na, geen trek in asperges. Gisteren wilde ik de combinatie asperge en blauwe kaas eens uitproberen. Erg lekker, kan ik nu al verklappen.

Salie en blauwe kaas smaken ook weer goed met elkaar. Salie begin ik in de keuken steeds meer te gebruiken. Vorig jaar heb ik het daarom in de kruidenbak gezaaid. Het begint al een hele bos te worden. En omdat ik salie vers uit de kruidenbak kan halen, gebruik ik het ook weer meer. Zo gaat het tegenwoordig in de Mediterraanse soepjes en sauzen. Saltimbocca, het beroemde gerecht van kalfslapjes met salie, heb ik echter nog nooit zelf gemaakt en zal toch binnenkort eens echt op de tafel moeten komen.

Asperges met blauwe kaassaus en gepocheerde zalm

 Voor 4 personen

4 mootjes zalm (van ca 100 gram per stuk)
halve liter visbouillon of court bouillon
1 kilo ongeschilde asperges
150 ml slagroom
100 gram blauwe kaas (danish blue)
50 ml witte wijn
een handje gehakte walnoten (of licht geroosterde pijnboompitjes)
peper en zout naar smaak
3 verse salieblaadjes, fijn gesneden
(200 gram gedroogde lintpasta)

Verwarm de oven voor op 120 C. Schil de asperges en doe ze in een pan en voeg water toe tot ze onder staan. Breng het water aan de kook en laat de asperge’s 5 minuten koken en zet dan het vuur uit. Check regelmatig of de asperges gaar zijn. Dunne asperges zijn dan na 5 minuten ongeveer gaar en dikke asperges na 10 minuten.

Verwarm voor de gepocheerde zalmmoten een halve liter visbouillon of een court-bouillon (bouillon van groente en kruiden) tot het kookpunt. Verwijder eventueel het vel van de zalm. Pak een diepe ovenschaal en leg daar de moten zalm in. Giet hier de visbouillon over en zet in de oven. De garing duurt 2 a 3 minuten per centimeter hoogte van de vismoten, dus na ca 8 tot 10 minuten in de oven zijn de moten gaar. Haal ze dan uit de oven en laat ze in het vocht tot je de moten kan opdienen.

Maak ondertussen de saus door de slagroom te verwarmen en daar de kaas doorheen te roeren. Als de kaas gesmolten is kan de wijn worden toegevoegd en de fijn gesneden salie. Maak op smaak met zout en peper.

Indien je het gerecht serveert met pasta, doe de pasta in kokend water nadat je de zalm in de oven hebt gezet.

Serveer de asperges met de saus en wat gehakte walnoten of pijnboompitjes.

Kip uit de Slowcooker met ingelegde citroen en verse kruiden

slowcooker kip citroen

Het is zo fijn om de tuin in te kunnen lopen voor een handje verse kruiden uit de kruidenbak. Sinds een paar jaar kan het. Daarvoor woonde ik in Nijmegen, met een achtertuin grenzend aan een stadspark. Elke avond trok een leger naaktslakken vanuit het stadspark onze tuin in om het helemaal leeg te eten. Wat ik ook probeerde, ik heb ze niet tegen kunnen houden.

Ik heb gepoogd ze te bestrijden met slakkenkorrels, vogelgrit (zouden ze zogenaamd niet overheen kunnen met de weke buikjes), mini-kasje (kwamen ze toch in) enzovoort. Het allervieste wat ik heb uitgeprobeerd was toch wel de tip om een schotel met bier neer te zetten. De volgende dag tref je dan een schotel met verschaald bier en dode naaktslakken aan.

Ik kan ondertussen al bijna niet meer zonder mijn verse kruiden. Koken met verse kruiden levert overigens ook nog een ander voordeel op: het gaat zo lekker ruiken in de keuken. Dat is al bij het wassen en snijden van kruiden zoals basilicum en peterselie. De geur uit de pan, door de toevoeging van rozemarijn, tijm en oregano, is al een feestje op zich. Vandaag zijn deze laatste 3 kruiden samen met nog ingelegde citroen, wat knoflook en een scheutje witte wijn bij de kip gegaan:

Slowcooked kip met ingelegde citroen en verse kruiden

Een hele scharrelkip
3 ingelegde citroenen*
2 takjes rozemarijn
2 takjes tijm
3 takjes oregano
2 teentjes knoflook
scheutje witte wijn
zout, peper

Doe de kip in de electrische slowcooker en voeg 2 in stukken gesneden ingelegde citroen erbij, de rozemarijn, tijm en oregano, 2 gekneusde teentjes knoflook en een scheutje witte wijn. Bestrooi met  peper en niet teveel zout want de ingelegde citroen is al zout. Zet de slowcooker op high (90 C) en laat de kip 5 uur tot 6 uur garen, een beetje afhankelijk van de grootte. Bij mij duurde de 1,3 kilo zware kip iets meer dan 5 uur. Zet dan de oven op grillstand en doe de kip in een ovenschaal. Grill de kip goudbruin. Snij de schil van de derde ingelegde citroen in kleine smalle reepjes (schil is eetbaar) en serveer samen met de gegrilde kip.

* Dit zijn gezouten ingelegde citroenen. Je kunt ze in het geheel eten. Ik gebruikte Libanese ingelegde citroenen met zwarte zonnebloemzaadjes.

Tajine met pompoen, linzen en chipolataworstjes

tajine pompoen linzen

We zitten in een overgangsperiode. Het begint zonniger te worden maar buiten is het nog frisjes. Je krijgt trek in lichtere maaltijden met frisse smaken en knapperige verse lentegroente. Er is echter nog niets te oogsten aan verse groente of fruit. De moestuin ligt er nog kaaltjes bij. 

De tajine met pompoen, linzen en chipolataworstjes is een gerecht dat bij deze periode hoort. Het pompoenseizoen loopt nu op het einde. De trek in pompoen begint ook een beetje over te gaan. Door het gebruik van oosterse kruiden, Franse chipolataworstjes en couscous krijg je toch weer een heel ander gerecht met pompoen. Hier krijg je een lentegevoel van. Ook doordat je voor het serveren, het gerecht bestrooid met verse peterselie. Deze heeft de relatief warme winter goed overleefd buiten in de kruidenbak. 

Koop je wel eens bosjes verse peterselie en blijft er wat van over: peterselie is goed en heel eenvoudig invriezen. De volgende invriestip kreeg ik twee jaar geleden van mijn achterbuurvrouw. Je wast, en droogt de peterselie met behulp van de slacentrifuge. Vervolgens hak,  snij of knip je de peterselie in kleine stukjes. Stort dit in een diepvriesbakje en vries het zo in. Als je wat peterselie nodig hebt, maak dan met een vork wat van de ingevroren peterselie los en strooi het zo in het gerecht.

Tajine met pompoen, linzen en chipolataworstjes

Voor 4 personen:

8 chipolataworstjes (vegetarisch: geroosterde walnoten)
1 blik bruine linzen
een halve flespompoen, geschild en in kleine stukjes
1 ui, in kleine stukjes
2 teentjes knoflook, geperst
1 el Ras el Hanout
1 kopje kruiden of groentebouillon
verse peterselie, kleine stukjes
kneepje Harissa of wat rode-peperpasta
olijfolie

half pak couscous

Verhit in een (tajine-) pan wat olijfolie en bak de chipolataworstje rondom bruin. Voeg dan ui toe en bak deze even mee. De stukjes pompoen en de knoflook kunnen dan worden toegevoegd. Bestrooi het geheel met de Ras el Hanout en schep alles even om. Voeg het kopje bouillon, en harissa toe en doe de deksel op de (tagine-)pan. In circa 10 minuten is het klaar. Keer de worstjes halverwege even om. Maak ondertussen de couscous volgens de gebruiksaanwijzing op het pak klaar. Snipper de peterselie. Serveer de tajine met couscous en verse peterselie.

Kalkoenfilet op Normandische wijze

normandische kalkoen

Vorig jaar, tijdens de vakantie in Normandië stond er op de menukaart van het buurtrestaurantje in Yport “dinde”. Mijn Frans was ontoereikend om dit te kunnen vertalen. Terug in het vakantiehuisje heb ik er een woordenboek bij gepakt en kwam ik er achter dat het kalkoen betekende. Goed om te weten voor een volgende keer. Ik heb die vakantie geen Normandische “dinde” gegeten. Het kwam pas weer naar boven toen ik het thema van het Foodblogevent zag van het blog About food and more met de uitdaging om een gerecht uit De Franse keuken in te sturen.

Het recept van “Escalopes de dinde  à la normande” sprak mij gelijk aan. Er gingen namelijk twee theelepels van mijn favoriete mosterd in: dragonmosterd. In Nederland is dat nauwelijks te koop. Tijdens het foodies-uitje naar de Auchan in de buurt van Lille heb ik dan ook 3 potjes ingeslagen, twee voor mezelf en eentje om weg te geven. Het recept “ca marche aussi avec du poulet!”. Bij deze, kalkoenfilet met een prachtige rijke saus op zijn Frans:

Kalkoenfilet op Normandische wijze

4 kalkoenbiefstukjes of 400 gram kalkoenfilet
70 gram boter
1 glas droge witte wijn
2 theelepels dragonmosterd (mag ook andere mosterd zijn)
150 gram champignons
125 gram crème fraîche
2 eierdooiers
zout, peper

Braad de kalkoenbiefstukjes of kalkoenfilet aan in de hete boter. Indien het vlees aan alle kanten mooi bruin is, haal dan uit de pan en wikkel dit in aluminiumfolie om warm te houden. Voeg een glas witte wijn toe aan de boter en laat het even een beetje inkoken. Snij ondertussen de champignons in plakjes. Voeg dan het kalkoenvlees weer toe en daarna de champignons, mosterd en crème fraîche. Bestrooi het geheel met zout en peper. Gaar het kalkoenvlees verder in de saus: de kalkoenbiefstukjes circa 15 minuten en het stuk kalkoenfilet ca 30 minuten. Bij kalkoenfilet aan 1 stuk is het raadzaam ook even de deksel op de pan te doen omdat het bakken anders nog langer duurt en de saus te ver indikt. Indien het vlees gaar is, haal het vlees weer uit de pan en leg even te rusten. Roer dan 2 eierdooiers los in een schaaltje en voeg enkele lepels van de roomsaus toe. Meng dit goed door elkaar en voeg dan dit weer toe aan de pan met saus. Laat niet koken! Verwarm de saus nog even door en dien dan op samen met de kalkoenfilet.

Bron: www.marmiton.org